Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

persbericht

Nummer:
82

Directie:
voorlichting

25-11-2004

Status:
informatie

Minder drop-outs

Het aantal voortijdige schoolverlaters is in het afgelopen jaar met bijna 10% gedaald. In 2003 werden 63.849 nieuwe voortijdige schoolverlaters geregistreerd. Voor 2002 lag dat cijfer op 70.508. Het kabinetsbeleid is er op gericht drop-outs te helpen terug te keren naar school of naar werk. In 2003 is dat met 20.361 jongeren gelukt. Dat is iets meer (1,3%) dan in 2002. Staatssecretaris Rutte heeft deze cijfers vandaag bekendgemaakt.

Doelstelling van het kabinet is om het aantal voortijdige schoolverlaters in 2006 met 30% verlaagd te hebben ten opzichte van 2002. Met de huidige daling van bijna 10% lijkt er, na jaren van stijgingen, sprake van een trendbreuk. Volgens Rutte is dit eindelijk een positief geluid op het taaie onderwerp van voortijdig schoolverlaten.

Meldingsplicht

Van de voortijdige schoolverlaters in 2003 was 58% van Nederlandse herkomst en 42% allochtoon. Van de herplaatste jongeren is 62% teruggegaan naar het onderwijs, 27% is aan een baan geholpen. Het Ministerie van OCW stelt komend jaar 2,5 miljoen euro extra (op een totaal van bijna 10 miljoen) beschikbaar voor het begeleiden van voortijdige schoolverlaters. In 2006 zal dat extra bedrag verdubbeld worden tot 5 miljoen. Om het voortijdige schoolverlaten effectief te kunnen bestrijden is het belangrijk dat het probleem goed in kaart wordt gebracht. Scholen in het voortgezet en beroepsonderwijs hebben een wettelijke meldingsplicht van drop-outs. Inmiddels werken vrijwel alle scholen (97%) goed mee aan deze plicht, waardoor er een steeds beter beeld ontstaat van de groep voortijdig schoolverlaters.

Ministerie van OCW
Rijnstraat 50
Postbus 16375
2500 BJ Den Haag
T: 070 412 34 56
F: 070 412 34 50
E: info@minocw.nl