voerenâ
âBoer moet vee vaker voerenâ
21 sep 2006
Onderdeel: Wageningen UR
Het Nederlandse veevoer is zeer uitgebalanceerd. Toch ziet hoogleraar
Diervoeding prof. Wouter Hendriks mogelijkheden om efficiencywinst te
behalen. Zo zouden veehouders bijvoorbeeld kalveren vaker moeten
voeren.
Dat honden- en katteneigenaars hun dieren verre van optimaal voeren,
heeft Hendriks al bij meerdere gelegenheden gezegd. In de oratie die
de hoogleraar op donderdag 14 september uitsprak opperde hij echter
ook een aantal mogelijkheden om het voeren van vee te verbeteren. Dit
terwijl velen in de veronderstelling verkeren dat veehouders hun
dieren al zeer uitgekiende rantsoenen geven. Krachtvoer is immers duur
en daarom zien veehouders nauwgezet toe op een goede voederconversie â
de omzetting van voer in gewenste producten zoals vlees, melk of
eieren.
Hendriks signaleert echter dat vee nog vaak âasynchroonâ wordt
gevoerd: het voedertijdstip sluit niet optimaal aan bij de behoeften
van het dier. âHet wordt steeds duidelijker dat het nutriëntengebruik
door dieren binnen een etmaal sterk varieert. Het aanbieden van
nutriënten op een tijdstip waarop een dier er geen behoefte aan
heeft, leidt tot inefficiëntie.â
Zo benutten zware vleesklaveren voedingseiwitten vaak verre van
optimaal. Het beter afstemmen van het nutriëntenaanbod op de behoefte
binnen een etmaal, door het aantal voerbeurten van twee naar vier per
dag op te schroeven, kan de eiwitaanzet met zoân tien procent
verhogen, aldus Hendriks. Ook bij vleesvarkens kan het uit de pas
lopen van vraag en aanbod van aminozuren en glucose een fikse daling
in de eiwitaanzet tot gevolg hebben.
Volgens Hendriks valt verder winst te behalen door beter te kijken of
bepaalde aminozuren in het voer ook echt beschikbaar zijn voor de
dieren. Een voorbeeld is het belangrijke aminozuur lysine. Dit wordt
vaak speciaal aan varkens-, kippen- en hondenvoer toegevoegd om de
groei te bevorderen. De hittebehandeling die het voer ondergaat
verandert het aminozuur echter zodanig dat het voor de dieren niet
meer goed te verteren is. Het heeft volgens hem daarom eigenlijk geen
zin dat fabrikanten alleen het totale lysinegehalte op de verpakking
vermelden.
Gert van Maanen
Bovenstaand bericht is geproduceerd door de redactie van Resource, het
weekblad voor Wageningen Universiteit en Researchcentrum. Het wordt u
aangeboden door de afdeling Corporate Communicatie. Meer informatie
bij Pers- en wetenschapsvoorlichting van Wageningen UR, e-mail:
pers.communicatie@wur of bij de redactie van Resource, e-mail:
resource@cereales.nl. Zie archief van voorloper Wb op
http://www.wb-online.nl.
Meer over dit onderwerp
Zie ook: Vleesetend karakter huisdieren miskend
Wageningen Universiteit