Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Kamerstuk Malafide Hondenhandel

09 maart 2007 - kamerstuk

Directie Landbouw

De Voorzitter van de Tweede Kamer

der Staten Generaal


Postbus 20018

2500 EA 's-GRAVENHAGE

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum

6 februari 2007 2060707270 DL. 2007/449 9 maart 2007

onderwerp bijlagen

Malafide hondenhandel 3785707 Geachte Voorzitter,

Hierbij ontvangt u de antwoorden op de vragen van het kamerlid Ouwehand (PvdD) over malafide hondenhandel, ingezonden 6 februari 2007.


1
Kent u het bericht `Dierenartsen werken mee aan illegale handel'. (De Stentor, 3 februari 2007)

Ja.


2
Deelt u de mening van de Dierenbescherming dat er sprake is van een groot illegaal circuit? Bent u bereid daar nader onderzoek naar te verrichten?

Het is mij niet bekend op welke schaal illegale hondenhandel in Nederland plaatsvindt. Ministerie van Landbouw,
Natuur en Voedselkwaliteit In verband met het wegvallen van de binnengrenzen vindt er in Europa geen controle Directie Landbouw meer aan de grens plaats. De pups zullen veelal per gewone personenauto naar Nederland Bezuidenhoutseweg 73 worden vervoerd. Het is daarom niet gemakkelijk om zicht te krijgen op de totale omvang. Postadres: Postbus 20401 Wel is het mogelijk naar aanleiding van meldingen onderzoek te doen. Vanzelfsprekend 2500 EK 's-Gravenhage zal ik onderzoek laten verrichten naar de in het artikel beschreven situatie. Telefoon: 070 - 3786868
Fax: 070 - 3786100 3

Bent u bereid te komen tot spoedige invoering van een chipverplichting om malafide hondenhandel in te dammen?

Tijdens het algemeen overleg d.d. 14 september 2006 met de vaste commissie voor Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit heeft mijn voorganger de Kamer toegezegd om invoering van een verplichte identificatie en registratie (I&R) te onderzoeken. In reactie op de aanvaarde motie-Waalkens c.s., ingediend bij de behandeling van de LNV begroting 2007, waarin de regering wordt verzocht voor honden en katten een sluitend identificatie- en registratiesysteem op te zetten, is deze toezegging herhaald (Kamerstuk II 2006-2007, 30800 XIV, nr. 77).

Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad 9 maart 2007 DL. 2007/449 2

Het onderzoek richt zich op de effectiviteit en efficiency van verplichte I&R. Hierbij is aangegeven dat verplichte I&R voor honden niet wordt ingevoerd als uit het onderzoek blijkt dat het niet of niet voldoende bijdraagt aan de beoogde doelen waaronder het tegengaan van malafide hondenhandel. Schijnoplossingen leiden immers nergens toe. Het onderzoek zal halverwege het jaar gereed zijn. Ik wil de resultaten afwachten voordat ik een beslissing neem over het verplichten van identificatie en registratie. Overigens is nu ongeveer 70% van de honden in Nederland al op vrijwillige basis geïdentificeerd en geregistreerd.

Het terugdringen van malafide hondenhandel is de verantwoordelijkheid van burgers, sector en overheid samen. Met name de (potentiële) houders van honden hebben een belangrijke sleutel in handen. Wanneer zij bij het kopen van een hond zich ervan vergewissen dat de hond in Nederland is geboren en opgegroeid onder normale omstandigheden dan zal dat sterk bijdragen aan het verminderen van de malafide hondenhandel. Het onlangs opgerichte Landelijk Informatie Centrum Gezelschapsdieren (LICG) kan hierbij ondersteunen, want het heeft onder meer als taak om potentiële houders voorlichting te geven over het verantwoord kiezen en aanschaffen van een dier.

4
Bent u bereid tot een intensivering van de opsporing en de vervolging om de malafide hondenhandel en de import van puppy's uit de Oost-Europese bio-industrie in te dammen?

Ik heb al extra capaciteit vrijgemaakt voor de Algemene Inspectiedienst. Deze extra capaciteit van drie fte's is per 1 januari 2007 ingezet om illegale c.q. malafide honden- handel beter en efficiënter te kunnen opsporen. Daarnaast vinden er reguliere controles plaats op het Honden- en kattenbesluit 1999 door de Landelijke Inspectiedienst Dieren- bescherming en de Algemene Inspectiedienst en vinden er controles plaats op basis van artikel 36 (verbod op mishandeling van dieren) en 37 (verplichting tot verzorgen van dieren) van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren. De vervolging van verdachten is de verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg


---- --