Antwoord op kamervragen over een piketregeling in verband met de uitgave van de zogenaamde Islam-film

Met deze brief geeft minister Ter Horst antwoord op kamervragen over een piketregeling in verband met de uitgave van de zogenaamde Islam-film. De kamervragen zijn gesteld op 15 februari door het kamerlid Brinkman (PVV).

Vraag 1
Kunt u aangeven of sommige politiemensen van het regiokorps Amsterdam-Amstelland inderdaad sinds enige tijd piket draaien in verband met de uitgave van de zogenaamde Islam-film van de heer Wilders? Zo ja, kunt u aangeven om hoeveel politiemensen het gaat en hoeveel geld hiermee is gemoeid per dag?

Antwoord
Ja. Zoals gebruikelijk is de organisatie van de politie voorbereid op mogelijke verstoringen van de openbare orde. Het instellen van een piketregeling kan daar onderdeel van zijn. Het is niet gebruikelijk dat de politie mededelingen doet over haar operationele aanpak. Over de kwantiteit van de inzet van de politie kan ik daarom geen informatie verstrekken.

Vraag 2
Kunt u aangeven of ook andere regiokorpsen een dergelijke piketregeling voor dit doel draaien en hoeveel geld hiermee is gemoeid per dag?

Antwoord
De uitgave van de film Fitna leidt in meerdere plaatsen in Nederland tot extra aandacht voor mogelijke openbare orde verstoringen. De lokale overheden maken hierbij de afwegingen in hoeverre de politie gebruik maakt van een piketregeling. Of, en welke, regiokorpsen een piketregeling hebben getroffen, is mij niet bekend.

Vraag 3
Deelt u de mening dat dit een prachtig voorbeeld is van verkwisting van belastinggeld, omdat u eenvoudig uit de media zal kunnen vernemen wanneer en hoe de betreffende film naar buiten wordt gebracht? Zo ja, wat gaat u hiertegen ondernemen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord
Deze mening deel ik niet. Het is de taak van de overheid, lokaal en nationaal, om alle noodzakelijke maatregelen te treffen op het gebied van openbare orde en veiligheid.