Genetics of arrhenotokous and thelytokous reproduction in Venturia canescens
(Hymenoptera)
Datum: 04 december 2009
Promotie: mw. I.V. Mateo Leach, 16.15 uur, Academiegebouw, Broerstraat
5, Groningen
Proefschrift: Genetics of arrhenotokous and thelytokous reproduction
in Venturia canescens (Hymenoptera)
Promotor(s): prof.dr. L.W. Beukeboom
Faculteit: Wiskunde en Natuurwetenschappen
Ongeslachtelijke en geslachtelijke voortplanting bij de sluipwesp
Ongeslachtelijke voortplanting bij de mediterrane sluipwesp Venturia
canescens heeft een genetische basis. Het wordt niet veroorzaakt door
endosymbionten, zoals bij veel andere insectensoorten. Dit concludeert
Irene Mateo Leach uit haar promotieonderzoek naar de evolutionaire
functie van seksuele naast ongeslachtelijke voortplanting. De
mediterrane sluipwesp V. canescens is voor dit soort onderzoek zeer
geschikt omdat die zich zowel ongeslachtelijk als geslachtelijk kan
voortplanten.
Bij alle Hymenoptera (vliesvleugeligen), waar ook V. canescens onder
valt, vindt ontwikkeling van onbevruchte eieren plaats. De meeste
soorten reproduceren via `arrhenotokie', waarbij onbevruchte eieren
zich tot haploïde (met enkele chromosomen) mannetjes ontwikkelen en
bevruchte eieren tot diploïde (met dubbele chromosomen) vrouwtjes. De
honingbij is hier een bekend voorbeeld van. Bij `thelytoke'
reproductie ontwikkelen juist de vrouwtjes zich uit onbevruchte
eieren. Mechanismen in de cel zijn hierbij verantwoordelijk voor het
handhaven of het herstellen van diploïdie.
Er is weinig tot niets bekend over de genetische regulatie van deze
processen. Deze informatie is echter nodig om de evolutionaire
dynamica van parthenogenese (ongeslachtelijke voortplanting) en de
paradox van de tweevoudige kosten van seks te kunnen begrijpen. Ofwel;
waarom heeft in de evolutie de voortplanting via ingewikkelde seks
zich gehandhaafd, terwijl ongeslachtelijke voortplanting zoveel
simpeler is?
Onderzoek aan V. canescens heeft een aantal basale verschillen in
life-history eigenschappen tussen arrhenotoke en thelytoke individuen
aan het licht gebracht, die het naast elkaar voorkomen van deze
voortplantingsvormen vergemakkelijken. Er is echter tot nu toe weinig
aandacht geweest voor de genetische basis van thelytokie en voor de
genetische structuur van arrhenotoke en thelytoke populaties. Mateo
Leach gaat hier in haar proefschrift dieper op in en verschaft een
aantal methodes om verdere genetische studies aan Venturia canescens
te stimuleren.
Irene Mateo Leach (Spanje, 1977) studeerde biologie aan de
Universiteit van Alicante. Haar promotieonderzoek deed ze bij de
Rijksuniversiteit Groningen, bij de vakgroep Evolutionary Genetics dat
deel uitmaakt van het Centre for Ecological and Evolutionary Studies
(CEES). Het werd gefinancierd met de Pionier subsidie die NWO toekende
aan haar promotor Leo Beukeboom en deels door het Huygens Scholarship
Programme. Inmiddels werkt zij bij de vakgroep Experimentele
Cardiologie van het UMCG.
Laatst gewijzigd: 20 november 2009 11:13
Rijksuniversiteit Groningen