Novib

Novib overstag in de suikerdiscussie?

17 november 2004

Geamuseerd lazen we in het Agrarisch Dagblad (11 november) dat Novib âoverstagâ zou zijn gegaan in de slag om de hervorming van het Europese suikerbeleid, door een bondgenootschap aan te gaan met het Platform Toekomst Suikermarkt. We hebben inderdaad tot ons genoegen vastgesteld dat de voorstellen van het Platform beter rekening houden met de legitieme economische belangen van een aantal van de armste landen ter wereld dan de voorstellen van de Europese Commissie. En dat zonder de legitieme belangen van de Europese suikersector te veronachtzamen. We denken en hopen dan ook dat verdere samenwerking met het Platform mogelijk is. Maar daarvoor hoefde Novib niet overstag te gaan, omdat we ons standpunt in deze zeer consequent hebben uitgedragen sinds Novib / Oxfam al in april een voorstel voor de suikerhervorming lanceerde. Een voorstel dat ook altijd al afweek van de voorstellen van EU-commissaris Fischler.

Voor Novib zijn twee zaken van belang: het beëindigen van dumping (dat wil zeggen, de export van suiker beneden de kostprijs), en het verruimen van de exportmogelijkheden van de (armste) ontwikkelingslanden. Ondanks de hoge Europese suikerprijs, is de EU(-15) met ruim vijf miljoen ton per jaar een van de grootste suikerexporteurs ter wereld. Ruwweg de helft van die export betreft quotumsuiker, waarvoor een hoge prijs aan de producent is betaald en die met behulp van exportsubsidies op de wereldmarkt wordt afgezet. De andere helft gaat om de zogenaamde C-suiker, waarvoor de producent geen quotum had en waarvoor hij de lage wereldmarktprijs ontvangt. Een WTO-panel heeft in een voorlopige uitspraak gesteld dat deze export van C-suiker illegaal is omdat zij indirect gesubsidieerd wordt door de hoge prijs die producenten voor hun quotumsuiker ontvangen. Met andere woorden, de enige manier om op te houden met dumping is door de productie af te stemmen op het binnenlands verbruik. Dat betekent wat ons betreft: tenminste vijf miljoen ton minder produceren in de EU-15. Een verdere productievermindering is nodig om meer ruimte te geven aan de minst ontwikkelde landen, die de EU immers al onbeperkte markttoegang heeft toegezegd (het âEverything But Armsâ initiatief).

Wat het Platform en Novib verenigt, is het standpunt dat een drastische daling van de interne EU-prijs geen enkel belang dient. Noch van de suikerbietentelers die daarmee de inkomenszekerheid uit een van de laatste rendabele akkerbouwgewassen zien verdampen, noch van de opkomende suikerindustrie in landen als Mozambique en Malawi. De presidenten van een aantal van de minst ontwikkelde suikerproducerende landen hebben onomwonden aangegeven dat hun belangen veel meer gediend zijn met een gereguleerde toegang tot de Europese suikermarkt tegen rendabele prijzen, dan met ongelimiteerde toegang tegen de te lage prijzen die de wereldmarkt dicteert.

De hoogte van de noodzakelijke productievermindering is wel nog een onderwerp waar de meningen van het Platform en Novib tot nu toe ver uiteen liepen. Het voorstel van het Platform behelst een directe quotumkorting van 7,3% (wat neerkomt op een productievermindering met ruwweg 1 miljoen ton), aangevuld met een opkoopregeling. Hoeveel quotum die opkoopregeling uit productie zou moeten halen, hield het Platform tot nu toe in het midden. Tijdens het rondetafel gesprek met de Vaste Kamercommisie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, bepleitte de heer Maarsingh van LTO Nederland voor het eerst een marktevenwicht tussen vraag en aanbod op de interne suikermarkt. De heer Van Campen van suikerverwerker COSUN stelde dat met een fatsoenlijke opkoopregeling 2,5 tot 3 miljoen ton quotum opgekocht zou moeten worden. Daar heeft Novib uiteraard geen bezwaar tegen. Als dit standpunt bevestigd wordt, zou dit een belangrijke doorbraak betekenen.

Blijft over de kwestie van de dumping van C-suiker door indirecte subsidiëring. Novib is van mening dat deze praktijk slachtoffers maakt op de wereldmarkt, met name onder de armste landen, en dus moet stoppen. Het zou de sector sieren als hij met effectieve voorstellen komt om dit probleem op te lossen. Zo niet, dan gloort het weinig aantrekkelijke perspectief dat de Commissie een oplossing van het probleem afdwingt door vast te houden aan een forse daling van de referentieprijs.

Samenvattend kan geconcludeerd worden dat er tussen het Platform en Novib voldoende raakvlakken zijn om tot een vruchtbare alliantie te komen. Wij staan dus open voor een vervolggesprek en nauwere samenwerking.

Bert Beekman, coördinator handelscampagne Novib

Bertram Zagema, beleidsmedewerker landbouw Novib Bron: Novib, 17 november 2004
Auteur: Novib