College van Beroep voor het bedrijfsleven


Brief dat WW-uitkering onvervreemdbaar is en niet vatbaar is voor verpanding of belening is geen besluit in de zin van de Awb

Betrokkene heeft met G. een akte van vestiging van stille verpanding gemaakt, ter zekerheid voor het nakomen van Gâs verplichtingen uit huurovereenkomst. Betrokkene meent als pandhouder een rechtstreeks vorderingsrecht op de WW-uitkering van G. te hebben. Bij brief van 8 oktober 1997 heeft het Uwv het verzoek van betrokkene, inhoudende een gedeelte van de uitkering van G. aan hem uit te betalen, afgewezen. De Raad beantwoordt ambtshalve de vraag of deze afwijzing een besluit bevat in de zin van artikel 1:3 Awb ontkennend, omdat er in dit geval geen sprake is van een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan inhoudend een publiekrechtelijke rechtshandeling. De WW kent geen specifieke publiekrechtelijke grondslag die het Uwv de bevoegdheid verleent een rechtshandeling te verrichten als door betrokkene verzocht.

LJ Nummer

AR4411