Sociale verzekeringen per 1 juli 2008

Uitkeringen als de AOW, ANW, WW, WIA, WAO en Wajong gaan vanaf 1 juli 2008 omhoog. De verhogingen worden doorgevoerd omdat de uitkeringen zijn gekoppeld aan het wettelijk minimumloon. Het minimumloon stijgt van € 1335,00 naar € 1356,60 € bruto per maand. Ook de kinderbijslag (die valt onder de minister voor jeugd en gezin) gaat omhoog. De aanpassingen zijn nodig omdat ook de lonen en de prijzen de afgelopen tijd zijn gestegen.

AOW’ers zien hun netto uitkering bijvoorbeeld met tussen de 8 en de 15 € per maand stijgen. Hoe hoog het bedrag is, hangt af van de persoonlijke situatie. De netto-uitkering van een alleenstaande AOW’er gaat bijvoorbeeld met ruim 11 € omhoog naar 925,33 € per maand. Echtparen waarvan beide partners 65 jaar of ouder zijn, krijgen in totaal netto 16 € per maand erbij. Hun gezamenlijke netto-uitkering komt dan uit op 1266,74 € per maand. Dat is exclusief vakantietoeslag en de tegemoetkoming AOW. Deze tegemoetkoming wordt aan alle AOW-ers uitbetaald en het bruto bedrag bedraagt in 2008 14,86 € per maand.

Ook mensen met WW, WIA en WAO gaan er over het algemeen op vooruit. De uitkeringen worden verhoogd met 1,62%. De absolute stijging is lastiger aan te geven omdat die nog meer dan bij de AOW afhangt van persoonlijke omstandigheden. Zo is bijvoorbeeld ook van belang hoe hoog hun inkomen was voordat zij een uitkering kregen. Voor de berekening van de uitkering geldt bovendien een maximum inkomen; verdient men meer dan telt het deel boven dat maximum niet mee bij het bepalen van de uitkering. Dit zogeheten maximumdagloon wordt per 1 juli 2008 vastgesteld op 179,90 € bruto per dag.

AOW

AOW’ers die getrouwd zijn of samenwonen hebben elk een eigen recht op een AOW-pensioen. De hoogte daarvan is gelijk aan de helft van het netto minimumloon. De AOW voor een alleenstaande bedraagt 70 procent van het netto minimumloon en dat voor een eenoudergezin 90 procent. Bij die laatste groep gaat het om pensioengerechtigden die een kind hebben jonger dan achttien jaar voor wie zij kinderbijslag ontvangen.

Voor gehuwde AOW’ers van wie de partner jonger is dan 65, gelden afwijkende regels. Normaal gesproken is het pensioen gelijk aan 50 procent van het minimumloon (de uitkering voor een gehuwde). Daarbovenop komt een toeslag van maximaal hetzelfde bedrag (bruto 682,51 €) (deze toeslag komt overigens te vervallen per 1 januari 2015). Echter, is het recht op pensioen al ingegaan voor 1 februari 1994 dan valt de AOW’er onder een overgangsregeling en is het pensioen 70 procent van het netto minimumloon. De toeslag is dan maximaal 30 procent.

De uitkeringsbedragen per 1 juli 2008. (In deze bedragen is nog geen rekening gehouden met de tegemoetkoming AOW van 14,86 € bruto per maand.) De vakantie uitkering wordt in de maand mei beschikbaar gesteld.

Bruto p.mnd Bruto vakantieuitkering p.mnd
Gehuwden euro 682,51 euro 38,24
Gehuwden met maximale toeslag (partner jonger dan 65 jaar) euro1365,02 euro 76,48
Maximale toeslag euro 682,51
Ongehuwden euro 997,12 euro 53,53
Ongehuwd met kind tot 18 jaar euro1238,64 euro 68,82

AOW-pensioen ingegaan vóór 1-2-1994

Bruto p.mnd Bruto vakantieuitkering p.mnd
Gehuwden zonder toeslag (partner jonger dan 65 jaar) euro 997,12 euro 53,53
Maximale toeslag euro 367,90
Gehuwden met maximale toeslag (partner jonger dan 65 jaar) euro1365,02 euro 76,48

De toeslag bedraagt maximaal 682,51 € bruto per maand. Hoe hoog de toeslag precies is, hangt af van het inkomen van de werkende jongere partner. Een deel van het inkomen wordt namelijk van de toeslag afgetrokken. Als het bruto-inkomen van de jongere partner uit arbeid hoger is dan 1227,26 € heeft de AOW’er helemaal geen recht op toeslag (bij een inkomen in verband met arbeid (bijvoorbeeld een sociale verzekeringsuitkering) vervalt de toeslag bij 682,51 € bruto per maand).

Het berekenen van de hoogte van de toeslag gaat als volgt:

De eerste 203,49 € van het partnerinkomen is vrijgesteld. Ook een derde deel van het inkomen daarboven telt niet mee. Als de partner dus 1000 € bruto verdient, telt de eerste 203,49 € niet mee. Ook is een derde deel van (1000-203,49) 796,51 vrijgesteld, wat uitkomt op 265,50 €. In totaal is dan 468,99 € vrijgesteld. Van de toeslag wordt dus 1000-468,99= 531,01 € ingehouden.

Als het recht op toeslag voor 1 februari 1994 is ingegaan valt de rechthebbende onder een overgangsregeling en bedraagt de toeslag maximaal bruto 367,90 €. Als de partner meer verdient dan 755,34 € bruto vervalt de uitkering. Dat geldt ook als de partner een sociale verzekeringsuitkering krijgt die hoger is dan dat bedrag.

De bij deze bruto bedragen behorende netto-uitkeringen zijn in onderstaand overzicht weergegeven. Hierbij is uitgegaan van de situatie dat betrokkenen geen aanvullend pensioen hebben.

Netto AOW gehuwden (exclusief tegemoetkoming AOW). Als beide partners boven de 65 jaar zijn, krijgen zij dus allebei de uitkering.

1-7-2008 1-1-2008 verschil
per maand euro 633,37 euro 625,33 euro 8,04
vakantietoeslag euro 35,49 euro 35,59 euro -0,10
Totaal euro 668,86 euro 660,92 euro 7,94

Netto AOW alleenstaanden (exclusief tegemoetkoming AOW)

1-7-2008 1-1-2008 verschil
per maand euro 925,33 euro 913,96 euro 11,37
vakantietoeslag euro 49,68 euro 49,82 euro -0,14
Totaal euro 975,01 euro 963,78 euro 11,23

ANW

De Algemene nabestaandenwet (ANW) is een volksverzekering die recht geeft op een uitkering aan volwassenen van wie de partner is overleden. Het kan gaan om een huwelijkspartner of een partner met wie zij ongehuwd samenwoonden. De uitkering bedraagt maximaal 70 procent van het netto minimumloon. Nabestaanden die een kind verzorgen van 18 jaar of jonger waarvan een ouder is overleden, krijgen daarnaast een inkomensafhankelijke uitkering van 20 procent van het netto minimumloon. Ook weeskinderen komen in aanmerking voor een uitkering.

De hoogte van de ANW-uitkering is afhankelijk van het inkomen van de nabestaande. Uitkeringen worden er geheel van afgetrokken. Van inkomen uit arbeid blijft een deel buiten beschouwing (50 procent van het minimumloon plus een derde deel van het meerdere).

Nabestaanden die voor juli 1996 al een AWW-uitkering (de voorganger van de ANW) ontvingen, krijgen in ieder geval een bodemuitkering van 30 procent van het bruto-minimumloon, ook als hun inkomen hoger uitvalt dan de bovengenoemde inkomensgrens.

In onderstaand overzicht zijn de bruto ANW bedragen opgenomen. De bedragen zijn weergegeven exclusief de tegemoetkoming ANW. Deze bedraagt bruto € 14,86 per maand.

Bruto p.mnd Bruto vakantieuitkering p.mnd
Maximale nabestaandenuitkering euro 1056,74 euro 64,51
Halfwezenuitkering euro 242,88 euro 18,41
Wezenuitkering tot 10 jaar euro 338,16 euro 20,64
Wezenuitkering van 10 tot 16 jaar euro 507,24 euro 30,96
Wezenuitkering van 16 tot 21/27 jaar euro 676,31 euro 41,29

Kinderbijslag

Ieder half jaar worden de kinderbijslagbedragen aangepast. De bedragen groeien mee met de ontwikkeling van de prijzen. Op 1 juli 2008 bedraagt het basisbedrag per kind 276,75 €. Voor kinderen die op of na 1 januari 1995 geboren zijn, is de hoogte van het kinderbijslagbedrag alleen afhankelijk van de leeftijd van het kind. Voor kinderen die geboren zijn vóór 1 januari 1995 of die na 1 oktober 1994, 6 of 12 jaar worden is de hoogte van het kinderbijslagbedrag ook afhankelijk van het aantal kinderen in het gezin.

Vanaf 1 juli 2008 gelden in de kinderbijslag de volgende bedragen per kind per kwartaal.

I. Kinderen die vóór 1 januari 1995 zijn geboren:

12 t/m 17 jaar
Gezinnen met:
1 kind euro 276,75
2 kinderen euro 311,22
3 kinderen euro 322,71
4 kinderen euro 347,96
5 kinderen euro 363,11
6 kinderen euro 373,22

II. Voor kinderen geboren op of na 1 januari 1995 gelden de volgende bedragen:

0-6 jaar euro 193,73
6-12 jaar euro 235,24
12-18 jaar euro 276,75

Deze bedragen blijven gelijk, ongeacht de gezinsgrootte.

Kindertoeslag

Vanaf 1 januari 2008 is er een nieuwe toeslag: de kindertoeslag. Dit is een tegemoetkoming in de kosten van het onderhoud van kinderen. De kindertoeslag komt in de plaats van de kinderkorting. De kinderkorting is tot en met 2007 een korting op de inkomstenbelasting. Sommige gezinnen kunnen niet of niet volledig profiteren van de huidige kinderkorting (bijvoorbeeld omdat ze te weinig belasting betalen). Van de kindertoeslag kan iedereen profiteren die er recht op heeft. De uitbetaling vindt maandelijks plaats.

Een ouder heeft, ongeacht het aantal kinderen, recht op één kindertoeslag. De hoogte van de kindertoeslag is afhankelijk van het inkomen van de aanvrager en eventuele partner. De kindertoeslag is maximaal € 994,00 per jaar, dit is ruim € 82 per maand. De kindertoeslag is maximaal bij een toetsinginkomen tot € 29.413. Daarna wordt de toeslag afgebouwd met 5,75% van het extra inkomen. Bij een inkomen boven € 46.700 is er geen recht op kindertoeslag.

In 2009 zal de kindertoeslag opgaan in het kindgebonden budget.

Wajong

De Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong) biedt jonge gehandicapten en studenten die arbeidsongeschikt zijn een uitkering op minimumniveau. De grondslag op basis waarvan de uitkering wordt berekend gaat per 1 juli 2008 omhoog. Ook de grondslagen voor Wajong-gerechtigden beneden de 23 jaar, die worden afgeleid van de minimumjeugdlonen, worden op die datum verhoogd.

Per 1 juli 2008 zijn deze bruto grondslagen (exclusief vakantietoeslag) per dag:

vanaf 23 jaar ten hoogste € 62,37
22 jaar ten hoogste € 53,02
21 jaar ten hoogste € 45,22
20 jaar ten hoogste € 38,36
19 jaar ten hoogste € 32,74
18 jaar ten hoogste € 28,38

Naast de Wajong-uitkering heeft elke Wajong-gerechtigde onder de 23 jaar recht op een tegemoetkoming. Deze compenseert (deels) de inkomensachteruitgang die de invoering van de Zorgverzekeringswet heeft veroorzaakt.

22 jaar euro 1,68 bruto per maand
21 jaar euro 4,07
20 jaar euro 8,26
19 jaar euro 13,78
18 jaar euro 14,39

Maximumdagloon(WW, WIA en WAO)

Per 1 juli 2008 worden bestaande uitkeringen verhoogd met 1,62%. De hoogte van de WW, WIA en WAO-uitkering hangt mede af van de hoogte van het laatst verdiende loon en het zogenoemde maximumdagloon. Per 1 juli 2008 wordt het maximum dagloon verhoogd van 177,03 naar 179,90 € bruto.

Toeslagenwet en kopjes op de uitkeringen

De Toeslagenwet en de zogenaamde ‘kopjesregeling’ zorgen voor een aanvulling op een aantal uitkeringen tot het sociaal minimum. Het gaat bijvoorbeeld om de WW, WIA, WAO en ZW-uitkering. Per 1 januari 2008 is de ‘kopjesregeling’ opgeheven en de Toeslagenwet uitgebreid. Er ontstaat recht op een toeslag als uitkeringsgerechtigde een uitkering ontvangt die lager is dan het normbedrag. De toeslag vult de uitkering aan tot het normbedrag, maar het totaal van de uitkering en toeslag samen is niet meer dan het vroegere loon.
Een toeslag op de uitkering kan worden aangevraagd bij het UWV.

De hoogte van de normbedragen per 1 juli 2008 zijn als volgt vastgesteld:

ZW/WW/WAO/WIA/Wajong*
Gehuwden euro 62,37
Alleenstaande ouders euro 56,63
Alleenstaanden:
vanaf 23 jaar euro 47,76
22 jaar euro 36,92
21 jaar euro 30,99
20 jaar euro 25,92
19 jaar euro 21,83
18 jaar euro 19,18
*exclusief vakantietoeslag

Premiepercentages 2008 (ongewijzigd per 1 juli 2008)

2007 2008 verschil
premiepercentages
AOW 17,90 17,90 0,00
a) ANW 1,25 1,10 -0,15
a) AWBZ 12,00 12,15 0,15
b) WAO/WIA-basispremie (Aof) 5,15 5,65 0,50
b) Uniforme WAO-premie (Aok) 0,48 0,15 -0,33
b) WGA-rekenpremie (Werkhervattingskas) 0,75 0,57 -0,18
c) Awf werkgeverspremie 4,40 4,75 0,35
d) Awf werknemerspremie 3,85 3,50 -0,35
e) ZVW-inkomensafhankelijke bijdrage 6,50 7,20 0,70
werkgevers
UFO 0,78 0,78 0,00
UFO-ERD ZW 0,72 0,72 0,00
f) Sectorpremie gemiddeld 0,99 1,02 0,03
g) Verplichte werkgeversbijdrage kinderopvang 0,28 0,34 0,06
bedrag in euro's
Max. premieloon werknemersverzekeringen 172,48 177,03 4,55
Max. bijdrageloon ZVW per jaar 30623,00 31231,00 608,00
Franchise Awf-premie per dag 60,00 61,00 1,00

a) Om het exploitatiesaldo van het ANW-fonds terug te brengen, wordt de ANW-premie met 0,15%-punt verlaagd. Om lasten- en koopkrachteffecten te voorkomen wordt de AWBZ-premie met 0,15%-punt verhoogd.

b) Het UWV heeft de Aok-premie en de WGA-rekenpremie lager vastgesteld dan in 2007. De effecten op de lasten voor werkgevers worden opgevangen door de WAO/WIA-basispremie te verhogen.

c) Het opleidingsfonds voor medisch specialisten is per 2008 definitief overgeheveld van het ZVW-fonds naar de begroting VWS. Dit zorgt voor een lagere ZVW-premie, hetgeen voor het werkgeversdeel wordt gecompenseerd door een verhoging van de Awf-premie met 0,40%-punt. Om de lastenstijging door de hogere sectorpremie te voorkomen wordt de Awf-premie verlaagd met 0,05%-punt.

d) In verband met het koopkrachtpakket wordt de Awf-premie met 0,35%-punt verlaagd.

e) Door de stijgende zorgkosten stijgt de inkomensafhankelijke premie met 0,70%-punt.

f) Het UWV heeft de gemiddelde sectorpremie 0,03% hoger vastgesteld dan in 2007. Om een lastenstijging voor werkgevers te voorkomen wordt de Awf-premie met 0,05%-punt verlaagd. Dit houdt verband met de gestegen kinderopvangkosten.