Vragen van het lid Atsma (CDA) aan de ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het optreden van de Voedsel- en Warenautoriteit op een
hobbybeurs in Leeuwarden. (2040502750)
1.
Kent u het bericht `Een oud sigarenbandje? Verboden contrabande'? 1)
1.
Ja.
2.
Klopt de strekking van het bericht dat de Voedsel- en Warenautoriteit (VWA) dit
weekend verzamelaars van onder meer sigarenbandjes, oude bierviltjes en aanstekers heeft
gesommeerd hun collecties in te pakken, omdat een en ander in strijd zou zijn met het Nederlandse
alcohol- en tabaksbeleid?
2.
Nee, de VWA heeft inmiddels uiteengezet wat de werkelijke toedracht is geweest. De reactie van de
VWA, die ook op haar website is weergegeven, luidt als volgt:
"Ten onrechte wordt in de media de suggestie gewekt dat standhouders op een hobbybeurs
in Leeuwarden de beurs moesten verlaten vanwege verboden reclame uitingen voor
tabaksmerken en biermerken.
Aanleiding voor het bezoek was een routinecontrole die betrekking had op een herinspectie
van alcoholverkoop. Daarbij bleek alles in orde te zijn. Medewerkers van de Voedsel en
Waren Autoriteit (VWA) hebben de beursorganisatie wel gewaarschuwd voor reclame
uitingen van bestaande sigaren- en sigarettenmerken zoals spiegels en auto's. Het ging
hierbij om een tweetal commerciële activiteiten. Deze waren nadrukkelijk een overtreding van
de wet op de tabaksreclame. Overigens is het niet verboden reclame te maken voor
alcoholmerken.
Het gaat de VWA nadrukkelijk niet om verzamelaars te hinderen in het uitoefenen van hun
hobby. Het bezitten of ruilen van bovengenoemde artikelen is geen probleem.
Volgens de wet op de tabaksreclame is het verboden reclame te maken voor bestaande
sigaren- en sigarettenmerken. De VWA houdt toezicht op de naleving van deze wet."
Ik heb aan deze verklaring niets toe te voegen.
3.
Deelt u de mening dat verzamelaars van dergelijke collecties in principe niet de bedoeling hebben het
Nederlandse alcohol- en tabaksbeleid te ondermijnen, en dat de VWA andere prioriteiten zou moeten
stellen?
3.
Deze mening deel ik wel, maar zoals uit het antwoord op vraag 2 blijkt, is de veronderstelling
onjuist, dat de VWA zich met dergelijke zaken bezig houdt.
4.
Op welke instructie is de actie van de VWA-medewerkers gebaseerd? Wie bepaalt wanneer moet
worden ingegrepen?
4.
Zoals uit het antwoord op vraag 2 blijkt, waren VWA-controleurs aanwezig voor een herinspectie in
het kader van de Drank- en Horecawet. Tijdens deze herinspectie werd in twee gevallen een
overtreding van de Tabakswet opgemerkt. Volgens de reguliere instructie is voor deze overtreding
een waarschuwing aangezegd aan het adres van de organisator van de beurs.
5.
Bent u bereid de inspecteurs van de VWA opdracht te geven nu en in de toekomst geen stappen
tegen organisatoren van dergelijke hobbybeurzen en verzamelaars van onder meer sigarenbandjes,
bierviltjes en aanstekers te ondernemen? Zo neen, waarom niet?
5.
Gelet op de voorgaande antwoorden is dit niet nodig. Ik heb de VWA verzocht extra aandacht te
geven aan de communicatie met betrokkenen teneinde misverstanden als de onderhavige te
voorkomen.
1) Leeuwarder Courant, 30 oktober jl.
---- --
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport