Kamerbrief over vertrouwelijke informatieverstrekking tijdens de kredietcrisis

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Ons kenmerk: BZ/2008/785M

Onderwerp: Vertrouwelijke informatieverstrekking tijdens de kredietcrisis

Geachte voorzitter,

Tijdens het debat op 8 oktober jl. over Fortis en ABN AMRO heb ik toegezegd binnen een paar weken de Kamer voorstellen te doen over hoe in de toekomst om te gaan met de informatieverstrekking aan de Kamer bij de verwerving van aandelen in ondernemingen. Dit in het licht van de niet-toegepaste voorhangprocedure van artikel 34 Comptabiliteitswet 2001.
Vooruitlopend daarop deel ik u thans - op verzoek van het presidium - mijn standpunt over de vertrouwelijke informatievoorziening mee. Hiermee geef ik invulling aan mijn bijdrage in de te maken afspraken, waarop de aangenomen motie Vendrik-Irrgang (kamerstuk 31.371, nr. 14) doelt. Daarin wordt het presidium verzocht in overleg met het kabinet tot een afspraak te komen die voor de duur van de crisis de vertrouwelijke informatievoorziening richting de Kamer versterkt.

Het kabinet stelt voor gedurende de crisis de onderstaande gedragslijn te hanteren. Daarbij is het volgende overwogen:

  • de Tweede Kamer ontvangt in beginsel in alle nog komende fases van de crisis als eerste informatie van het kabinet. Dit zal - indien dat maar enigszins mogelijk is - steeds zo spoedig mogelijk en op een openbare wijze gebeuren. Vertrouwelijke informatieverstrekking is een ultimum remedium;
  • onderscheid wordt gemaakt tussen enerzijds het beleidskader (algemeen geldende uitgangspunten en maatregelen) dat is/wordt ontwikkeld en anderzijds de daaruit voortvloeiende beleidstoepassing; primair van belang is voorafgaande informatieverstrekking over het beleidskader. In de eerder toegezegde brief zal dieper op dit onderscheid worden ingegaan;
  • de in het kader van de crisis relevante informatie is meestal sterk bedrijfs-, markt- en/of koersgevoelig, met name - maar niet alleen - als het informatie betreft over individuele financiële instellingen;
  • de kans op voortijdig uitlekken van voornemens van het kabinet moet zo klein mogelijk worden gehouden; voorkennis van bedrijfs- en/of markt-relevante informatie moet beperkt blijven tot een zo klein mogelijke groep van personen; er moet voor alle betrokken belanghebbenden een gelijk speelveld zijn;
  • de betrokken marktpartijen moeten alle gelijktijdig over dezelfde markt-relevante informatie kunnen beschikken; informatieverstrekking via een publieke mededeling (bijv. een persconferentie en meestal op een moment dat de beurs is gesloten), is daartoe vaak een noodzakelijke voorwaarde.

Gedragslijn

1. Beleidskader.

Bij nieuwe ontwikkelingen met betrekking tot het beleidskader voor de kredietcrisis, zal de Kamer, indien praktisch mogelijk, vooraf bij brief inhoudelijk worden geïnformeerd. Nieuwe ontwikkelingen zijn bijvoorbeeld het eventueel inzetten van een geheel nieuw instrument of het uitbreiden met een nieuwe doelgroep.

2. Herkapitalisatiefaciliteit voor financiële instellingen (de 20-mrd-faciliteit).

a. In geval sprake is van beleidsontwikkelingen (beleidsaanpassingen) met aanzienlijk financiële consequenties; en
b. in geval van individuele toepassingsbesluiten (à la ING en Aegon);
zullen
- indien daarbij spoed is vereist, vertrouwelijkheid van informatie aan de orde is en/of de verhoudingen op de financiële markten het noodzakelijk maken (level playing field) -
u en de fractievoorzitters of de financiële woordvoerders door of namens mij, vóór een eventuele publieke mededeling (in de vorm van een persconferentie of anderszins), telefonisch of per e-mail op de hoogte gesteld worden van de komende publieke mededeling.
Indien geen directe invloed op (financiële) markten is te verwachten, kan ook relevante inhoudelijke informatie worden verstrekt. Deze gedragslijn is reeds in de praktijk gebracht met betrekking tot ING en Aegon.

3. Met betrekking tot de garantieregeling voor de banken (de 200-mrd-regeling).

Vanuit markoverwegingen is het wenselijk dat bekend is welke banken voor welke leningen gebruikmaken van deze regeling. Informatie over de toepassing van de regeling in individuele gevallen zal daartoe op de website van het Agentschap van het Ministerie van Financiën (www.dutchstate.nl) worden gepubliceerd. De Kamer hoeft op grond van artikel 34 CW niet vooraf te worden geïnformeerd (voorhangprocedure), omdat het niet gaat om deelnemingen in het aandelenkapitaal van ondernemingen.
De Kamer zal over de uitvoering en het gebruik van deze regeling het komende jaar na afloop van elk kwartaal worden geïnformeerd.

4. Technische briefings.

Op verzoek van de Kamer ben ik steeds bereid - persoonlijk of via mijn medewerkers - technische briefings te verzorgen over de getroffen regelingen en/of de genomen besluiten.

Voor nadere achtergronden bij deze brief verwijs ik u naar de aangekondigde brief inzake de informatieverstrekking aan de Kamer bij de verwerving van aandelen in ondernemingen.

Ik neem de vrijheid, nu ik u deze brief op verzoek van het presidium bij voorrang doe toekomen, om voor die nadere brief iets meer tijd te nemen dan de paar weken die ik in het debat van 8 oktober aankondigde. Die extra tijd wil ik gebruiken om tot zo evenwichtig mogelijke beleidsinhoudelijke reflectie met betrekking tot artikel 34 CW te komen.

Hoogachtend,

De Minister van Financiën,

Wouter Bos