Antwoorden op kamervragen van Van Gijlswijk over de situatie in de zorginstelling 's Heeren Loo

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

DLZ-K-U-2796547

24 september 2007

Antwoorden van staatssecretaris Bussemaker op Kamervragen van het Kamerlid Van Gijlswijk over de situatie in de zorginstelling 's Heeren Loo (2060723810).

Vraag 1
Wat is uw reactie op het artikel over zorginstelling ’s Heeren Loo? 1)

Antwoord 1
Ik betreur het dat dit incident heeft plaatsgevonden.

Vraag 2
Is het u bekend of de beschreven situatie zich vaker voordoet in deze en andere soortgelijke zorginstellingen? Zo ja, welke maatregelen gaat u treffen? Zo neen, bent u bereid hiernaar onderzoek te doen?

Antwoord 2
Bij navraag bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) zijn mij geen incidenten van soortgelijke ernst gebleken. Ik wacht nu eerst de resultaten af van het onderzoek dat de IGZ in het kader van het geïntensiveerde toezicht heeft uitgevoerd naar de kwaliteit van zorg in de gehandicaptenzorg.

Vraag 3
Wat zijn volgens u de oorzaken van de ontstane situatie?

Antwoord 3
Uit het rapport van de commissie die de toedracht van het incident heeft achterhaald liggen hier diverse oorzaken aan ten grondslag (van zowel organisatorische, zorginhoudelijke als huisvestingtechnische aard). Ik heb geen reden om de analyse van de commissie in twijfel te trekken.

Vraag 4
Welke relatie is er tussen de beschreven problemen in de instelling ’s Heeren Loo en de werkdruk onder het personeel in de gehandicaptensector?

Vraag 5
Welke relatie is er tussen de beschreven problemen in genoemde instelling ’s Heeren Loo en de deskundigheid en ervaring van het personeel in de gehandicaptensector?

Antwoord 4 en 5
Het is niet opportuun om op basis van een incident een oordeel te vellen over de situatie in de gehele sector. Bovendien lagen aan het incident in ’s Heeren Loo uiteenlopende oorzaken ten grondslag (van organisatorische, zorginhoudelijke en huisvestingstechnische aard).

Het is mij bekend dat er in de sector problemen dreigen bij het aantrekken van voldoende en voldoende gekwalificeerd personeel.
Ook volg ik de ervaren werkdruk onder werknemers in de zorg. Onlangs heeft een nieuwe meting plaatsgevonden, deze is op 13 september in het benchmark rapport over de gehandicaptenzorg gepresenteerd. Wij hebben daartoe al enige maatregelen aangekondigd in de begroting. In oktober zal ik, samen met minister Klink, met een arbeidsmarktbrief komen.

Vraag 6
Kunt u de lichamelijke veiligheid van bewoners van zorginstellingen garanderen? Zo ja, hoe? Zo neen, welke maatregelen en op welke termijn gaat u treffen om de lichamelijk en geestelijke veiligheid van bewoners in zorginstellingen in de gehandicaptenzorg te garanderen?

Antwoord 6
De aanbieders van zorg zijn verantwoordelijk voor het leveren van kwalitatief goede zorg.
Veiligheid is het meest basale aspect van goede kwaliteit van zorg. Het streven naar veiligheid in de zorg is dan ook een speerpunt van mijn beleid.
Samen met de sector heb ik besloten extra aandacht te besteden aan het thema veiligheid van zorg. Daarom ook is het een speciaal thema in het actieprogramma “Zorg voor Beter”. Voorts is in dit verband het volgende van belang.
De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft een Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg ontwikkeld waarin expliciet aandacht aan het thema veilgheid wordt besteed. Tevens is in de brief “Koers op kwaliteit” (6 juli 2007) aangekondigd dat in alle sectoren van de zorg een plan van aanpak patiënt/cliëntveiligheid wordt opgesteld. In dit kader wordt op 22 november 2007 een veiligheidsconferentie gehouden voor onder meer de gehandicaptenzorg.
Bij dit alles dient wel bedacht te worden dat incidenten helaas nooit kunnen worden uitgesloten.

1) de Volkskrant, 23 augustus 2007: Instelling ’s Heeren Loo sluit “Ermelo”.

Toelichting: deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen ter zake van het lid Agema (PVV), ingezonden 23 augustus 2007 (vraagnummer 2060723700)