Van der Hoeven kritisch over superkapitalisme

Minister van der Hoeven vindt niet dat bedrijven via wetten moeten worden aangezet om meer te doen aan maatschappelijk verantwoord ondernemen. Dat zei ze in een debat met de Amerikaanse hoogleraar Robert Reich.

Van der Hoeven herkent veel van de trends die Reich in zijn boek Superkapitalisme schetst. Reich, voormalig minister van Werkgelegenheid onder president Clinton, was 14 januari 2008 in Nederland om zijn boodschap te verkondigen.

Van der Hoeven ziet net als Reich dat veel mensen zich door de toenemende globalisering zorgen maken over het behoud van sociale waarden. Maar ze is ook kritisch over de Amerikaan, omdat hij de consument voor de problemen verantwoordelijk houdt. Van der Hoeven: ‘Consumenten hebben juist veel in te brengen en hebben een grote stem. Ze kopen niet meer bij bedrijven die de wereld verpesten. Bedrijven zijn zich ook zelf steeds meer bewust zijn van hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. Wij bevinden ons in een andere positie dan de Verenigde Staten.’

Het heeft volgens haar dan ook weinig zin om, zoals Reich voorstelt, bedrijven in Nederland via wetten en regels aan te zetten tot meer maatschappelijk verantwoord gedrag. Wel blijft een discussie nodig over de omstandigheden waaronder geproduceerd wordt. Van der Hoeven: ‘Nederland kan dat niet alleen. Samen met internationale organisaties moeten we ondernemingen ertoe aanzetten meer te doen aan maatschappelijk verantwoord ondernemen. We zijn een klein land en hebben een open markt nodig om onze economie concurrerend en welvarend te houden.’

Reich constateert dat het kapitalisme leidt tot economische groei, maar ook tot grotere ongelijkheid in inkomen en een groeiend broeikaseffect. De oorzaak ligt volgens hem bij de tegenstrijdige rollen van mensen als consument, belegger of burger. Consumenten en beleggers willen de laagste prijs en het hoogste rendement, terwijl de burger verontwaardigd is over mensen met schamel betaalde banen, aantasting van het milieu en de vervlakking van maatschappelijke normen. De burger legt het af tegen de materialistisch ingestelde consument en belegger.