VVD



24 nov 2004 - Visser: Vragen uitspraak Raad van State discretionaire bevoegdheid Verdonk

Uitgeprocedeerde asielzoekers van wie een aanvraag om in aanmerking te komen voor de pardonregeling (de zogeheten 'discretionaire bevoegdheid') wordt afgewezen, kunnen hiertegen in beroep gaan. Dat heeft de Raad van State geoordeeld. VVD-Kamerlid Arno Visser heeft Kamervragen gesteld over deze uitspraak. Hij wil onder meer weten wat de gevolgen zijn voor het beleid van de minister.

Schriftelijke vragen van het lid Visser (VVD) aan de Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie

1) Hebt u kennis genomen van de uitspraak van de Raad van State d.d. 19 november 2004 inzake het beroep op uw 'discretionaire bevoegdheid' (zaaknummer 200404931/1)? Hoe beoordeelt u deze uitspraak van de Raad van State?

2) Wat zijn de gevolgen voor uw beleid met betrekking tot de "Eenmalige Regeling", zoals neergelegd in de brief van 29 augustus 2003 aan de Tweede Kamer?

3) Een asielzoeker die een beroep doet op de in vraag 1 genoemde discretionaire bevoegdheid en daarop geen positief antwoord krijgt, kan nu blijkbaar tegen een afwijzing van de minister een juridische procedure starten. De aanvraag, zo staat in het persbericht van de Raad van State te lezen, moet wel aan "bepaalde eisen" voldoen. Welke eisen zijn dat?

4) Werd er in de onderhavige procedure door de vreemdeling een beroep gedaan op uw 'discretionaire bevoegdheid' om een reguliere verblijfsvergunning af te geven, of op uw 'inherente afwijkingsmogelijkheid'? Wilt u in het licht van deze uitspraak en de "Eenmalige Regeling" ingaan op het verschil tussen beide begrippen? Is een beslissing op een aanvaag voor een verblijfsvergunning, gebaseerd op één van deze bevoegdheden, een besluit dat vatbaar is voor beroep en hoger beroep?

5) Kunnen er maatregelen worden getroffen om te voorkomen dat aanvragen van asielzoekers, zoals hiervoor bedoeld, vatbaar zijn voor beroep en hoger beroep? Zo ja, bent u voornemens die te treffen?

6) Wat zijn de gevolgen van deze uitspraak van de Raad van State voor andere beleidsterreinen dan het vreemdelingenrecht waar eveneens bij de wet vastgelegde discretionaire en inherente afwijkingsbevoegdheden gelden voor de verantwoordelijke minister?

7) Kan worden aangegeven of deze uitspraak van de Raad van State gevolgen heeft voor de opvang van asielzoekers en zo ja, welke?

23 november 2004