de 20ste Nationale Distributiedag ‘De toekomst telt’

Alleen de uitgesproken tekst geldt.

Dames en heren,

Ik ben nu twee maanden SG van Verkeer en Waterstaat en ik was al vervoerseconoom. Ik maak vandaag graag van de gelegenheid gebruik voor de eerste keer in de openbaarheid te treden.

Over twee dagen opent minister Eurlings de Betuweroute. Een goederenspoorlijn van Rotterdam naar het achterland. Lengte: 160 kilometer. De lijn zal een succes worden. Ondanks de negatieve berichten. Hier even verderop wordt volgend jaar begonnen met de aanleg van de Tweede Maasvlakte. Duizend hectare bedrijventerrein aan diep vaarwater. In 2013 moet het project worden opgeleverd.

Dit zijn voorbeelden van projecten waarmee Nederland met vertrouwen de toekomst in zal gaan. Over die toekomst wil ik het vandaag met u hebben.

We zien momenteel dat de wereldwijde goederenstromen flink toenemen. Die ontwikkeling gaat voorlopig nog wel even door. En daar profiteren we ook van in Nederland. Zo gek is dat niet. Want gaat het om de internationale handel, dan zitten we dankzij onze strategische ligging op de voorste rij. Nederland is van oudsher een knooppunt van verbindingen.

Schiphol en de haven van Rotterdam hebben zich niet zonder reden ontwikkeld tot mainports en spelers van wereldformaat. Hetzelfde geldt voor transport en logistiek in het algemeen. De sector – úw sector – heeft ook een flinke groei doorgemaakt. En dat vertaalt zich – heel belangrijk – in een hoge werkgelegenheid. Afhankelijk van wat je meerekent, kom je uit op zo’n 700.000 tot 900.000 arbeidsplaatsen. Dat is nogal wat. Dan hebben het grosso modo over 10 procent van de totale werkgelegenheid. Ook in internationaal perspectief staan we er goed voor. Een relatief hoge arbeidsproductiviteit, vergeleken met de landen om ons heen, maar zéker ook ten opzichte van de private sector in eigen land.

Als we de sector voor het gemak even beschouwen als een gebouw, dan kun je tenminste vier etages onderscheiden. Daar wil ik iets dieper op ingaan. De begane grond wordt gevormd door fysiek transport en overslag. Die basis is stevig. Op de eerste verdieping vinden we opslag en warehousing. Op de tweede zien we de value added logistics en de value added services. Op de derde verdieping, vinden we tenslotte allerlei dienstverlenende activiteiten. Dan kunt u denken aan hoogwaardige diensten in de sfeer van verzekeringen, financieringen en juridische ondersteuning. Dát bouwwerk, dáár gaat het om!

Volgens schattingen van onderzoekers bedroeg de toegevoegde waarde van het hele gebouw in 2003 minimaal 20 miljard euro. Als we kijken naar de dag van vandaag, dan is het volgens dezelfde onderzoekers aannemelijk dat die toegevoegde waarde inmiddels al 25 miljard euro bedraagt. Dit komt door de economische groei die we sinds die tijd hebben gerealiseerd. Al met al bedragen waar we trots op kunnen zijn.

Dan kom ik bij de beroepsbevolking. Van de circa 700.000 tot 900.000 arbeidsplaatsen in transport en logistiek, werken er zo’n 250.000 in het fysieke transport en overslag, zo’n 100.000 in warehousing, zo’n 200.000 in de value added logistics en 40.000 in de value added services. De onderzoekers zijn er nog niet helemaal over uit, maar de hoogwaardige dienstverlenende activiteiten zijn goed voor nog eens 100.000 tot 350.000 banen.

Ik ben in 1979 afgestudeerd als vervoerseconoom. Dat is alweer een tijdje geleden. Ik herinner mij dat het toen een hele toer was om dit soort cijfers hard te maken. Maar je hebt ze écht nodig om je belang goed onder de aandacht te kunnen brengen. Het valt mij op dat het ook vandaag nog niet zo gemakkelijk is dit soort kerncijfers te presenteren. Ik hoop dat we dat kunnen veranderen. Ik zal daar vanuit Verkeer en Waterstaat met de hulp van onder andere NDL graag aan willen werken. Omdat logistiek meer moet zijn dan een containerbegrip. Het moet duidelijk zijn wát de groei is en is geweest, wat de toegevoegde waarde is en is geweest. En hoe innovatief deze sector is. Met feiten kunnen we het draagvlak nog verder vergroten.

De vraag dringt zich natuurlijk op waarom je voor Supply Chain Management uitgerekend in Nederland moet zijn. Ik gaf het antwoord al. In de eerste plaats vanwege onze strategische ligging Dit is volgens mij een uitstekende plek voor een regisseur.

In de tweede plaats – maar niet minder belangrijk – beschikken we in Nederland over een hoogopgeleide, gemotiveerde en productieve beroepsbevolking. Dat weet u, dat weet ik. En dat weten ze aan de andere kant van de wereld toevallig ook.

Het vorige kabinet heeft zijn ambities op dit gebied verwoord in de Beleidsbrief Logistiek en Supply Chains. Die brief is afgelopen zomer naar de Tweede Kamer gestuurd en positief ontvangen. Daarin wordt benadrukt dat we door verder te groeien in hogere toegevoegdewaardediensten rond meer rendement kunnen halen uit transport en logistiek. Innovaties zijn daarom ongelofelijk belangrijk. Vanuit VenW stimuleren wij dat dan ook sterk. Daarmee bewijzen we de toekomst van onze economie een grote dienst. Maar dat is natuurlijk niet het enige wat telt voor de toekomst. Het gaat ook om het stimuleren van duurzame ontwikkelingen. We moeten profiteren van de wereldwijd toenemende goederenstromen zónder dat natuur en milieu verder onder druk komen te staan. Innovaties moeten dus zowel groei als duurzaamheid ondersteunen.

Duurzaamheid is cruciaal voor het maatschappelijk draagvlak, maar vooral ook voor de toekomst van onze planeet. Het is in dit verband goed om te melden dat ik namens de minister op 26 juni het startschot zal geven voor het Innovatieprogramma Duurzame Logistiek. Dit is een VenW-stimuleringsprogramma ter waarde van zo’n 25 miljoen euro, bedoeld om het vervoer efficiënter te maken zodat het aantal voertuigkilometers omlaag kan en de uitstoot afneemt. Dit doen we samen met verladers en vervoerders.
Ik heb hoge verwachtingen van de inzet van de logistieke sector op dit punt. Ik ga er van uit – en ik vind het écht een uitdaging – dat we samen met het bedrijfsleven een compacte, slimme en zuinige logistieke keten weten te realiseren.

Dames en heren,
Het zal duidelijk zijn: ik houd u vandaag voor dat we meer kunnen verdienen aan onze vervoersfunctie. U bent als ondernemer als eerste aan zet om dat profijt te verzilveren. U staat daar echter bepaald niet alleen voor. Sterker nog: de overheid – Verkeer en Waterstaat voorop – wil een actieve rol spelen om u daartoe in staat te stellen.

We gaan natuurlijk op volle kracht door met de uitvoering van de Nota Mobiliteit, met de daarin vastgelegde aanleg van infrastructuur en met de gefaseerde invoering van de kilometerbeprijzing. De vaart moet er in blijven. We zijn er van doordrongen dat een goede infrastructuur uiterst belangrijk is voor het economisch functioneren van Nederland.

Veel ontwikkelingen die ik hier aan de orde stel, vinden plaats in de Randstad. Het is nu eenmaal een feit dat hier de meeste mensen wonen en de meeste bedrijven gevestigd zijn. Hier wordt het meeste geld verdiend. En hier liggen onze mainports. Maar het is hier druk en vol. Het passen en meten. Wij zullen een oprechte en zeer intensieve poging doen om met het Urgentieprogramma Randstad, dat is toebedeeld aan Verkeer en Waterstaat onder leiding van minister Eurlings, daar iets aan te doen. We willen samenhang brengen in de Randstad, we willen selectiviteit bij het aanpakken van de knelpunten die gaan over de bereikbaarheid en de leefomgeving en we willen tempo. Echt tempo. Ik heb er vertrouwen in dat wij de komende tijd slagen kunnen maken, bijvoorbeeld op het gebied van ontbrekende infrastructuur en openbaar vervoer, leefklimaat, greenports maar óók de waterveiligheid.

Het kabinet wil de Randstad verder ontwikkelen tot een duurzame en nog meer concurrerende Europese topregio. Daartoe zullen we niet alleen tempo maken met beslissen en aanleggen, maar we zullen dat ook doen vanuit het concept van wat de Randstad nu eigenlijk moet zijn voor de langere termijn.

Daarnaast zal het u bekend zijn dat het nieuwe kabinet streeft naar een overheid die dienstverlenend is en het ondernemersklimaat stimuleert. Een overheid ook, die terughoudend is met regelgeving. Ik kan u verzekeren dat u dat gaat merken. Bijvoorbeeld aan de Commissie Noordzij die in opdracht van de ministers van VenW en EZ het vergunningstelsel gaat doorlichten.

Verder wil de overheid bijdragen aan het optimaliseren van logistieke ketens. Dat uit zich dat in de rondetafelgesprekken die de minister voert met diverse vertegenwoordigers uit de markt. Samen stellen we daarin vast waar de belangrijkste kansen en knelpunten liggen. Mede op die wijze kan de overheid u zo veel mogelijk helpen belemmeringen weg te nemen en de dienstverlening te verbeteren.

We gaan aan de slag met verbeteringen op het gebied van douane- en belastingzaken. De nieuwe Europese regels bieden kansen voor het stroomlijnen en vereenvoudigen van procedures. Door daar snel en adequaat op in te spelen, kunnen we er als Nederland van profiteren. Zo hebben we dat ook gedaan met de invoering van de nieuwe regelgeving op het gebied van security. De Nederlandse scheepvaart en de havens hebben toen samen met de overheid snel gereageerd op veranderingen op dit terrein. Dat heeft onze concurrentiepositie geen windeieren gelegd.

De Commissie van Laarhoven heeft vorige jaar aangegeven dat we in Nederland op het gebied van logistieke innovatie nog niet helemaal voorop lopen. Het Kabinet speelt op die signalen in en wil innovaties zoveel mogelijk bevorderen.

De Commissie wordt gevormd door toonaangevende verladers en vervoerders, en werkt samen met de overheid om logistieke innovatie een impuls te geven. Er zijn door de Commissie consortia gevormd die concrete innovaties uitwerken op het gebied van virtuele inklaring van goederen en innovaties op het gebied van ICT. Voor het maatschappelijk draagvlak is het van groot belang dat er aansprekende concrete voorbeelden worden aangedragen die ook werkelijk door de markt worden gedragen.

Dames en heren,
De overheid probeert de voorwaarden te creëren maar de toekomst van logistiek hangt voor het belangrijkste deel af van het ondernemerschap in uw sector zelf.

In het begin van mijn betoog stelde ik dat Nederland van oudsher een knooppunt van verbindingen is. Door de geschiedenis heen hebben wij handel gedreven met landen over de hele wereld; en met succes. Nu komt de wereld opnieuw langszij met soms andere landen zoals China en India. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat we niet opnieuw kunnen profiteren. Sterker nog: de mondiale ontwikkelingen bieden volop kansen.

VenW wil daarbij uw actieve en voorwaardenscheppende partner zijn. Groei én duurzaamheid zijn onze doelen. Zo werken wij met elkaar aan een toekomst waarin Nederland blijft meetellen! En reken erop dat we dat sámen doen!

Ik wens u een goede rest van de middag!

Dank u wel.