Leidse studentenpopulatie door de eeuwen heen in kaart gebracht
Voor haar proefschrift over de Leidse studentenpopulatie tussen 1575 en
1812 dook Martine Zoeteman in het universitaire inschrijvingenregister.
Na digitale bewerking van die oude bron kon ze verrassende
kruisverbanden leggen tussen studie, herkomst en leeftijd van studenten
door de eeuwen heen.
Studie van de Leidse studentenpopulatie
Het studentenleven was in vroeger tijden behoorlijk anders dan dat van
nu. Zo genoten zestiende-eeuwse Leidse studenten het privilege van een
eigen academische rechtbank en hoefden ze over bier en wijn geen
accijns te betalen. Hoe zag het Leidse studentenleven er verder uit in
de vroegmoderne tijd? Hoeveel studenten waren er en wat waren hun
achtergronden? Martine Zoeteman deed hier onderzoek naar. Donderdag 10
februari hoopt ze bij hoogleraar universiteitsgeschiedenis Willem
Otterspeer te promoveren op haar studie van de Leidse
studentenpopulatie tussen 1575 en 1812, getiteld: âEen volk op zyn
Siams gekleet eenige mylen van Den Haag woonendeâ.
Nieuwe methode
Tot op heden gebruikte men in bijna alle onderzoeken over Leidse
studentenaantallen de cijfers van Colenbrander, uit de jaren twintig
van de vorige eeuw. Deze tellingen bevatten echter veel fouten, zoals
dubbele inschrijvingen en inschrijvingen van niet-studenten. Zoeteman
maakte gebruik van het Leidse album studiosorum, het
inschrijvingsregister van de universiteit. Ze maakte een digitale
bewerking van deze oude bron, zodat niet alleen de cijfers van
Colenbrander gecontroleerd en bijgesteld konden worden, maar bovendien
nieuwe kruisverbanden konden worden gelegd tussen herkomst,
studierichting en leeftijd. Met verrassende uitkomsten tot gevolg.
âUniversiteit van vluchtelingenâ
Zo was de Leidse studentenpopulatie vooral in de zeventiende eeuw erg
internationaal: veel Duitsers, maar ook Zuidelijke-Nederlanders en
Engelsen werden aangetrokken door de Leidse universiteit. Omdat
buitenlanders in deze periode vooral naar Leiden kwamen door onrust in
de vorm van oorlog en geloofsvervolging in eigen land, werd de
universiteit ook wel âuniversiteit van vluchtelingenâ genoemd. âMaarâ,
stelt Zoeteman, âlater nam het aantal buitenlandse studenten af en werd
Leiden weer een nationale universiteit. Eind achttiende eeuw bleek
zelfs dat de universiteit voornamelijk regionaal studenten trok en dus
een âgewestelijkeâ universiteit was geworden.â
Toekomstperspectief
Ook de sociale achtergrond van studenten veranderde aan het einde van
de achttiende eeuw: âEr kwamen steeds meer mensen uit het âgewone volkâ
studeren, terwijl tegelijkertijd de studiekosten stegen.â Ook ontdekte
Zoeteman verschillen in voorkeur voor een bepaalde studierichting per
herkomst: âRechten was vooral populair bij Duitsers, terwijl Engelsen
meestal voor een medicijnenstudie naar Leiden kwamen.â Zoeteman hoopt
met haar gedigitaliseerde versie van het album studiosorum de deuren te
openen voor verder onderzoek naar studentenpopulaties.
Groter kader
Het onderzoek van Zoeteman staat niet op zichzelf, maar past binnen het
grotere kader van proefschriften over de Universiteitsgeschiedenis,
naar aanleiding van het 425-jarig bestaan van de Leidse Universiteit.
Promotor Willem Otterspeer schreef een integrale geschiedenis over de
Leidse universiteit, twee andere promovendi schreven hun proefschriften
over een tot op heden onderbelicht onderdeel van de
universiteitsgeschiedenis.
M. Zoeteman-van Pelt, âDe studentenpopulatie van de Leidse
Universiteit, 1575-1812â, Leiden University Press, ISBN 9789087281021,
â¬65,95.
Reeds verschenen boeken
* Ronald Sluijter, âEen analyse van de Leidse universiteit als
bedrijf 1575-ca. 1800â
* Robert-Jan van den Hoorn, â De Leidse Letterenfaculteit in de XVIe
en XVIIe eeuwâ
Universiteit Leiden