Openbaar Ministerie
Persberichten
Arrondissementsparket Amsterdam, 6 november 2004
Voorgeleiding verdachten zaak Van Gogh
Gister zijn in de zaak Van Gogh totaal zeven verdachten voorgeleid aan de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken bij de rechtbank Amsterdam. De rechter-commissaris heeft de bewaring bevolen van vijf van deze zeven verdachten en daarbij ook de beperkingen bevolen.
De rechter-commissaris heeft ten aanzien van twee verdachten besloten dat er onvoldoende ernstige bezwaren aanwezig zijn geweest om de bewaring te bevelen. Wel is de aanhouding en de inverzekeringstelling rechtmatig bevonden.
Deze twee verdachten zijn in vrijheid gesteld met dien verstande dat één van de verdachten is overgedragen aan de Vreemdelingenpolitie van de regio Amsterdam-Amstelland. Het Openbaar Ministerie beraadt zich nog op hoger beroep.
In het nog steeds voortdurende onderzoek is gister een nieuwe verdachte aangehouden. Hij wordt verdacht van artikel 140a Strafrecht (deelname aan een criminele organisatie met terroristisch oogmerk) en artikel 289a (samenspanning tot moord met terroristisch oogmerk op Theo van Gogh, Ayaan Hirsi Ali en/of anderen). Het betreft een 23-jarige man van Marokkaanse komst. Ook heeft er een huiszoeking plaatsgevonden waarbij computers, bescheiden en videobanden in beslag zijn genomen.