Spreekpunten bij ondertekening convenant Programmatisch Handhaven Natuurwetgeving

Spreekpunten van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, G. Verburg, ondertekenen convenant Programmatisch Handhaven Natuurwetgeving, 1 juli 2008.

  • Geachte Staatssecretaris van Financiën
  • Geachte Voorzitter van het IPO (Franssen)
  • Geachte Hoofdofficier van Justitie van het Functioneel Parket (Craemer)
  • Geachte Hoofdcommissaris/portefeuillehouder milieu in de Raad van Hoofdcommissarissen (Wijbenga)
  • Dames en heren

De natuurwetgeving is in. Sla de kranten er maar op na. Veel aandacht voor de Natura2000 gebieden, de handel in beschermde diersoorten (CITES).

Maar die aandacht roep ook veel discussie op. Wat mag wel, wat mag niet? En waarom? En hoe pak je het aan? En daarmee kom je op het terrein van handhaving, handhaving in de meest ruime zin van het woord. Denk daarbij aan:

  • Goede voorlichting: Zodat burgers en bedrijven niet uit onwetendheid de wet overtreden.
  • Eenvoudige en snelle vergunningprocedures.
  • En voldoende controles. Controles, niet gebaseerd op incidenten of willekeur, maar op basis van goede analyses.

En dat is ook meteen het eerste punt dat ik wil maken. Het gaat bij het handhaven van de natuurwetgeving niet in de eerste plaats om het inzetten van repressieve middelen (denk aan opsporing, vervolging, sancties).

Het gaat om de eerste plaats om vertrouwen. Wij - de handhavende overheden - gaan uit van het vertrouwen dat de burger de wet loyaal wil naleven. En dat is niet naïef. Uit onderzoek blijkt dat het overgrote deel van de mensen het belang onderschrijft van natuur in Nederland en van instandhouding van de biodiversiteit.

Dat wil overigens niet zeggen dat we alleen een fluwelen handschoen dragen. Soms is de inzet van een ijzeren vuist, van het strafrecht wel degelijk nodig. Maar dan alleen bij diegenen die de wet bewust en stelselmatig overtreden.

En daarmee heb ik eigenlijk al het raamwerk geschetst van het convenant dat we zometeen gaan tekenen en van de manier van werken die daarin besloten ligt.

Dit convenant is namelijk gericht op een zo groot mogelijke naleving van de wet, door het inzetten van de meest optimale 'mix' van middelen (voorlichting, ondersteuning, controle en opsporing).

Wat houdt dat concreet in?:

  • We gaan de risico's van overtredingen door burgers nog nauwkeuriger in kaart brengen om zo prioriteiten te kunnen stellen. Dit doen we bijvoorbeeld met aselecte steekproeven.
  • We gaan de informatie-uitwisseling tussen onze diensten verder verbeteren, o.a. door de inzet van ICT.
  • We gaan werken met een duidelijke prioriteitsstelling, die steeds kan worden verfijnd en bijgesteld en met een aanpak die is afgestemd op de doelgroep.
  • We gaan samenwerken bij de opleiding van onze handhavers in het veld, zodat hun kennis op peil blijft.

Dames en heren,

Zometeen gaan we het convenant ondertekenen. Maar dat is natuurlijk maar de helft van het verhaal. Daarna komt het aan op de uitvoering. Maar veel daarvan staat nog in de grondverf. Alle afspraken die we hebben gemaakt, moeten nu worden uitgewerkt in pilots en deelstrategieën. Dat betekent dus handen uit de mouwen! Want het convenant is natuurlijk pas echt een succes als de handhaving en de naleving van de natuurwetgeving naar een hoger plan wordt getild. Maar als ik de heren hier naast en achter mij zo eens aankijk, heb ik er alle vertrouwen in dat dat wel gaat lukken.

Ik dank u voor de aandacht.