Nieuws
2 nov 2004 - Inbreng VVD bij begroting
Justitie 2004
Vandaag had in de Tweede Kamer het debat plaats inzake de begroting
Justitie. Hieronder treft u de spreektekst van VVD-justitiewoordvoerster
Laetitia Griffith.
VVD-inbreng voor de Begroting Justitie 2005
2 november 2005
Centrale boodschap van het Kabinet is dat Nederland veiliger moet en zal
worden. Maar kan er veiligheid zijn zonder ruimte voor vrijheid? Kan er
vrijheid zijn zonder ruimte voor het vrije woord? Hoe kunnen wij spreken
van eenheid in verscheidenheid als er geen ruimte is voor diversiteit en
individualiteit?
De gewelddadige moord op Theo van Gogh heeft de VVD-fractie diep
geschokt. Wij zien deze laffe daad als een bredere trend in onze
samenleving. Een trend van verruwing waar mij de rillingen van over de
rug lopen. Een trend die we moeten keren en die alleen valt te keren als
we ons daar allen, ongeacht onze culturele of etnische achtergrond
eendrachtig tegen verzetten.
De VVD fractie waardeert de veiligheidsinzet van dit kabinet nog steeds
voluit. De vierde voortgangsrapportage is onlangs naar de Tweede Kamer
gestuurd en zal in een apart algemeen overleg worden besproken. In het
kader van de begrotingsbehandeling 2005 blijft voor de VVD-fractie de
vraag of wij nog steeds de goede kant uitgaan en of de gestelde
prioriteiten aanvullingen of aanpassing behoeven.
Bespreekpunten
1. Terrorisme: Ik zal kort stilstaan bij het onderwerp terrorisme omdat
wij op 11 november de voortzetting van het algemeen overleg terrorisme
hebben. Het is voor de VVD nog steeds onduidelijk of en op welke wijze de
verschillende gemeenten op dit moment bezig zijn met hun eigen
alerteringssystemen en hoe een en ander zich verhoudt met het landelijke
alerteringssysteem. Voorts mist de VVD nog steeds concrete voorstellen
tot betere controle van de financiële geldstromen die terrorisme
financieren.
2. (zware) georganiseerde criminaliteit
Door de toegenomen aandacht voor terrorisme dreigt de aandacht voor de
bestrijding van de zware georganiseerde criminaliteit naar de achtergrond
te verschuiven. Als het gaat om georganiseerde drugscriminaliteit,
wapenhandel, mensensmokkel of vervalsingen van paspoorten, dan zijn daar
zware criminelen bij betrokken. Het is niet onaannemelijk dat dezelfde
personen die betrokken zijn bij de zware georganiseerde criminaliteit,
ook zorgen voor liquidaties zoals op die recent op de dam en de
appollolaan in Amsterdam hebben plaatsgevonden. Deze liquidaties vinden
steeds vaker plaats op straat waar onschuldige burgers rondlopen, en waar
het gevaar bestaat dat zij geraakt worden door een rondvliegende of
afgeketste kogel.
De dienst nationale recherche heeft in het rapport nationaal
dreigingsbeeld een toekomst gericht criminaliteitsbeeld van de zware of
georganiseerde criminaliteit gemaakt.
* Noch in de begroting van 2005 noch in de vierde voortgangsrapportage
wordt aangegeven welke zaken uit het rapport de komende tijd prioriteit
zullen krijgen. Dit terwijl juist zaken als drugshandel, wapenhandel en
mensenhandel en paspoort vervalsingen voor grote financiële inkomsten
zorgen. Deze financiële inkomsten zijn weer onmisbaar voor de
financiering van terroristische activiteiten. De VVD fractie vindt dit
onbegrijpelijk. Het lijkt alsof er minder prioriteit gegeven wordt aan
complexe en zware georganiseerde zaken. Wanneer is er eigenlijk voor het
laatst een grote criminele organisatie opgerold?
* Het gebrek aan prioriteitsstelling en concrete doelstellingen ontbreekt
ook bij de aanpak van ongebruikelijke transacties (aanpak van illegale
bankiers) en de ontneming van onrechtmatig verkregen voordeel. Ook
ontbreekt zicht op de stappen die er ondernomen zullen worden om de
complexe financieel economische criminaliteit aan te pakken en de
expertise bij de politie, het openbaar ministerie en de rechterlijke
macht op peil te brengen. Hoe denkt de minister dit aan te pakken?
De minister wil pas in het najaar reageren op het rapport van de
nationale recherche, wat er op neerkomt dat bij de begroting van 2005
geen rekening wordt gehouden met de bestrijding van de zware
georganiseerde criminaliteit.
De VVD-fractie mist een integrale aanpak op dit terrein en vindt dat
concrete doelstellingen en prioriteiten alsnog geformuleerd moeten worden
en bezien moet worden of in de begroting van 2005 extra geld nodig is.
3. Veiligheid op straat
De minister wil in 2005 het accent verleggen van het scheppen van
randvoorwaarden voor een effectief veiligheidsbeleid naar het feitelijk
creëren van meer veiligheid op straat. De VVD steunt dit voornemen van
harte.
Maar uit verschillende onderzoeken blijkt dat vermogencriminaliteit
afneemt en dat geweldcriminaliteit toeneemt. De voorstellen van de
minister om deze tendens te keren vindt de VVD-fractie te mager.
De publiekscampagnes over wat te doen bij geweld op straat zijn goed - de
VVD heeft daar zelf om gevraagd - maar niet afdoende.
Ook het opstellen van een beleidsverkenning is niet afdoende. Er zijn in
het verleden tal van onderzoeken ingesteld naar onder meer de toename van
geweld. Wat voor de burger van belang is, zijn de verwachtingen die
burgers hebben van de politie als zij aangifte doen.
Wat wel helpt is:
* meer politie op straat;
* meer rechercheurs;
* betere bestrijding van illegaal vuurwapengebruik
* een betere misdaadanalyse waarbij het zogenaamde compstat-systeem wordt
toegepast;
Graag hoor ik van de minister een reactie hierop.
Meer veiligheid op straat wordt ook bereikt door mensen met een ernstige
verslavings en/of psychische stoornis, die nu doelloos op straat
rondlopen, van de straat te halen. Preventief optreden is nodig.
Ik weet dat er op dit moment uitvoering gegeven wordt aan de motie van
der Beeten c.s, waarbij de noodzakelijke samenhang tussen curatieve en
penitentiaire voorzieningen tot stand gebracht zal worden. De ministeries
VWS, Justitie, Financiën en naar ik mag hopen ook VROM en ook de
gemeenten in het kader van de nazorg werken op dit gebied nauw samen.
* Kan de minister aangeven wat zijn concrete doelstellingen hierbij zijn,
wat wil hij als minister van Justitie op dit vlak bereiken, wat gaat hij
daarvoor doen en wat zijn de kosten voor Justitie.
4. Jeugd
Jeugdcriminaliteit is voor de overheid een steeds groter wordende
uitdaging. Het aantal jeugdige veelplegers neemt toe, het aandeel van
meisjes in de jeugdcriminaliteit neemt steeds meer toe evenals het
aandeel multi-etnische jeugdige daders.
In het volwassen gevangeniswezen worden wij in toenemende mate
geconfronteerd met gedetineerden met een psychische stoornis.
* In het bijzonder vragen wij de aandacht voor de toegang van allochtone
ouders tot de hulpverlening als het gaat om psychisch gestoorde
minderjarigen of minderjarigen met gedragsproblemen. Vaak blijkt schaamte
en onwetendheid de drempel tot de hulpverlening te verhogen. Mijn vraag
aan de minister is of dit probleem onderkend wordt en welke stappen
ondernomen worden om hier iets aan te doen.
Om recidive bij jeugdige delinquenten daadwerkelijk tegen te gaan is het
van belang dat rechters en officieren door middel van strafoplegging een
zodanige straf opleggen dat de jeugdige van het als een serieuze straf
ervaart. De huidige jeugd heeft, krijgt en neemt steeds meer eigen
verantwoordelijkheid als het gaat om deelname aan het maatschappelijk
verkeer en het vormen van een eigen oordeel over morele en abstracte
kwesties. Indien deze jongeren, juist gelet op hun relatieve
zelfstandigheid, dusdanige grenzen overschrijden die hen kan worden
toegerekend, moeten zij ook verantwoordelijk gehouden worden voor hun
daden. Jongeren die zwaardere delicten begaan moeten ook navenant
gestraft worden.
* Momenteel is de minister bezig met een bezinning op het
jeugdsanctiestelsel. Gelet op de uitdagingen in het jeugdstrafrecht waar
de overheid op dit moment voor staat wil de VVD fractie graag zicht op de
delicten begaan door jeugdigen van 12 tot 16 jaar en de sanctie die
hierop is gevolgd. Afhankelijk van deze informatie wil de VVD de
toepassing van het meerderjarigenstrafrecht ook mogelijk maken voor
jeugdigen van 14 tot 16 jaar.
5. Slachtoffers
De VVD vindt dat de positie van slachtoffers verder versterkt moet
worden. Hoewel een dader nu al kan worden veroordeeld tot het betalen van
een vergoeding, komt hiervan in de regel te weinig terecht. Zo heeft de
rechter in 2003 in 11.940 zaken een schadevergoedingsmaatregel opgelegd.
Daarvan zijn slechts 8000 zaken door het CJIB afgehandeld. Van een kale
kip kun je niet plukken, zo wordt gedacht. Maar ook een kale kip legt
eieren en die kunnen we best van hem afnemen.
De VVD heeft dan ook de volgende 4 concrete voorstellen waarbij het
uitgangspunt is dat de dader niet met rust zal worden gelaten totdat hij
de volledige schadevergoeding aan het slachtoffer heeft vergoedt:
* geen vervroegde invrijheidstelling of straks voorwaardelijke
invrijheidsstelling meer zonder betalingsregeling. En als de
betalingsregeling niet wordt nagekomen moet zonder te veel tijdsverloop
opnieuw detentie van de dader plaatsvinden;
* De dader kan tijdens het uitzitten van zijn gevangenisstraf al een
begin maken met het vergoeden van de schade aan het slachtoffer. Het loon
dat hij verdient tijdens zijn detentie hoeft hierbij niet buiten schot te
blijven;
* verlaging van de beslagvrije voet van de uitkering van de dader van 90%
naar 75% zodat een groter deel van de uitkering kan worden aangewend voor
schadevergoeding aan het slachtoffer. Hierbij hoort een zogenaamde
preferentie positie waarbij slachtoffers van strafbare feiten een
voorrangspositie krijgen boven andere schuldeisers. Dit laatste, de
preferentie positie voor slachtoffers moet ook gelden bij de
schuldsaneringregeling.
* Het percentage schadevergoedingsmaatregelen dat binnen drie jaar moet
worden afgedaan, ligt nu op 66,4%. De minister heeft de doelstelling
teruggebracht naar 60%. De VVD pleit voor een hoger doelstelling en wel
70%. Vz, Ik hoor graag de reactie van de minister op deze voorstellen van
de VVD.
2 november 2004
VVD