AutoRai

9-11-2004

Tachtig jaar Chrysler (1924-2004)

Chrysler viert dit jaar zijn tachtigste verjaardag. Het bedrijf werd in 1924 opgericht door Walter P. Chrysler en was daarmee een van de laatkomers in de Amerikaanse auto-industrie.

Desondanks groeide het concern in een paar jaar tijd uit tot lid van de Grote Drie (General Motors, Ford, Chrysler). Walter P. Chrysler werd geboren in 1875. Na een carrière in de treinenindustrie, trad hij in 1911 als manager in dienst bij autofabrikant Buick. Hij werd in 1916 eerste man bij Buick en in 1919 ook vice-president bij GM, de moedermaatschappij van Buick. Vanwege conflicten met GM-baas Durant verliet hij Buick begin 19 20.Hijkreeg toen het aanbod om het in financiële problemen verkerende Willys-Overland uit de brand te helpen. Bij Willys ontmoette hij drie ingenieurs (Breer, Skelton en Zeder) die een technisch geavanceerde zescilinder hadden ontworpen. Chrysler zag veel in dit project. Toen hij in 1923 de baas werd bij Maxwell-Chalmers nam hij het drietal in dienst en bracht de auto begin 1924 op markt onder de naam Chrysler Six. Al in het eerste jaar werden er meer dan 30.000 stuks van verkocht. In 1925 werd Maxwell-Chalmers omgedoopt in Chrysler Corporation. Een jaar later bracht Chrysler ook een viercilinder op de markt. Dit was in feite een Maxwell met een nieuwe merknaam. Tevens kwam er een luxueuzer uitgevoerde zescilinder, die Chrysler Imperial werd genoemd. Chrysler breidde zijn imperium in 1928 fors uit: hij introduceerde twee nieuwe merken (Plymouth en DeSoto) en nam Dodge over.

Airflow
Chrysler introduceerde in 1934 een auto die veel stof deed opwaaien, de Airflow. Nu wordt de Airflow door velen gezien als één van de meest kenmerkende ontwerpen ooit. Bij de introductie dachten velen daar er anders over. De auto was voor die tijd zeer gestroomlijnd. Naast die gestroomlijnde vormgeving waren er nog meer noviteiten. Hoewel de Airflow geen echte zelfdragende carrosserie had, waren het geen apart chassis en carrosserie meer. De auto werd absoluut niet het succes dat Chrysler had gehoopt. Daarom werd ook al snel met de productie gestopt. Het voornaamste resultaat van de Airflow was dat Chrysler de komende decennia geen avontuurlijke automobielen meer durfde te bouwen Walter Chrysler overleed in 1940 en werd opgevolgd door K.T. Keller. Voor modeljaar 1941 had Chrysler een opvallende nieuwe auto. Deze Town & Country was Chryslers eerste wagon en viel op door het vele hout aan de buitenzijde. Dat leverde de auto de bijnaam woody op. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bouwde het concern enorme aantallen legervoertuigen, vliegtuigmotoren, munitie en ander oorlogsapparatuur.

Hemi
In de eerste naoorlogse jaren waren de autos van Chrysler, net als die van de concurrenten, enigszins gemoderniseerde versies van de vooroorlogse modellen. Het eerste echte nieuws bij Chrysler was de introductie voor modeljaar 1951 van de geheel nieuwe, 180 pk sterke V8-motor met halfbolvormige verbrandingskamers, de zogenoemde Hemi. Deze motor leverde voor die tijd uitstekende prestaties. In de loop der jaren zouden deze motoren steeds groter, sterker en sneller worden.
Aangezien de verkoopcijfers midden jaren vijftig terugliepen, moest Chrysler iets doen. En dat deed het in 1955. Chef-ontwerper Virgil Exner had een volledig nieuwe generatie automobielen ontworpen met de zogenoemde Forward Look-styling. Hiermee was Chrysler in één keer het modernst ogende automerk. Een tweede verrassing was de C-300. Dit was een uiterst sportieve tweedeurs auto, goed voor 300 pk, die een antwoord moest worden op de Ford Thunderbird en de Chevrolet Corvette. Deze autos werden tot 1965 gebouwd. Ze werden bekend onder de naam 300 Letter Series, omdat er elk jaar een nieuwe letter achter de aanduiding 300 kwam: 300 B in 1956, 300 C in 1957, et cetera. De motoren van deze autos werden steeds sterker. Na goede verkoopresultaten te hebben behaald in de jaren vijftig en zestig, zakte Chrysler in de jaren zeventig steeds verder weg. Dat werd nog verergerd door de oliecrisis van 1973, die natuurlijk een merk als Chrysler, dat gespecialiseerd was in grote en dus veel benzine verbruikende autos, extra raakte. Dit leidde ertoe dat Chrysler ook kleinere wagens ging bouwen, zoals de Cordoba en de LeBaron.

Lee Iacocca
Om de steeds verder wegzakkende autoverkopen te stoppen, benoemde Chrysler eind 1978 Lee Iacocca als nieuwe topman. Hij was jaren directeur bij Ford geweest en met name beroemd geworden als de grote man achter de Ford Mustang. Om het bijna failliete concern te redden greep Iacocca keihard in. Hij ontsloeg niet alleen tienduizenden arbeiders, maar ook 33 van de 35 vice-presidenten. Omdat dit alles niet genoeg was, vroeg en kreeg hij regeringssteun. Dankzij de introductie van de zogenaamde K-cars, compacte autos met voorwielaandrijving die door Dodge en Plymouth worden gebouwd, kreeg hij het concern in een paar jaar weer winstgevend. Chrysler zelf bouwde nu ook autos op een iets groter onderstel van de K-cars. In 1984 verschenen voor het eerst de zogenoemde ruimteautos of MPVs. In de VS waren ze verkrijgbaar als Dodge Caravan en Plymouth Voyager. Kort daarop verscheen deze auto ook in Europa op de markt. Hier kreeg hij echter de naam Chrysler Voyager. Deze werd en is nog steeds een groot succes.

Cab Forward
Vanaf 1993 begon Chrysler met de introductie van een nieuwe generatie modellen. Deze hadden als gezamenlijk kenmerk het Cab Forward-ontwerp. De wielen waren dicht bij de hoeken gepositioneerd, waardoor er een grote wielbasis ontstond. Het meest opvallende was het ver naar voren geplaatste passagierscompartiment (cab forward), waardoor een zo groot mogelijk deel van de auto bestemd was voor inzittenden en bagage. Om dit te bereiken waren de motor en de versnellingsbak meestal dwars voorin gemonteerd. Binnen een paar jaar tijd kwamen de luxe Vision, met de motor overigens in de lengte, de compacte Neon en de daartussen gepositioneerde Stratus. Ook de supersportwagen Dodge Viper was in Europa te koop onder de merknaam Chrysler. Deze had een imponerende achtliter grote V10-motor.
In 1998 fuseerde Chrysler en Daimler-Benz waardoor het concern DaimlerChrysler ontstond. In datzelfde jaar keerde een beroemde naam terug, de 300 Letter Series. De grote 300M was een luxueuze vierdeurs sedan, de opvolger van de Vision. Een zeer opvallende nieuweling in 2000 was de PT Cruiser, die zeer opvallend retro was vormgegeven. De Stratus werd in 2001 opgevolgd door de Sebring, die ook als cabriolet te koop is. In 2003 kwam Chrysler met een sportcoupé, de Crossfire. Deze wordt aangedreven door een V6-motor van Mercedes. Dit jaar werd de 300M opgevolgd door de 300C, die behalve met V6-motoren ook met een 5.7-liter Hemi V8 te koop is. In november komt er ook een stationwagonvariant, de 300C Touring. In 2005 wordt in de VS een supersnelle uitvoering gepresenteerd, de 300C SRT-8.