Rechtbank Amsterdam
Uitspraak in de zaak Stichting Brein tegen eisers (leidinggevenden The
Pirate Bay)
Amsterdam, donderdag 22 oktober 2009 - Bij verstekvonnis van 30 juli
2009 heeft voorzieningenrechter eisers in verzet geboden de website
The Pirate Bay ontoegankelijk te maken voor internetgebruikers in
Nederland omdat door The Pirate Bay inbreuk wordt gepleegd op de
auteursrechten van bij Stichting Brein aangesloten organisaties van
auteursrechthebbenden. In deze procedure wordt gezien het verweer dit
gebod gewijzigd in een gebod alle torrents die verwijzen naar
bestanden van auteursrechtelijk beschermd materiaal in Nederland te
verwijderen van The Pirate Bay. De andere verweren van eisers in
verzet zijn verworpen.
De Nederlandse rechter is bevoegd in een geval als dit, waarin wordt
gesteld dat een (mede) op Nederland gerichte website beheerd in het
buitenland inbreuk maakt op de auteursrechten van een persoon in
Nederland (ro 5.3). Gelet op de gestelde voortdurende grote inbreuk op
auteursrechten en naburige rechten moet deze zaak, ondanks het
ingewikkelde feitencomplex, in kort geding worden beoordeeld (ro 5.4).
The Pirate Bay biedt torrents aan waarmee bestanden direct tussen
gebruikers kunnen worden uitgewisseld. Veel van die bestanden bevatten
auteursrechtelijk beschermd materiaal van bij Stichting Brein
aangesloten rechthebbenden. Het uitwisselen van bestanden vindt plaats
door het uploaden van dat bestand door de zogenaamde `seeder' naar de
computer van de zogenaamde `leecher'. Dit uploaden is een inbreuk op
die auteursrechten indien de rechthebbende van het auteursrechtelijk
beschermd materiaal daarvoor geen toestemming heeft verleend.
Omdat de rol van The Pirate Bay in het uploaden van de bestanden met
auteursrechtelijk beschermd materiaal niet kan worden vastgesteld in
kort geding, is onvoldoende aannemelijk dat The Pirate Bay op directe
wijze, of als tussenpersoon, inbreuk maakt, of doet maken, op de
auteursrechten en naburige rechten van de bij Stichting Brein
aangesloten rechthebbenden (ro 5.8).
Wel is aannemelijk dat The Pirate Bay, door het aanbieden van
geïndexeerde torrents, haar gebruikers in staat stelt om de door
Stichting Brein gestelde inbreuken op de auteursrechten en naburige
rechten te maken. Daarnaast is aannemelijk dat The Pirate Bay het
maken van die inbreuken bevordert en daarnaast profiteert van het
beschikbaar stellen van de geïndexeerde torrents van bestanden met
auteursrechtelijk beschermd materiaal. The Pirate Bay handelt dus
onrechtmatig jegens Stichting Brein (ro 5.10 en 5.12).
De vraag is echter of eisers in verzet aansprakelijk kunnen worden
gehouden voor de onrechtmatigheid van de website The Pirate Bay. Vast
staat dat eisers 1 en 2 in verzet de website in 2004 zijn begonnen en
dat eiser 2 in verzet vanaf 2005 bij de website is betrokken. Er zijn
geen concrete gegevens, laat staan bewijsstukken in het geding
gebracht van de door hen gestelde verkoop of verkopen van The Pirate
Bay. Daarnaast wordt voor de aansprakelijkheid van eisers in verzet
voor The Pirate Bay niet alleen gekeken naar de mogelijke
(economische) eigenaren van de website maar ook naar wie zich
feitelijk gedraagt als leidinggevende over het beheer van de website.
Mede gelet op de publiciteit rond de Zweedse strafzaak tegen eisers in
verzet, is aannemelijk dat zij nog steeds feitelijk leiding geven aan
het beheer van de website. Zij worden daarom aansprakelijk gehouden
voor het onrechtmatig handelen van The Pirate Bay (ro 5.13 en verder).
In navolging van het vonnis van 26 augustus 2009 van de rechtbank
Utrecht (Mininova, LJN: BJ60008) wordt aan eisers in verzet een zelfde
verbod opgelegd.
LJ Nummer
BK1067
Zie het origineel
Bron: Rechtbank Amsterdam
Datum actualiteit: 22 oktober 2009 Naar boven