Biggenproductie in Brazilië: veel arbeid maar ook veel biggen
De productie van biggen vindt plaats met
gebruik van veel handarbeid. Op een zeugenbedrijf met 1000 zeugen
lopen al snel ruim 15 medewerkers rond. Arbeid is in Brazilië namelijk
goedkoper dan het toepassen van mechanisatie en automatisering. Zo
worden bijvoorbeeld de zeugen en biggen handmatig gevoerd en wordt de
ventilatie in de stallen handmatig geregeld. De stallen zijn veelal
aan beide kanten open. Tot ongeveer 1 meter hoogte een muur, daarboven
een geel gordijn dat handmatig open en dicht wordt gedaan. In
kraamafdelingen en biggenafdelingen is soms een zijde van de stal
dicht om eventueel kou te voorkomen. Het rantsoen bestaat voor
tweederde uit maïs. Daarnaast wordt soja gebruikt en een premix.
De vier grootste fokkerijgroeperingen die actief zijn in Brazilië zijn
PIC, Topigs, Danbred en ParArLan. Deze laatste maakt gebruik van
Meishanzeugen. Het uitgangsmateriaal is niet erg verschillend van
Nederland. Door het gunstige klimaat, de lagere infectiedruk en de
vele inzet van arbeid zijn de technische resultaten wel hoger dan in
Nederland. Gemiddeld ruim 24 grootgebrachte biggen per zeug per jaar.
Om dezelfde redenen is de uitval van de biggen laag en groeien ze
hard. Met totaal minder dan 10% uitval bereiken de biggen in ongeveer
60 dagen een gewicht van 22 kg. De nieuwe productiegebieden in het
centrale westen doen het daarbij beter dan de oudere in het zuiden.
Meer dan 25 biggen per zeug per jaar is in het centrale westen geen
uitzondering.
Tabel: Technische kengetallen Brazilië (gebaseerd op een database met
84.000 zeugen)
Totaal geboren 11,7
Levend geboren 10,9
Uitval voor spenen 7,6
Uitval na spenen 1,7
Worpen/zeug/jaar 2,42
Grootgebrachte biggen/zeug/jaar 24,2
---
De zeugen worden tijdens de dracht individueel gehuisvest in boxen met
een verdiepte trog aan de voorkant. Water is constant beschikbaar in
de trog. De biggen worden vergelijkbaar met Nederland gehuisvest.
Oppervlakte is echter geen probleem en in verband met de warmte worden
ze ruim gehuisvest.
De kadavers worden op het bedrijf gecomposteerd. Mest wordt op het
bedrijf opgeslagen en gefermenteerd in open lagunes. De mest en de
gecomposteerde kadavers worden uitgereden op het eigen bedrijf of bij
een naburige akkerbouwer afgezet. In het laatste geval onderhoudt de
akkerbouwer vaak de lagunes en krijgt de mest gratis.
---
© Praktijkonderzoek - Animal Sciences Group - Wageningen UR. Laatst
bijgewerkt: 04-11-2004 09:27.
Mail vragen en opmerkingen over de Praktijkonderzoek Website naar:
webmaster.po.asg@wur.nl
Praktijkonderzoek Veehouderij