Socialistische Partij
Geen reden voor meer aandacht wetsartikel tegen godslastering
15-11-2004 * Minister Donner heeft afgelopen weekend aangekondigd dat
hij wil onderzoeken of er meer gebruik gemaakt kan worden van artikel
147 van het Wetboek van Strafrecht, een artikel tegen zogenaamde
`smalende godslasteringen'. Volgens de SP is dat geen goed idee.
Jan de Wit SP-Kamerlid Jan de Wit: "Er is geen enkele reden om meer
aandacht te gaan besteden aan het wetsartikel tegen godslastering. Dat
is een relikwie uit vooroorlogse tijden, toen de invloed van het
christelijke geloof in Nederland veel groter was dan nu en de overheid
het als een eigen taak beschouwde om dat geloof in bescherming te
nemen. Dat is allang niet meer zo. Sinds de jaren zestig, toen het
beroemde proces tegen de schrijver Gerard Reve wegens godslastering in
zijn voordeel werd beslist, zijn we het in Nederland normaal gaan
vinden dat we ons vrij kunnen uiten over religieuze opvattingen. Het
is niet aan de overheid om zich daar nadrukkelijk mee te bemoeien."
Is dat een vrijbrief om mensen ongelimiteerd te kunnen kwetsen, of om
andermans geloof op een extreme manier belachelijk te maken? De Wit:
"Nee. Belediging is volgens ons Wetboek van Strafrecht gewoon
strafbaar, maar het is in de regel een `klachtdelict'. Dat betekent
dat iemand die zich beledigd voelt, zélf daarover moet klagen, voordat
eventueel wordt vervolgd. Het OM treedt dus niet uit zichzelf op, en
zo hoort het ook. Wij willen een samenleving waarin mondige burgers
zich zoveel mogelijk onbelemmerd kunnen uiten, ook over het geloof.
Ontspoort het vrije debat en worden fatsoensnormen ernstig
overschreden, dan kan een burger die zich gekwetst voelt de rechter
vragen om tussen beiden te komen. Daarvoor biedt de wet voldoende
waarborgen, ook zonder dat we artikel 147 van de strafrechtelijke
rommelzolder halen."