Antwoorden op kamervragen van Van Gerven over de gevolgen van de overheveling van de ggz en de invoering van het DBC-systeem per 1 januari 2008 voor vrijgevestigde psychotherapeuten, psychiaters en psychologen

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

CZ/CGG-K-U-2804278

5 november 2007

Antwoorden van minister Klink op kamervragen van het Kamerlid Van Gerven (SP) over de gevolgen van de overheveling van de ggz en de invoering van het DBC-systeem per 1 januari 2008 voor vrijgevestigde psychotherapeuten, psychiaters en psychologen (2070800130).

Vraag 1
Wat is uw reactie op het feit dat door de invoering van het Diagnose Behandeling Combinatie-systeem (DBC) en de overheveling van ggz naar de Zorgverzekeringswet vrijgevestigde psychotherapeuten, psychiaters en psychologen in grote liquiditeitsproblemen komen, doordat de DBC’s pas achteraf gefactureerd mogen worden waardoor vrijgevestigden circa vijf maanden geen inkomsten hebben? 1)

Antwoord 1
Inderdaad wordt vanaf 1 januari een andere bekostigingssystematiek gebruikt waarbij zorgaanbieders eerst de volledige behandeling afronden en daarna met een afgesloten DBC de geleverde zorg declareren.

Het is onjuist dat vrijgevestigden de eerste 5 maanden van 2008 zonder inkomsten zouden zitten. Vanaf 1 januari 2008 kunnen DBC’s (die bijvoorbeeld ergens in 2007 zijn gestart) worden afgesloten en gedeclareerd. Hierbij geldt dat de activiteiten in 2007 nog door het zorgkantoor worden uitbetaald, vanuit het AWBZ-regime. Bij deze zogenoemde ‘overloop’-DBC’s worden deze inkomsten uit 2007 natuurlijk wel verrekend met het tarief van de volledige DBC. Het restant kan dan in 2008 worden gedeclareerd. Dit betekent dus dat de activiteiten die in 2008 zijn uitgevoerd, gewoon gedeclareerd kunnen worden.

Het is wel zo, dat begin 2008, een vertraging in de declaratiestroom kan ontstaan. Ik kijk samen met partijen, hoe we desondanks kunnen zorgen dat geen financiële problemen kunnen ontstaan voor vrijgevestigden. Daarbij hebben we een gezamenlijke verantwoordelijkheid: verzekeraars, aanbieders en VWS. Een mogelijkheid voor het tijdelijk wegvallen van liquiditeit is het maken van bevoorschottingsafspraken. Mochten deze afspraken ontbreken dan heeft de Nederlandse Zorgautoriteit een beleidsregel voorschotten en rentevergoeding onderhanden DBC’s GGZ opgesteld (CA-200), waarbij de zorgaanbieder rentekosten van een mogelijk krediet kunnen doorberekenen aan de zorgverzekeraar.

Vraag 2
Onderschrijft u de verwachting van de Nederlandse Vereniging van Vrijgevestigde Psychotherapeuten dat de overheveling van de GGZ en de invoering van het DBC-systeem een koude sanering tot gevolg zal hebben waarbij één op de vijf vrijgevestigden zijn praktijk gaat sluiten?

Antwoord 2
Er zijn naar schatting 1.850 vrijgevestigde psychotherapeuten en psychiaters. Uit een recente steekproef onder 250 zelfstandig gevestigde psychotherapeuten en psychiaters (rapport dd. 15 mei 2007) blijkt dat 13 % van de vrijgevestigden per januari 2008 niet verwacht in DBC’s te gaan registreren. Dat is gemiddeld 1 op de 8 vrijgevestigden. Een klein deel van deze 13% heeft aangegeven vanwege de leeftijd vervroegd met de praktijk te zullen stoppen en een deel tracht bij een instelling in dienst te treden. Van deze laatste groep heeft een deel aangegeven dat wanneer de DBC systematiek is uitgekristalliseerd, hij/zij weer een eigen praktijk start.
Daarbij is mijn verwachting dat een deel van deze vrijgevestigden, wanneer het inkomen daadwerkelijk afhankelijk is van de DBC systematiek, alsnog per 1 januari over zal gaan op de DBC systematiek.

Vraag 3
Is het waar dat GGZ-instellingen wel bevoorschot worden en dat hun huidige budget gegarandeerd is voor 2008? Betekent dit niet meten met twee maten? Kunt u uitleggen waarom de vrijgevestigden niet bevoorschot worden?

Vraag 4
Bent u bereid vrijgevestigden op eenzelfde wijze te behandelen als instellingen zodat vrij- gevestigden geen geld bij een bank hoeven te lenen om in hun levensonderhoud te voorzien? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 3 en 4
Voor vrijgevestigden en ggz instellingen geldt dat een mogelijke bevoorschotting tussen zorgverzekeraar en aanbieder moet worden afgesproken. Wanneer geen bevoorschotting afspraken zijn gemaakt zullen zowel instellingen als vrijgevestigden zich tot de mogelijkheid van een krediet moeten wenden, waarbij ook de eerder genoemde beleidsregel renteheffing geldt (zie antwoord op vraag 1). Voor vrijgevestigden geldt een hoger compensatie tarief dan voor instellingen.

Ook is er geen sprake van dat een ggz instelling een gegarandeerd budget heeft voor 2008. Er geldt een vangnet dat prijsverschillen corrigeert. Instellingen kunnen op basis van de oude parameters afspraken met zorgverzekeraars maken. Het prijsverschil met de nieuwe DBC-tarieven wordt in 2008 door middel van een verrekentarief gecorrigeerd. Er is dus geen sprake van een gegarandeerd budget, instellingen moeten immers ook volume-afspraken maken en waarmaken.

Vraag 5
Wat zijn de structurele uitgaven (incidenteel en jaarlijks) die de vrijgevestigden kwijt zijn aan administratieve lasten en de aanschaf van nieuwe automatiseringssystemen ten gevolge van de overheveling en het DBC-systeem? Wat is de gemiddelde jaaromzet van een vrijgevestigde psychotherapeut, psychiater en psycholoog? Welk percentage van de omzet is men kwijt aan deze nieuwe bureaucratie? Wat is uw mening hierover?

Antwoord 5
Ik heb recent onderzoek laten uitvoeren naar de administratieve lasten die gepaard zijn gegaan met de invoering van de DBC systematiek in de ggz. Uit dit onderzoek komt naar voren dat de incidentele administratieve lasten voor de ZGP’ers neer komt op 10.000 euro per praktijk. De jaaromzet van een zelfstandig gevestigde praktijk wisselt sterk omdat deze afhankelijk is van de hoeveelheid uren geleverde zorg. En navenant is het lastig de administratieve lasten in een percentage van de omzet uit te drukken. Bij beschouwing van het totale ggz budget (3,1 miljard euro), kan berekend worden dat de de netto toename aan administratieve lasten minder dan 1 procent bedraagt.

In gezamenlijkheid met de sector is gekozen voor een vergroting van de transparantie. Daarvoor is in de afgelopen paar jaar een zeer grote inhaalslag gemaakt op het gebied van ICT, ook in de vrijgevestigde praktijk. De DBC systematiek is gedetailleerder dan de voorgaande AWBZ financiering. Deze gedetailleerdheid is nodig om tot vergelijkbare zorgproducten te kunnen komen zoals dat nodig is onder de Zorgverzekeringswet. Het klaarstomen voor de overheveling en de invoering van de DBC systematiek heeft de ggz de afgelopen twee jaar belast, met name doordat ICT systemen veelal verder doorontwikkelt moe(s)ten worden. In de doorontwikkeling van de DBC GGZ software is duidelijke progressie te zien. Zo is de gebruiksvriendelijkheid van de systemen vergroot, waardoor de hoeveelheden tijd die men de afgelopen twee jaar kwijt is geweest aan de invoering van de DBCs zal verminderen.

Vraag 6
Wat is uw mening omtrent het feit dat Zorgverzekeraars Nederland de eigenbijdrageregeling in het DBC-systeem onuitvoerbaar acht? 2)

Antwoord 6
Ik heb kennis genomen van het standpunt van ZN. Ik ben nog niet overtuigd van de volledige onuitvoerbaarheid. Ik ben in overleg met de sector om het systeem van eigen bijdragen en de geschatte opbrengsten te handhaven.

1) Nederlandse Vereniging van Vrij Gevestigde Psychotherapeuten. Lunchbijeenkomst Den Haag, 12 september 2007
2) Zorgverzekeraars Nederland, brief aan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport betreffende Eigen bijdrage psychotherapie, 7 september 2007.