Openbaar Ministerie

Persberichten
Arrondissementsparket Amsterdam, 5 november 2004

Korte weergave van de persconferentie van vanmorgen

Hier volgt een korte weergave van de persconferentie van heden vanmorgen inhoudende de bijdragen van hoofdofficier van justitie mr. L.A.J.M. de Wit en de hoofdcommissaris drs. B.J.A.M. Welten.

Het uitgangspunt is om zoveel mogelijke informatie te geven. Onderzoeksbelangen en andere strafprocedurele belangen leggen uiteraard beperkingen op. Uiteindelijk zijn die belangen uiteraard essentieel.

Arrondissementsparket Amsterdam
Stand van zaken
De verdachte van de moord op Theo van Gogh is de afgelopen dagen gehoord. Hij heeft zich tot nu toe beroepen op zijn zwijgrecht. Hij wordt voorgeleid bij de rechter-commissaris. Deze voorgeleiding vindt plaats in het Penitentiair Ziekenhuis in Scheveningen. Hij wordt voorgeleid op verdenking van:


1. de moord c.q. doodslag op Theo van Gogh;
2. poging tot moord op een politieagent met terroristisch oogmerk, subsidiair poging doodslag;

3. poging tot doodslag voorbijgangers c.q. omstanders;
4. overtreding van de wapenwet;

5. de verdenking van 140a Strafrecht (deelname aan een criminele organisatie met terroristisch oogmerk) en 289a (het nieuwe artikel betreffende samenspanning tot moord met een terroristisch oogmerk, op Theo van Gogh, Ayaan Hirsi Ali en/of anderen).

Naast deze verdachte worden er vandaag zes verdachten voorgeleid, tegen wie naar het oordeel van het Openbaar Ministerie verdenkingen bestaan dat zij deel uitmaken van diezelfde criminele organisatie en ook vanuit die organisatie betrokken zijn geweest bij samenspanningshandelingen tot moord op Theo van Gogh, Ayaan Hirsi Ali en/of anderen. Deze verdachten zijn ook gehoord en hebben verklaringen afgelegd. Uit het onderzoek is gebleken dat de verdachten contacten hadden met elkaar. De andere twee verdachten die ook waren aangehouden worden niet voorgeleid; na onderzoek bleken zij niet betrokken te zijn bij de feiten waarvoor zij waren aangehouden en zij zijn door het Openbaar Ministerie in vrijheid gesteld. Gisteren heeft in de woning van de verdachte nog een nader onderzoek plaatsgevonden. Dit betrof een technisch sporenonderzoek, gericht op de vaststelling van contacten tussen een of meer personen.

Voortgang onderzoeken
Woensdag is meegedeeld dat het onderzoek naar de moord op Theo van Gogh breed is opgezet. Het onderzoek heeft inmiddels gegevens opgeleverd ten aanzien van de thans aangehouden groep verdachten, maar ook ten aanzien van één of meer mogelijke andere verdachten van misdrijven met een terroristische achtergrond buiten deze groep. Op grond hiervan heeft overleg plaatsgevonden met het Landelijk Parket en de Nationale Recherche over de vraag langs welke weg onderzoeken moeten worden voortgezet. Het OM heeft besloten om in het onderzoek naar deze moord op Theo van Gogh en andere gegevens, die in dit onderzoek naar voren zijn gekomen de krachten te bundelen. Dat betekent dat het onderzoek van de regiopolitie Amsterdam-Amstelland zich primair zal richten op de bewijsvergaring ten aanzien van de moord op Theo van Gogh. Verder zal dit onderzoek zich met betrekking tot de thans aangehouden verdachten zich ook in ruimere zin richten op deelname aan een samenzwering met terroristisch oogmerk. Deze onderzoeken vinden plaats in nauwe samenwerking met de Nationale Recherche. De Nationale Recherche zal onderzoeken uitvoeren en ook onderzoeken voortzetten in bredere zin, gericht op mogelijke andere verdachten van deelname aan een criminele organisatie met terroristisch oogmerk en van het voorbereiden of plegen van misdrijven met een terroristisch karakter. Uiteraard zal ook de Nationale Recherche in de uitvoering van deze onderzoeken nauw samenwerken met de regiopolitie Amsterdam Amstelland. Datzelfde geldt eveneens voor de samenwerking tussen het parket Amsterdam en het Landelijk Parket. Op deze manier komen we tot een effectieve bundeling van krachten, gericht op de bestrijding van deze soort ernstige en schokkende misdrijven.

De brieven
De in de fouillering van verdachte en op het slachtoffer aangetroffen brieven maken deel uit van het voorgeleidingsdossier. We hebben kennis genomen van het besluit van de Minister van Justitie om in deze zaak deze brieven reeds gisteravond aan te bieden aan de Tweede Kamer. De Minister van Justitie heeft dit aangemerkt als een uitzonderlijke beslissing in een uitzonderlijke zaak en de achtergronden van deze beslissing aan de Kamer toegelicht. Het Openbaar Ministerie heeft tevoren aan de Minister van Justitie zijn opvatting omtrent deze beslissing kenbaar gemaakt. De opvatting van het OM was dat deze documenten deel uitmaken van het voorgeleidingsdossier en dan ook eerst aan de rechter dienen te worden voorgelegd, voordat ze in de openbaarheid komen. Ook de advocaten dienen naar het oordeel van het OM in kennis te worden gesteld van deze stukken, voordat zij daarvan kennis nemen in de media. De Minister van Justitie is in deze uitzonderlijke zaak tot een andere afweging gekomen.

Politie Amsterdam-Amstelland
Het is van groot belang dat er sprake is van een juiste berichtgeving. De media berichten over het bestaan van een zogenaamde dodenlijst. Tot nu toe is er in het onderzoek geen enkele sprake van een dodenlijst zoals is gesuggereerd in verschillende media. Mocht echter blijken dat de media wel in het bezit is van zo een lijst, dan lijkt het ons hun plicht die lijst onmiddellijk te overhandigen aan de recherche. Zolang dat niet het geval is het onjuist hierover te speculeren.

Er zijn goede afspraken gemaakt met de chef KLPD en de chef Nationale Recherche over samenwerking tussen de Nationale Recherche en het politiekorps Amsterdam-Amstelland.

Het korps Amsterdam-Amstelland werkt nauw samen met de Nationale Recherche. Rechercheurs van het korps Amsterdam-Amstelland participeren in het onderzoek van de Nationale Recherche en omgekeerd is dat ook het geval. De informatie uit beide onderzoeken wordt gedeeld.

Er is nu sprake van twee onderzoeken die door de politiekorps Amsterdam-Amstelland en de Nationale Recherche raakpunten hebben. Het onderzoek uitgevoerd door het korps politie Amsterdam-Amstelland richt zich primair op de bewijsvergaring gericht op de veroordeling van de dader of daders, mededaders en medeplichtigen van de aanslag op Theo van Gogh.

Het onderzoek uitgevoerd door de Nationale Recherche richt zich voornamelijk op het vergaren van bewijs tegen verdachten die terroristische activiteiten ontplooien.

Het algemene beeld in Amsterdam is rustig. Vanaf dinsdag heeft het korps Amsterdam-Amstelland het draaiboek Vrede in werking gesteld. Dat houdt in dat de volgende maatregelen inmiddels zijn genomen.
- Extra zichtbaarheid van de politie;

- Extra inzet van buurtregie;

- Op afroep beschikbaar hebben van diverse eenheden waaronder het vredesdetacement en openbare orde eenheden;

- Daar waar nodig extra surveillance;

- De opsporing gaat onverstoorbaar door.

Er is contact geweest met verschillende instanties over de beveiliging van personen en objecten en uiteraard zijn er de nodige maatregelen genomen. Exact ingaan over wie en welke maatregelen het betreffen doen we niet. Wel zijn er een aantal zichtbare maatregelen, bepaalde personen hebben persoonsbeveiliging en bij de uitreiking van de Erasmusprijs waren maatregelen te zien, die ook te maken hebben met veiligheid. Overigens is het zo, dat niet alle inmiddels genomen maatregelen met het blote oog direct te zien zijn. Maar het is niet zo dat wat niet zichtbaar is, er ook niet is