Inleiding gehouden bij het Forumgebouw, Wageningen
Inleiding gehouden door de Minister van Landbouw, Natuur en
Voedselkwaliteit, de heer dr. C.P. Veerman, bij het leggen van de
eerste steen (in de vorm van het inmetselen van een tijdcapsule) op
woensdag 10 november in Wageningen.
* Het leggen van 'de eerste steen' is een symbolische handeling. Aan
die symboliek hebt u een extra dimensie gegeven. U hebt mij niet
gevraagd om zomaar een steen in te metselen, maar een tijdcapsule.
En in die tijdcapsule mag ik een papiertje stoppen met een wens
voor de toekomst erop. Dat kan men dan over honderd of tweehonderd
jaar lezen. Een speels idee. Wie heeft er als kind geen doosje of
blikje met muntjes en andere spulletjes in de achtertuin begraven,
in de hoop dat iemand dat ooit - in een verre toekomst - zou
terugvinden?
* En u wilt natuurlijk weten welke wens ik doe. Ik zou zeggen: komt
u over tweehonderd jaar nog eens terug. Maar zonder gekheid: wie
wenst er niet dat onderzoek en onderwijs tot optimale
samenwerking, op een optimaal niveau zullen komen?
* Dit Forumgebouw zal een concretisering zijn van die wens. Hier zal
het nieuwe onderwijs gestalte krijgen. Met name de verbinding
tussen onderwijs en onderzoek. Hier kunnen studenten, docenten en
onderzoekers terecht in de collegezalen, in de bibliotheek, bij de
computerfaciliteiten, in het restaurant en noem maar op. Een ware
'marktplaats' dus, waar iedereen bij elkaar komt. Niet voor niets
is gekozen voor de naam 'Forumgebouw'.
* Nederland wil investeren in kennis en in de kenniseconomie. In
Europees verband heeft Nederland zich gecommitteerd aan de
Lissabon-afspraken over ontwikkeling van de kenniseconomie. Op
nationaal niveau heeft het kabinet daarom het Innovatieplatform in
het leven geroepen. Dat platform heeft van twee typische
'Wageningen-thema's', namelijk voedsel en bloemen, een speerpunt
gemaakt.
* Een belangrijke pijler onder de Nederlandse kenniseconomie bestaat
uit onderzoek en onderwijs op het gebied van landbouw, natuur en
voedselkwaliteit. Van oudsher een sterk merk, denk maar terug aan
die goeie ouwe tijd van het OVO-drieluik: onderzoek, voorlichting
en onderwijs voor de landbouw. Maar ook nu is het WUR-complex
(universiteit, DLO's en HBO's) een sterke combinatie, waarin we
vooral de samenwerking tussen de onderwijsniveaus nog verder
willen versterken. Dit bolwerk had en heeft dus zijn voordelen.
Dat blijkt vandaag de dag uit de roep om nog meer coöperatie in
het LNV-kennissysteem.
* Met meer coöperatie bedoel ik: meer samenwerking en een lichtere
uitvoeringsorganisatie. Dat is bijna een paradox, want in een veld
waar steeds meer wordt samengewerkt, zie je juist nieuwe
organisaties en instellingen ontstaan. Nieuwe
samenwerkingsverbanden zijn uiteraard niet verboden, maar we
moeten de functionaliteit ervan goed in de gaten houden.
* Onderwijsinstellingen die samenwerken, omdat ze te klein zijn om
individueel de noodzakelijke onderwijskundige vernieuwingen door
te voeren, zijn functioneel bezig. Dat geldt ook voor onderzoekers
en docenten die de band tussen onderzoek en onderwijs weten te
versterken. En dat geldt ten slotte ook voor diegenen die contact
zoeken met de 'markt'; de vraag naar kennis is enorm, zowel bij
het bedrijfsleven, als bij de overheid en de maatschappelijke
organisaties.
* Met kennis en innovatie kunnen we de basis leggen voor duurzame
landbouw, levenskrachtige natuur en gezonde voeding. Het groene
kennissysteem in Nederland is goed, maar verbetering blijft altijd
wenselijk. Wageningen UR moet nationaal en internationaal een
sleutelrol blijven vervullen.
* Want waar ter wereld je ook uit het vliegtuig stapt, ze kennen er
twee begrippen: 'Johan Cruyff' en 'Wageningen'. Dat moet zo
blijven; in elk geval voor Wageningen.
Dank voor uw aandacht.
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit