Toespraak bij de Brood- en Wijnbijeenkomst

Inleiding door de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, mevrouw G. Verburg, bij de Brood- en Wijnbijeenkomst, 7 november 2007 in Den Haag

Dames en heren,

In mijn dagelijks werk zijn drank en spijzen meestal bijzaak, tijdens werklunches en -diners. Het bijgerecht, zo gezegd. Maar op deze Brood- en Wijnbijeenkomst is het juist het hoofdgerecht, om maar in de terminologie te blijven.

Ik geniet enorm van een lekkere boterham, liefst volkoren, en drink graag een goed glas wijn. Ik ben zelf ook altijd nieuwsgierig naar de herkomst van de producten. Niet alleen: waar komt het vandaan? Maar ook: hoe heeft de zon dit jaar geschenen? Wat is er voor nodig geweest om het product te maken? En vooral: wie en welke handen hebben het gemaakt? Proef je de toewijding, het vakmanschap, kortom, de hartstocht aan de wijn?
Ik kan, op basis van jarenlange ervaring, u daarvoor alvast een tip geven: de beste manier om de kwaliteit van een wijn te bepalen, is door goed op te letten hoe (snel) een bepaalde fles leegraakt. Dat blijkt dan meestal toch de beste te zijn ...

"Wijn is het antwoord van de wereld aan de zon". Dit is een uitspraak die wordt toegeschreven aan de filosofe Margaret Fuller. Ik vind het een mooi antwoord. Eentje vol levenslust.

Op politiek vlak en bestuurlijk vlak, waar je vaak moet zoeken naar een compromis, zou ik het zo willen uitdrukken: het wordt pas echt crisis wanneer we geen wijn meer hebben om bij het water te doen.

Dames en heren,
Ik zal straks ook iets over brood zeggen, maar eerst nog wat opmerkingen over wijn. In Nederland worden de laatste jaren mooie wijnen geproduceerd, en de productie neemt toe. Nu is Nederland natuurlijk geen echt wijnland met wijngaarden op glooiende berghellingen. Als ik op een namiddag in augustus over de A12 naar huis rij, zie ik geen grote families op het land hun rieten manden vullen met druiventrossen. Nederland staat bekend als het land van de aardappeltelers en -eters.

Toch verdienen in ons land inmiddels zo'n 10.000 mensen hun dagelijks brood in de wijnsector. En de kwaliteit verbetert ieder jaar door betere rassen, kennis door onderzoek, en groeiende ervaring. Onlangs zijn er zelfs op basis van internationale normen (OIV) medailles uitgereikt aan Nederlandse wijnbouwers. Ik ben daar bijzonder trots op. Het zijn bijzonder leuke ontwikkelingen. Want bij een stevige stamppot past best een lekker glaasje wijn van eigen bodem!

Het succes van de wijnbouw in Nederland is met name te danken aan de vroegrijpheid van nieuw ontwikkelde druivenrassen die goed in ons klimaat gedijen. Nederland telt inmiddels zo'n 137 wijngaarden. Dat is een totaal oppervlakte van meer dan 250 voetbalvelden, met een jaarlijkse opbrengt van zo'n half miljoen flessen.

We zullen hiermee Spanje en Portugal niet verslaan op de Europese wijnmarkt, maar toch ben ik trots op deze productie. De ontwikkelingen in de Nederlandse wijnsector wil ik dan ook stimuleren. Daarom is het belangrijk dat de wijzigingen in de Europese Wijnverordening niet nadelig uitpakken voor deze jonge sector. In Brussel pleitte ik daarom tegen een verbod op chaptalisatie (toevoeging van suiker) en werd daarbij gelukkig gesteund door veel andere landen.

Door de opkomst van eigen wijnproductie geeft ons land een nieuwe positie. Maar niet alleen vanuit het oogpunt van de productie. Het landschap ziet er ook anders uit.

Zoals ik al zei: ons landschap kenmerkt zich niet door wijngaarden, maar toch melden VVV-kantoren uit verschillende regio's inmiddels al vol trots dat de wijngaard in hun omgeving typerend is. Wijngaarden lijken toeristische aantrekkingskracht te hebben.

Er komen dan ook steeds meer leuke fiets- en wandelroutes bij, waarbij een bezoek aan een wijngaard, al dan niet naast de kaasboerderij uiteraard, een mogelijkheid is. Zo'n wijnroute doen en een slokje proeven bij de producent is nieuw, het is leuk en we hoeven er niet ver voor te reizen. Ik vind het veelzeggend dat VVV's, en de mensen en boerenondernemers uit de regio, kansen zien en ook echt benutten. Daar komt bij dat Nederlandse wijn een eigen smaak en karakter heeft. Een eigen brand, dat zou toch fantastisch zijn! Hiermee kunnen we ons zelf op de kaart zetten, nationaal en internationaal.

Verder ben ik blij om te horen dat de Nederlandse wijnboeren zich bewust zijn van de risico's van alcoholmisbruik door minderjarigen. Jongeren zijn een belangrijke doelgroep in mijn beleid. De komende jaren richt ik me specifiek op jongeren en gezondheid in het LNV-programma Jeugd, Natuur, Voedsel en Gezondheid.

Door deelname aan verschillende campagnes zoals BOB (Bewust Onbeschonken Bestuurder), neemt de wijnsector zijn verantwoordelijkheid. Ik vind het een goede zaak dat het wijnbedrijfsleven zich betrokken voelt bij de voorlichting over verantwoord gebruik van alcoholhoudende dranken.

Dames en heren,

Ik heb zojuist door Fuller te citeren gesuggereerd dat wijn een werelds antwoord kan zijn op de zon. Ik zou er aan willen toevoegen dat het met het maken van brood niet anders is. Want hoe vanzelfsprekend brood ook mag zijn - in een land waar we dagelijks ten minste één broodmaaltijd gebruiken - het graan heeft moeten groeien onder dezelfde zon als de druiven. En ik hoef u ook niet te vertellen dat brood maken niet ophoudt bij het oogsten van graan. Molens moeten meel malen en mensenhanden (of machines of beide) moeten het tot deeg kneden. Het deeg moet gisten, niet zelden onder speciale condities, waarbij het twee of driemaal rijst. Het maken van een mooi brood blijft in mijn ogen een delicaat proces. Geen lekker brood dus zonder vakmanschap.

Op dit moment zijn de Europese markt en de wereldmarkt voor graan flink in beweging. De sector heeft te maken met forse prijsstijgingen. Voor de graanboeren is dat gunstig; nu valt er eindelijk weer eens wat te verdienen. En ik gun ze dat van harte.

Er is veel dat de graansector beïnvloedt. We moeten alert zijn, niet alleen omdat er een grotere vraag ontstaat, maar bovenal omdat het aanbod op termijn wel weer zal gaan stijgen. En dan kunnen de prijzen weer gaan dalen. Bovendien verandert het klimaat en ook dat zal zijn invloed op het winnen van ons dagelijks brood gaan hebben. En tenslotte ontstaan nieuwe markten, zoals de markt voor eerste generatie biobrandstoffen, die worden geproduceerd uit maïs en tarwe.

In Brussel is besloten de braakregeling voor het komende granenjaar op te schorten. Eind dit jaar komen de voorstellen van de commissie over de Health Check in het kader van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid en gaan we ongetwijfeld ook spreken over het exportrestitutiebeleid en het interventiebeleid. Aandacht voor deze thema's is belangrijk, want we moeten samen proberen de graansector vitaal te houden.

Graan is en blijft DE spil binnen de akkerbouwsector. Daarnaast moeten we ook goed in de gaten houden welke invloed schommelingen binnen de graansector hebben op andere sectoren, zoals bijvoorbeeld de veehouderij.

Bovendien is graan een belangrijke voedingsstof en een basisproduct voor veel essentiële levensmiddelen. Prijsstijgingen mogen er niet de oorzaak van zijn dat de consument minder van deze, juist zo gezonde en broodnodige graanproducten gaat kopen.

Dames en heren,

Ik ga zo eens een lekker glas wijn proberen en ik ga eens informeren bij de ambassadeurs van Spanje en Portugal welke wijn zij thuis schenken. Want daar ben ik erg nieuwsgierig naar.

Het leek me zo leuk om te eindigen met een fraai gedicht over wijn en genieten. Bij het zoeken in de poëzie die daarover is geschreven, kwam ik een kort gedicht van Jan Boerstoel tegen. De strekking is wat anders dan waar ik naar op zoek was. Daarom vrij naar en met dank aan Boerstoel:

Ik ken het klappen van de zweep, ik ken de regels van het spel, ik ken de weerbarstigheid van het bestaan, maar met een mooi glas wijn dan gaat het wel.

Ik dank u voor uw aandacht.