Rechtbank Arnhem


Einde strafzaak tegen Charles Z.

Arnhem, 10 februari 2011 - Charles Z., hoofdverdachte in het Doomer-onderzoek, is tijdens zijn strafproces op 55-jarige leeftijd komen te overlijden in het Huis van Bewaring in Nieuwegein. Het vervolgingsrecht is door het overlijden van de verdachte komen te vervallen. Op die grond heeft de rechtbank Arnhem vandaag het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk verklaard. Daarmee is een einde gekomen aan de strafzaak tegen de hoofdverdachte in de megazaak âDoomerâ.

De verdenking
Z. was al geruime tijd voorwerp van onderzoek van de nationale en regionale recherche en werd in 2009 aangehouden op verdenking van het vanaf 2005 leiding geven aan een criminele organisatie die zich bezig hield met de (inter)nationale handel in drugs waarvan de verworven gelden - onder andere - via de Amerikaanse autorace industrie werden witgewassen.

Het verloop van de strafzaak
Vanaf september 2009 was de zaak tegen Z. en de 24 medeverdachten onder de Arnhemse rechter. In het kader van het onderzoek 'Doomer' werden in april 2010 en januari 2011 regiezittingen gehouden. Op die zittingen werd de advocaat van de verdachte, mr. Krikke uit Amersfoort, in de gelegenheid gesteld om aanvullende onderzoekswensen ten aanzien van het 142 ordners tellende dossier te formuleren. Naar aanleiding van de eerste regiezitting werd door de rechtbank het horen van 74 getuigen toegestaan. Tijdens de tweede regiezitting op 18 januari 2011 verzocht de raadsman van de verdachte nog om schorsing van de voorlopige hechtenis van Z. wegens persoonlijke omstandigheden. Voordat de rechtbank haar beslissing kenbaar kon maken omtrent dit verzoek en de andere (nadere) onderzoekswensen werd door het Openbaar Ministerie bekend gemaakt dat de verdachte was overleden.

De medeverdachten in het onderzoek âDoomerâ
In de zaken van de medeverdachten, waaronder in die tegen zijn partner Scarlet D. en zijn zoon Charles Z. jr., zou de verdachte volgende maand als een van de laatste en belangrijkste getuige gehoord worden bij de rechter-commissaris. Ook zonder de getuigenverklaring van Z. zullen de strafzaken tegen de medeverdachten doorgang vinden. In die zaken zijn inmiddels ook een groot aantal getuigen gehoord bij de rechter-commissaris. De snelheid waarmee de rechter-commissaris zijn onderzoek af kan ronden is op dit moment nog afhankelijk van de rechtshulpverzoeken die uitstaan zodat ook de buitenlandse (voornamelijk Amerikaanse) getuigen gehoord kunnen worden.

Inhoudelijke behandeling
Een deel van de zaken, met betrekking tot aangetroffen hennepkwekerijen in Nederland, zal eind maart 2011 inhoudelijk door de rechtbank behandeld worden. De overige zaken, waarin ook is tenlastegelegd dat de verdachten betrokken waren bij de criminele organisatie, staan aan het einde van 2011 gepland.

Bron: Rechtbank Arnhem
Datum actualiteit: 10 februari 2011