Antwoorden op kamervragen van Agema over 24 mensen die zijn overleden bij een proefbehandeling van alvleeskieronsteking

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

PG-K-U-2829339

12 februari 2008

Antwoorden van staatssecretaris Bussemaker en mede namens de Minister van Volksgezondheid,Welzijn en Sport op kamervragen van het Kamerlid Agema over 24 mensen die zijn overleden bij een proefbehandeling van alvleeskierontsteking (20700809590).

Vraag 1
Bent u bekend met het bericht ‘UMC: hoge sterfte proefbehandeling’? 1)

Antwoord 1
Ja.

Vraag 2
Hoe heeft dit kunnen gebeuren, en wie is verantwoordelijk voor de onnodige dood van zo veel mensen?

Antwoord 2
De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO) hebben onderzoek gestart op grond waarvan onder meer op deze vragen antwoord zal kunnen worden gegeven.

Vraag 3
Deelt u de mening dat experimenten alleen mogen plaatsvinden indien de behandeling bewezen effectief is?

Antwoord 3
Nee, die mening deel ik niet. Medisch-wetenschappelijk onderzoek wordt immers verricht om aan te tonen dat een nieuwe behandeling, bijvoorbeeld met een (genees)middel, veilig en effectief is. Als preklinisch onderzoek er op wijst dat er geen onaanvaardbare risico’s maar wel mogelijk gunstige effecten bij mensen zijn, wordt eerst in kleine studies met gezonde vrijwilligers of patiënten bestudeerd hoe het nieuwe middel zich in het menselijk lichaam gedraagt en wordt naar de veiligheid gekeken. Tenslotte wordt de nieuwe behandeling vergeleken met de standaardbehandeling of een placebo, zoals in de betreffende studie van UMCU. Op deze manier komt de zogenoemde evidence-based geneeskunde tot stand. We willen immers graag voorkomen dat nieuwe behandelingen waarvan het effect en veiligheid niet vaststaat op grote schaal op ongecontroleerde wijze worden aangeboden aan patiënten.

Vraag 4
Waarop baseren de onderzoekers dat dit experiment veilig was?

Antwoord 4
Er zijn reeds diverse kleinere studies in het buitenland gedaan met gunstige resultaten. Of de uitkomsten van deze studies konden volstaan om het betreffende onderzoek bij de mens te starten zal uit bovengenoemd onderzoek van de IGZ en de CCMO moeten blijken.

Vraag 5
Deelt u voorts de mening dat dit experiment nimmer had mogen plaatsvinden?

Antwoord 5
Het is nog te vroeg voor vergaande conclusies. Het onderzoek van IGZ en de CCMO moet hier duidelijkheid over gaan geven.

1) UMC: hoge sterfte proefbehandeling, Teletekst, 23 januari 2008