Persbericht
Kunstmatige ondersteuning bij leverfalen (signalement)
Als iemands lever niet meer functioneert en herstel uitblijft, is
transplantatie vaak nog de enige uitweg. Een nieuwe behandeling met
een kunstlever, de zogenoemde albuminedialyse, helpt om de patiënt te
stabiliseren. Deze loopt dan minder risico te sterven voordat een
donororgaan beschikbaar is. Over een andere nieuwe optie, een
kunstlever met dierlijke levercellen, is een oordeel nog niet
mogelijk. Vanwege het moratorium op xenotransplantatie kan voorlopig
geen verder onderzoek worden gedaan. Gebruik van menselijke
levercellen kan in de toekomst wellicht een veiliger alternatief
bieden. Dit schrijft de Gezondheidsraad in een signalement dat vandaag
wordt overhandigd aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en
Sport.
Wereldwijd zijn in de afgelopen tien jaar 3500 mensen met
albuminedialyse behandeld bij acuut leverfalen, meestal met het
zogenoemde MARS-systeem. Schadelijke stoffen worden dan uit het bloed
gefilterd door een dialyseapparaat buiten het lichaam. De lever, die
normaal gesproken deze ontgifting voor zijn rekening neemt, wordt
ontlast en kan zich soms herstellen. In Nederland zijn tot nu toe
enkele tientallen patiënten behandeld.
De resultaten van de albuminedialyse zijn hoopgevend: de patiënt
stabiliseert en er is minder risico van sterfte. Een falende lever
ondersteunen met albuminedialyse is bovendien niet gevaarlijk voor de
patiënt en kan langdurig worden toegepast. Wel is er op korte termijn
behoefte aan meer vergelijkend onderzoek.
De albuminedialyse is van groot belang voor mensen met chronische
aandoeningen van de lever (cirrose), bijvoorbeeld door hepatitis C of
langdurig alcoholgebruik. Verslechtert hun toestand opeens, dan geeft
dialyse hen de kans de wachttijd tot transplantatie te overbruggen.
Bij mensen met onverwacht en acuut leverfalen (bij medicijn- of
paddestoelvergiftiging) lijkt albuminedialyse soms ook bij te dragen
aan herstel van de eigen lever. Dan is transplantatie niet meer nodig.
Dat is uiteraard gunstig, zowel voor de patiënt zelf als voor de
lengte van de wachtlijst voor transplantatie.
De ontgiftingsfunctie van de lever kan ook overgenomen worden door een
kunstlever met daarin cellen van dieren (meestal een varken): de
bio-artificiële lever. Dit is een andere veelbelovende techniek, zo
blijkt uit beperkt laboratoriumonderzoek. Op zich zouden die
resultaten ook onderzoek bij mensen kunnen rechtvaardigen. Maar er
zijn nog veel onzekere factoren. Bovendien geldt op dit moment een
moratorium op xenotransplantatie en onderzoek daarnaar. Misschien dat
in de toekomst gebruik van gekweekte menselijke levercellen een
alternatief kan bieden voor de onzekerheden en mogelijke gevaren die
gepaard gaan met het gebruik van dierlijke cellen in een
bio-artificiële lever.
Nadere inhoudelijke inlichtingen verstrekt de heer drs MA Bos, tel.
(070) 340 5668, e-mail: mike.bos@gr.nl.
2 november 2004
Gezondheidsraad