Peijs presenteert Havenvisie Zeehavens: Ankers van de economie
Vandaag presenteerde minister Peijs de nota `Zeehavens: Ankers van de
economie'. Het nieuwe zeehavenbeleid richt zich op het versterken van
de internationale concurrentiekracht van de Nederlandse zeehavens,
binnen de randvoorwaarden van leefomgeving en veiligheid. Het kabinet
zet in op betere marktomstandigheden, heldere randvoorwaarden en het
instandhouden en zonodig verbeteren van de bereikbaarheid van de
zeehavens. Bij keuzes voor nieuwe haveninfrastructuur en
achterlandverbindingen staat de economie centraal. De nota beschrijft
het nationale zeehavenbeleid voor de periode 2005-2010 en is een
uitwerking van de nota Mobiliteit.
Enkele actiepunten uit deze nota:
· De rijksoverheid stroomlijnt de inspecties in de havens
zoveel mogelijk. De administratieve lasten worden verminderd door het
invoeren van een elektronisch overheidsloket voor de afhandeling van
laadpapieren.
· De overheid is voorstander van liberalisering van
havendiensten en transparantie van staatssteun in de EU; de recente
voorstellen van de Europese commissie op dit vlak (het nieuwe Port
Package) zullen worden bekeken op effectiviteit, werkbaarheid en
administratieve lastendruk.
· Door regelgeving en handhaving zoveel mogelijk op Europees en
internationaal niveau te harmoniseren, krijgen alle havens dezelfde
regels en daarmee worden eerlijkere concurrentieverhoudingen bereikt.
Dat geldt bijvoorbeeld voor regels op het gebied van security.
· Bij keuzes voor de haveninfrastructuur spelen de economische
effecten van de investeringen een cruciale rol, uiteraard binnen de
randvoorwaarden van een goede en veilige leefomgeving.
· Meer slagkracht voor havenbeheerders, waarbij de overheid de
nationale belangen goed borgt.
· Een duidelijke rolverdeling tussen rijksoverheid, decentrale
overheden en de markt.
· Er is een afwegingskader gemaakt voor investeringen van de
rijksoverheid in de basisinfrastructuur voor de zeetoegang en in
nieuwe ruimte voor havenactiviteiten. Het nationaal belang staat
centraal en er zijn duidelijke eisen aan de onderbouwing van een
project. Als projecten op grond van dit afwegingskader gelijk scoren,
gaan investeringen in de haven van Rotterdam voor op investeringen in
de andere economische kerngebieden: Amsterdam Noordzeekanaalgebied en
het Scheldebekken in Zeeland. Deze gaan op hun beurt weer voor op
projecten voor de havens van Groningen, waarvoor een aanvullend
criterium geldt: concrete interesse van marktpartijen.
Op dit moment investeert de rijksoverheid al veel in de zeehavens:
investeringen in de aanleg van de Tweede Maasvlakte en investeringen
in de achterlandverbindingen van zeehavens. Dit sluit ook goed aan bij
de Nota Mobiliteit waarin prioriteit wordt gegeven aan de
hoofdverbindingsassen die de mainports met de belangrijkste
grootstedelijke gebieden in Nederland en in het buitenland verbinden.
Zeehavens zijn van groot belang voor de Nederlandse economie; ze staan
garant voor EUR 12,8 miljard directe toegevoegde waarde aan het BNP en
EUR 9,3 miljard indirecte toegevoegde waarde.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat