ChristenUnie
ChristenUnie.nl
Nieuws
Inbreng bij wijziging WWB
Inbreng bij wijziging WWB
donderdag 08 maart 2007 17:32
De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben kennis genomen van
het onderliggend wetsvoorstel. Ze constateren dat het wetsvoorstel
voortvloeit uit een uitspraak van de Centrale Raad van beroep, waarbij
werd geoordeeld dat er sprake is van ongeoorloofde
leeftijdsdiscriminatie wanneer personen van 57,5 jaar en ouder het
recht krijgen om 13 weken met behoud van uitkering in het buitenland
te verblijven. Deze leden vragen de regering waarom het wetsvoorstel
niet in een breder perspectief is geplaatst, door het vraagstuk van
het verblijf in het buitenland in een uitkeringssituatie, te koppelen
aan alle groepen die uitgezonderd zijn van de sollicitatieplicht?
Doel en strekking
De regering geeft aan dat het motief voor dit wetsvoorstel er in
gelegen is dat een verblijf van 13 weken in het buitenland niet
bijdraagt aan de geëngageerdheid bij de Nederlandse samenleving en de
verkleining van de afstand tot de arbeidsmarkt. De leden van de
ChristenUnie-fractie vragen zich af waar de regering zich bij deze
uitspraak op baseert. Zijn er feiten beschikbaar waaruit blijkt dat
een buitenlands verblijf van 13 weken nadelig is voor de
geëngageerdheid bij de Nederlandse samenleving en het wegwerken van de
afstand tot de arbeidsmarkt?
Voorts vragen zij de regering of het argument van de afstand tot de
arbeidsmarkt relevant is, wanneer personen tot hun 65e jaar zijn
vrijgesteld van de sollicitatieplicht?
Individuele uitzonderingspositie
Op grond van zwaarwegende bijzondere omstandigheden kunnen gemeenten
een individuele uitzonderingspositie verstrekken aan
bijstandsgerechtigden om maximaal 13 weken in het buitenland te
verblijven. Wie bepaalt wat zwaarwegende bijzondere omstandigheden
zijn, zo vragen de leden van de ChristenUnie fractie?
De noodzaak, en daarmee het behoud van bijstand, vervalt als de
zwaarwegende bijzondere omstandigheid vóór het verstrijken van de
termijn van 13 weken is beëindigd. De leden van de fractie van de
ChristenUnie vragen de regering wie vaststelt of de bijzondere
omstandigheid is beëindigd? Gaan gemeenten hier actief op handhaven?
Zo ja, hoe gaan ze dit doen en hoeveel handhavingskosten zijn hiermee
gemoeid? Voorts vragen deze leden of bijstandsgerechtigden
onmiddellijk moeten terugkeren wanneer de zwaarwegende omstandigheden
zijn beëindigd?
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen zich af wat de
consequenties zijn voor uitkeringsgerechtigden wanneer zij,
bijvoorbeeld door een verblijf in het ziekenhuis, langer dan 13 weken
in het buitenland moeten verblijven? Verliezen zij dan alsnog het
recht op een uitkering?
Financiële gevolgen
Dit wetsvoorstel zal volgens de regering geen budgettaire gevolgen
hebben. Betekent dit dat gemeenten geen extra kosten in de sfeer van
handhaving zullen maken, zo vragen de leden van de
ChristenUnie-fractie de regering?