Nederlands Research Instituut voor Recreatie en Toerisme
Nieuws
29 november 2004 Funshoppen in binnenstad is meest favoriete
vrijetijdsactiviteit
Nederlanders brengen hun vrije tijd graag buitenshuis door
Winkelen voor plezier is één van de meest favoriete bezigheden van de
Nederlander. Tijdens 19% van alle vrijetijdsactiviteiten wordt
gewinkeld. Vooral de binnenstad is populair, maar ook het bezoeken van
markten en tuincentra is in trek. Dat blijkt uit de eerste resultaten
van het ContinuVrijeTijdsOnderzoek (CVTO), een grootschalig
consumentenonderzoek naar het vrijetijdsgedrag van de Nederlandse
bevolking, dat sinds april van dit jaar van start is gegaan.
Nederlanders brengen hun vrije tijd graag winkelend door, hetgeen
blijkt uit het grote aandeel activiteiten die onder de noemer winkelen
voor plezier/funshoppen vallen. In de top tien van
vrijetijdsactiviteiten komen maar liefst vier activiteiten voor die te
maken hebben met winkelen. Andere populaire activiteiten zijn
wandelen, fietsen en horecabezoek.
Eigen gemeente belangrijk voor vrijetijdsbesteding
Ruim 40% van alle vrijetijdsactiviteiten wordt in de eigen gemeente
ondernomen. Een kleine 3% van de activiteiten vindt in het buitenland
plaats. Ruim de helft van de vrijetijdsactiviteiten (51%) vindt plaats
binnen een straal van 5 kilometer vanaf het woonadres. Vooral
sportactiviteiten, hobby-, verenigingsactiviteiten en cursussen worden
dichtbij huis ondernomen. De gemiddeld afgelegde afstand (enkele reis)
is het langst voor culturele activiteiten (36,4 kilometer).
Weekend goed voor ruim eenderde van de vrijetijdsactiviteiten
Verreweg de meeste activiteiten (21%) worden op een zaterdag
ondernomen. Maandag is het minst in trek voor de vrijetijdsbesteding
buitenshuis (11%). Circa 40% van de vrijetijdsactiviteiten gaat van
start in de middaguren. Bij nog eens 38% wordt in de ochtend gestart
met de activiteit.
Uiteraard zijn er verschillen waar te nemen tussen de diverse
activiteiten. Zo concentreert winkelen zich logischerwijs voor een
groot deel op de zaterdag (31%), maar is wel zeer gelijkmatig
verspreid over de dag, terwijl bijvoorbeeld sportactiviteiten relatief
vaak ondernomen worden op doordeweekse dagen en in de avonduren.