Radboud Universiteit Nijmegen
Onderwijsprijs voor internist dr. C.T. Postma
Tweejaarlijkse onderwijsprijs voor medisch onderwijs
Internist en coördinator van enkele zeer belangrijke onderdelen van het praktisch klinisch onderwijs in de geneeskunde, , dr. C.T. Postma, verbonden aan de Radboud Universiteit en het UMC St Radboud, ontvangt op donderdag 21 september de prof.dr. H.J. Lammersprijs voor Onderwijs. Deze tweejaarlijkse onderwijsprijs is vernoemd naar wijlen prof. Lammers, een eminent docent in de anatomie en de embryologie (1951 1985) . De prijs bestaat uit een oorkonde en een geldbedrag van ¤ 5000,-- te bestemmen voor het medisch onderwijs. De prijs wordt uitgereikt in het Radboud-Auditorium, aanvang: 15.30 uur.
Dr. Cor Postma is sinds 1987 coördinator van het Algemeen Coassistentschap (later: PKO2 en CC01) en plaatsvervangend stagecoördinator Interne Geneeskunde. In deze hoedanigheid heeft hij gedurende vele jaren zeer belangrijk werk verricht tijdens de ontwikkeling, uitvoering en evaluatie van het praktisch klinisch onderwijs ten behoeve van de opleiding geneeskunde in Nijmegen.
Een groot aantal docenten is bij dit praktisch klinisch onderwijs betrokken geweest. Op initiatief van dr. Postma werden - lang voordat docentenprofessionalisering UMC-breed werd ingevoerd - reeds specifieke docententrainingen opgezet. Gezien zijn centrale positie in het praktisch klinisch onderwijs werd hij ook voorzitter van de Commissie Professioneel Gedrag.
Postma is een docent met een groot hart voor de studenten en die tegelijkertijd oog heeft voor patiënten die tegen minder professioneel gedrag van nog niet volledig opgeleide studenten beschermd moeten worden. Ook artsen met een buitenlands diploma die in Nijmegen een aanvullende opleiding van enkele jaren volgen genieten zijn bijzondere aandacht.
Dr. Postma is voorts coördinator van de landelijke ingangstoetsing van buitenlandse artsen. Vermeldenswaard is verder dat de heer Postma in woord en geschrift heeft bijgedragen aan de positieve beeldvorming op onderwijsgebied van het UMC St Radboud en de Radboud Universiteit Nijmegen.
Noot voor de redactie (