Kamerbrief inzake de situatie in Tsjaad

Graag bieden wij u hierbij op verzoek van het lid Irrgang (brief met kenmerk
208-054) een brief over de situatie in Tsjaad aan. Dit verzoek werd ingezonden op 6 februari 2008 met kenmerk 208-054.

Een coalitie van drie Tsjadische rebellengroeperingen is in de week van 28 januari vanuit Oost-Tsjaad een opmars naar N’djamena gestart. In het weekend van
2 en 3 februari trokken de rebellen de Tsjadische hoofdstad binnen en leverden slag met de regeringstroepen van president Déby. President Déby heeft op 6 februari 2008 in het openbaar aangekondigd dat de regering totale controle over heel Tsjaad heeft. De situatie in N’Djamena is rustig, maar instabiel. De regering heeft in heel Tsjaad een avondklok ingesteld. De rebellen hebben zich vooralsnog teruggetrokken, maar het valt niet uit te sluiten dat zij zich zullen hergroeperen en een hernieuwde aanval zullen inzetten.

Tussen 50.000 en 60.000 mensen zijn door het geweld uit Tsjaad gevlucht naar Noord-Kameroen en Nigeria. Inmiddels zijn circa 30.000 van deze vluchtelingen weer op hun weg terug terug naar Tsjaad. UNHCR heeft een vluchtelingenkamp ingericht nabij Kousseri (Noord-Kameroen), dat 100.000 vluchtelingen kan accommoderen. UNHCR blijft de ontheemden en vluchtelingen in Oost-Tsjaad steunen, maar was net als andere VN-organisaties en NGO’s gedwongen om niet-essentieel personeel uit de stad Abeché in Oost-Tsjaad te evacueren.
Nederland heeft voor Tsjaad een indicatief noodhulpbudget van euro 4 miljoen beschikbaar.

Op 4 februari nam de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties een voorzitterschapsverklaring aan, die de lidstaten opriep de regering van Tsjaad binnen de mogelijkheden van het VN-Handvest te steunen, wanneer de regering van Tsjaad hierom zou vragen. Frankrijk heeft in lijn met deze verklaring politieke steun uitgesproken voor de regering van Tsjaad. Op grond van een bilaterale overeenkomst met Tsjaad heeft Frankrijk overigens permanent 1250 troepen in het land gestationeerd onder de naam ‘Epervier’. De afgelopen periode heeft Frankrijk defensief opgetreden om het vliegveld, burgers van de internationale gemeenschap en de door Frankrijk geleide evacuatieoperatie te beschermen.
President Déby heeft de EU verzocht zo snel mogelijk verder te gaan met ontplooiing van EUFOR TCHAD/RCA om de stabiliteit in Tsjaad te bevorderen.

Nederland maakt zich zorgen over de situatie in Tsjaad en de effecten hiervan op de regio, met name Darfur. Deze recente ontwikkelingen benadrukken het belang van een regionale aanpak en een spoedige ontplooiing van EUFOR TCHAD/RCA. De EU had de ontplooiing van de missie vanwege de geweldsescalatie in Tsjaad tijdelijk opgeschort, maar de ontplooiing is op 12 februari weer hervat. Nederland hecht aan het behoud van de neutraliteit van de EU-missie.

Momenteel bevinden zich 142 EUFOR TCHAD/RCA militairen in het gebied. Deze militairen zijn niet in direct gevaar geweest. Onder de militairen bevindt zich één Nederlandse sergeant als standaardbijdrage aan hoofdkwartieren van EVDB-missies. De inzet van deze militair staat los van de bijdrage die Nederland nu onderzoekt. Zoals reeds aan de Kamer gemeld, onderzoekt de Nederlandse regering de mogelijkheid en wenselijkheid van een beperkte bijdrage aan EUFOR TCHAD/RCA en daarin worden alle relevante ontwikkelingen meegenomen.

De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen

De minister van Defensie,
E. van Middelkoop

De minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
Drs. A.G. Koenders