Rijksoverheid


Datum 1 februari 2011

Nederlandse bloedvoorziening

Geachte voorzitter,

De vaste Commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport/Jeugd en Gezin (VWS/JG) van de Eerste Kamer heeft naar aanleiding van mijn brief van 8 december 2010 (kenmerk GMT/MVG 3036634) over actualiteiten op het gebied van de Nederlandse bloedvoorziening vragen gesteld over het screenen van bloed van donoren op het vóórkomen van zeldzame infectieziekten zoals variant Creutzfeldt-Jakob, hierna vCJD. De vragen van de Commissie richten zich met name op een afwegingskader bij de invoering van een test en de kosten die het ontwikkelen en toepassen van dergelijke testen met zich mee brengen. Hieronder vindt u in antwoord hierop een korte toelichting op het Nederlandse beleid ten aanzien van het testen van donorbloed. Stichting Sanquin Bloedvoorziening, hierna Sanquin, is door de minister van VWS aangewezen als verantwoordelijke voor de uitvoering van de bloedvoorziening in Nederland zoals vastgelegd in de Wet inzake Bloedvoorziening. Alvorens bloed te mogen doneren, worden donoren bij elke donatie gescreend door middel van een vragenlijst en specifieke exclusiecriteria (ingeval van vCJD: langdurig bezoek aan Verenigd Koninkrijk). Daarna wordt het gedoneerde bloed getest op infectieziekten, en worden de witte bloedcellen uit het bloed gefilterd, ook wel Algehele Leucocytendepletie (ALD) genoemd. Dat laatste onder meer ter voorkoming van overdracht van vCJD bij bloedtransfusie. Bij het beleid ten aanzien van bloedvoorziening in Nederland streef ik naar een optimale veiligheid. Bij optimale veiligheid wordt het eventueel toepassen van beschikbare tests afhankelijk verklaard van de afweging tussen de nadelen (kosten van ontwikkelen en toepassen, onterecht afkeuren donoren) en de baten (gezondheidswinst). Sanquin test het donorbloed volgens de Regeling voorschriften bloedvoorziening (St.crt. 4 februari 2005, nr. 25), dat wil zeggen minimaal op de aanwezigheid van hepatitis B, hepatitis C, en HIV 1 / 2. Daarnaast test Sanquin ook op syfilis, HLTVI en ­II. De Regeling stelt tevens dat aanvullende tests kunnen worden geëist voor specifieke bestanddelen of donors dan wel voor epidemiologische situaties. Bloeddonaties afkomstig uit gebieden met relatief veel gevallen van Q-koorts worden daarom gedurende een epidemie getest.
Infectieziekten kunnen grote verschillen vertonen in bijvoorbeeld prevalentie en incidentie. De hiervoor ontwikkelde testen kunnen verschillen in kosten van ontwikkelen en uitvoeren, mate van onterechte donorexclusie (verlies van donorbloed), en toegevoegde gezondheidswinst. Het ontwikkelen en invoeren van een nieuwe of aangepaste test verloopt daarom volgens een uniek proces. Elk initiatief van Sanquin leidend tot een nieuwe of aangepaste test wordt opgenomen in haar jaarlijkse beleidsplan en de bijbehorende begroting. Het beleidsplan en de begroting worden goedgekeurd door de minister van VWS. Vanwege het eerdergenoemde diverse karakter van de verschillende infectieziekten keur ik de uitgaven voor de betreffende veiligheidsmaatregelen pas goed, nadat de Gezondheidsraad op een case-by-case basis daarover heeft geadviseerd. Op dit moment bereidt de Gezondheidsraad adviezen voor over de invoering van testen voor bloeddonaties voor wat betreft Q-koorts en vCJD. Uw specifieke vragen over afwegingskader, kosten-batenanalyse en aanvaardbaar risico met betrekking tot de vCJD-test zou ik graag beantwoorden nadat de Gezondheidraad mij heeft geadviseerd over deze testen.

Ons kenmerk GMT-U-3043828

Ik vertrouw erop u voldoende te hebben geïnformeerd over het Nederlands beleid ten aanzien het testen van donorbloed. Hoogachtend, de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

mw. drs. E.I. Schippers