Kamervragen over Volareweb en vliegtax

Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

Uw brief (Kenmerk): 28-01-2008
(nr. 2070809020)

Ons kenmerk: DV 2008-00100 U

Onderwerp: Vragen van de leden Weekers en Remkes (beiden VVD) over het vertrek van Volareweb van Maastricht Aachen Airport vanwege de vliegtax

Geachte voorzitter,

Hierbij doe ik u toekomen de antwoorden op de schriftelijke vragen van de leden Weelers en Remkes (VVD) over het vertrek van Volareweb van Maastricht Aachen Airport vanwege de vliegtax.

Hoogachtend,

de staatssecretaris van Financiën,

mr.drs. J.C. de Jager

Vragen van de leden Weekers en Remkes (beiden VVD) aan de staatssecretaris van Financiën over het vertrek van Volareweb van Maastricht Aachen Airport vanwege de vliegtax

(ingezonden 22 januari 2008, nr. 2070809020).

Vraag 1
Is het u bekend dat Volareweb, een carrier die 4 keer per week een lijndienst onderhoudt van MaastrichtAachen Airport op Milaan, heeft besloten per 1 april aanstaande te stoppen met deze activiteit vanwege de introductie van de vliegtax?

Het is mij bekend dat Volareweb de introductie van de vliegbelasting als reden geeft voor het stopzetten van de door vraagstellers bedoelde vluchten.

Vraag 2
Herinnert u zich de discussie tijdens de algemene financiële beschouwingen op 3 oktober jl. waar u bent gewaarschuwd voor dit soort effecten en dat u «veel minder vliegbewegingen» afdeed als «onzin»?

Ik herinner mij dat ik, in reactie op een redenering als zou de vliegbelasting geen milieuwinst opleveren terwijl deze tegelijkertijd wel zou leiden tot veel minder vliegbewegingen, heb gesproken over “onzin” die een dergelijke redenering inhoudt. Er is echter geen sprake van dat ik mij op die manier van de mogelijke economische effecten van de vliegbelasting heb willen afmaken. Ik heb mij alleen sterk willen maken voor een evenwichtige argumentatie, waarin plaats is voor zowel de negatieve effecten (verminderde groei van de luchtvaart en de werkgelegenheid in die sector) als voor de positieve effecten (verminderde uitstoot van onder meer CO2) die de vliegbelasting volgens modelberekeningen zal hebben. In mijn brief van 1 oktober 2007 waarmee ik de resultaten van het effectenonderzoek dienaangaande aan uw Kamer heb voorgelegd, alsook tijdens de parlementaire behandeling van het Belastingplan 2008, ben ik uitgebreid op beide aspecten ingegaan.

Vraag 3
Deelt u de mening dat het besluit van deze carrier het eerste feitelijke signaal is dat deze zorg bewaarheid wordt en dat meerdere carriers dit voorbeeld zullen volgen?

Nee, die mening deel ik niet. Ik ga er van uit dat er tal van overwegingen zullen zijn die voor luchtvaartmaatschappijen van belang zijn voor een beslissing om bepaalde verbindingen te gaan of te blijven onderhouden. De vliegbelasting zal daar ongetwijfeld ook deel van uitmaken. Ik weet niet of het stopzetten van de activiteiten door Volareweb voor andere carriers reden zal zijn om dat voorbeeld te volgen. Daarbij wijs ik er op dat de omstandigheden die in dit geval spelen onvoldoende helder zijn om daar eenduidige conclusies aan te verbinden. Men is gestart op 1 oktober jl. terwijl men op de hoogte was van de voorgestelde vliegbelasting; volgens persberichten was de bezetting van de vliegtuigen tegenvallend, maar zou deze in maart a.s. weer aantrekken; men stopt niettemin per 1 april 2008 terwijl de vliegbelasting pas geldt voor vluchten vanaf 1 juli 2008.

Vraag 4
Zijn u signalen bekend dat andere carriers hun activiteiten overwegen te stoppen op regionale luchthavens of verplaatsen naar luchthavens in het aangrenzende België of Duitsland? Zo ja welke?

In de media is wel gezinspeeld op mogelijk vertrek van andere carriers van regionale luchthavens of verplaatsing van vluchten naar luchthavens in de buurlanden. Mij zijn echter geen concrete signalen in die richting bekend.

Vraag 5
Doet u met deze kennis de eerdergenoemde zorgen nog steeds af als «onzin», of deelt u ze inmiddels? Wat wilt gaan ondernemen om deze migratie van carriers tegen te gaan?

In het antwoord op de eerste vraag heb ik al aangegeven dat ik mogelijke economische effecten nooit als “onzin” heb afgedaan. Voor zover de economische effecten worden veroorzaakt door een “migratie” van carriers, door verplaatsing van de activiteiten naar België of Duitsland (waarvan in het geval van Volareweb overigens voor zover bekend geen sprake is), heb ik al eerder opgemerkt in gesprek te zijn met mijn Belgische en Duitse ambtgenoten om te bezien of invoering van een vliegbelasting in de buurlanden tot de mogelijkheden behoort.

Vraag 6
Bent u bereid in gesprek te gaan met regionale luchthavens om tot zodanige oplossingen te komen dat dit soort effecten wordt voorkomen?

Bij de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel inzake de vliegbelasting is zoals gezegd uitgebreid stilgestaan bij de mogelijke economische effecten, terwijl ook van de zijde van de regionale luchthavens daar expliciet aandacht voor is gevraagd. Bij de afweging in het parlement zijn die mogelijke gevolgen geen reden geweest om de voorgestelde vliegbelasting niet te aanvaarden. Een afwijkend regime voor regionale luchthavens is overigens op Europeesrechtelijke gronden ook niet mogelijk, omdat dit als staatssteun zou worden aangemerkt. In dat licht acht ik het niet zinvol op dit punt in gesprek te gaan met de regionale luchthavens.