Voorstel van wet houdende wijziging van de Wet op de orgaandonatie (evaluatie)
Nota van wijziging
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
---
In artikel I wordt voor onderdeel A, onder verlettering van onderdeel A in onderdeel AA, een
onderdeel ingevoegd dat luidt als volgt:
---
Aan artikel 9 wordt een vijfde lid toegevoegd dat luidt als volgt:
5. Een in algemene bewoordingen gestelde herroeping van een uiterste wilsbeschikking houdt
niet in een herroeping van een wilsbeschikking als bedoeld in het vierde lid.
---
Artikel I, onderdeel AA, komt te luiden:
Artikel 10 wordt gewijzigd als volgt:
1. Het vierde lid vervalt, onder vernummering van het vijfde en het zesde lid in het vierde en het
vijfde lid.
2. Het vierde lid (nieuw) komt te luiden:
4. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld omtrent de vorm,
inhoud en toezending van het donorformulier en het bijhouden en de toegankelijkheid van
het donorregister. Bij die algemene maatregel kan worden bepaald dat een donorformulier
wordt toegezonden aan personen die na het bereiken van de leeftijd van negentien jaar
nieuw in een basisadministratie zijn ingeschreven of dat aan daarbij aan te wijzen
categorieën van personen aan wie een donorformulier is toegezonden en van wie na een
bij die maatregel te bepalen termijn nog geen wilsverklaring in het register is opgenomen,
opnieuw een donorformulier wordt toegezonden.
3. In het vijfde lid (nieuw) wordt "het vijfde lid" vervangen door: het vierde lid.
---
Artikel I, onderdeel D, wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 20, zesde lid, eerste volzin, komt te luiden:
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen van dit artikel afwijkende regels worden gesteld
betreffende de toepassing door bij die maatregel aan te wijzen categorieën van artsen.
---
Het vierde onderdeel van artikel I, onderdeel G, komt te luiden:
4. Aan het derde lid wordt na "protocol" toegevoegd: en kan worden bepaald dat dit artikel
geheel of gedeeltelijk niet van toepassing is op bepaalde categorieën ziekenhuizen.
---
De tweede volzin van artikel II vervalt.
Toelichting
Een in algemene bewoordingen gestelde herroeping van een uiterste wilsbeschikking ("ik herroep
alle door mij eerder gemaakte uiterste wilsbeschikkingen", een zin waarmee vrijwel ieder
testament begint) heeft naar algemeen inzicht niet tot gevolg dat de in artikel 9, vierde lid, van
de wet bedoelde wilsbeschikking omtrent het verwijderen van organen daardoor ongedaan
wordt gemaakt. Dit volgde voor de inwerkingtreding van de Wet op de orgaandonatie expliciet
uit de toen geldende tekst van artikel 72, eerste lid, in verbinding met artikel 19, tweede lid, van
de Wet op de lijkbezorging. Artikel 72, eerste lid, verwijst sindsdien niet meer met zo veel
woorden naar orgaandonatie. De tekst van het voorgestelde nieuwe vijfde lid van artikel 9 is
ontleend aan artikel 19, tweede lid, van de Wet op de lijkbezorging, en bevestigt slechts de
opvatting die ook sinds de inwerkingtreding van de wet in de (notariële) praktijk onverminderd
wordt aangehangen.
Door de wijziging van artikel 10, vierde lid, wijzigt de financiering van de uitvoering van de
taken van het donorregister. Op grond van het huidige vierde lid van artikel 10 worden deze
taken gefinancierd uit het Algemene Fonds Bijzondere Ziektekosten.
Inmiddels is besloten het Budgetair Kader Zorg te zuiveren van andere dan (pseudo)aanspraken.
Omdat de taken van het donorregister niet kunnen worden gezien als (pseudo)aanspraken op
grond van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten is ervoor gekozen de wet in die zin te
wijzigen dat het donorregister uit de algemene middelen wordt gefinancierd. Artikel II van het
wetsvoorstel is in verband hiermee ook aangepast.
De wijziging van artikel 20, zesde lid, houdt ermee verband dat gebleken is dat het niet in alle
gevallen noodzakelijk is voor bepaalde categorieën van artsen afwijkende regels te stellen bij
algemene maatregel van bestuur. Door de wijziging van artikel 20, zesde lid, wordt het mogelijk
om slechts in die gevallen dat dat nodig en nuttig is afwijkende regels vast te stellen.
Door de wijziging van artikel 23 wordt het mogelijk bij algemene maatregel van bestuur te
bepalen dat de regels inzake de vaststelling van een protocol geheel of gedeeltelijk niet van
toepassing zijn op bepaalde categorieën van ziekenhuizen. Met name voor inrichtingen waar
orgaandonatie naar verwachting zeer beperkt zal voorkomen en er slechts sprake zal zijn van
orgaandonatie van bepaalde organen is het dienstig bij algemene maatregel van bestuur te
kunnen bepalen dat de regels met betrekking tot de vaststelling van een protocol slechts
gedeeltelijk van toepassing zijn.
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
---- --
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport