Ministerie jus

http://www.justitie.nl

Wim van der Weegen

070 370 7953

4902
28.11.06

Inspectie: preventie geweld in detentie kan beter

De preventie van geweld tussen gedetineerden kan worden verbeterd. Dat schrijft de Inspectie voor de Sanctietoepassing (ISt) in haar rapport Beheersing geweld tussen gedetineerden in huizen van bewaring. Minister Hirsch Ballin van Justitie heeft het rapport vandaag naar de Tweede Kamer gestuurd.

In het onderzoek heeft de ISt bekeken in welke mate de praktijk van geweldbeheersing binnen de penitentiaire inrichtingen is gericht op preventie van geweldpleging. Het blijkt dat het aantal geweldplegingen tussen gedetineerden na een periode van stijging, in 2005 is gedaald. Noteerde de Dienst Justitiële Inrichtingen in 2002 nog 16,2 geweldplegingen per honderd bezette cellen, in 2004 was dat aantal opgelopen tot 17,8. In 2005 daalde dit aantal naar 13,6 waarmee het niveau van voor 2002 is bereikt.

Ondanks de daling van het aantal geweldplegingen, is de inspectie van oordeel dat verbeteringen mogelijk zijn. In totaal doet de inspectie acht aanbevelingen aan de Dienst Justitiële Inrichtingen. De belangrijkste zijn:


- Zorg dat alle penitentiaire inrichtingen op papier vastleggen hoe de geweldbeheersing in de praktijk moet functioneren, zodat geweld, bedreiging en intimidatie tussen gedetineerden wordt voorkomen.

- Zorg dat alle penitentiaire inrichtingen ook vastleggen op welke manier deze werkwijze wordt gedeeld met medewerkers, gedetineerden en bezoekers.
- Zorg dat in de huisregels expliciet wordt opgenomen welk gedrag van een gedetineerde verwacht wordt in de omgang met medegedetineerden.

- Zorg dat alle penitentiaire inrichtingen camerabeelden opslaan zodat incidenten altijd nagezien kunnen worden.

De minister van Justitie schrijft in een reactie op het rapport aan de Tweede Kamer dat alle aanbevelingen worden overgenomen en zoveel als mogelijk worden omgezet in landelijk beleid. Vooruitlopend op dit landelijk beleid, worden in de afzonderlijk onderzochte huizen van bewaring maatregelen getroffen voor wat betreft de aan deze inrichtingen gerichte aanbevelingen.


-------------