Gemeente Utrecht
2004 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
94 Vragen van de heer R.J.F. Giesberts en mevrouw N.R. Schipper
(ingekomen 8 oktober 2004)
Op 30 september heeft de staatssecretaris van Milieu, Van Geel, de Tweede Kamer een brief gestuurd over de regels voor luchtkwaliteit. Aanleiding waren recente uitspraken van de Raad van State waarbij nieuwbouw om redenen van de EU-normen zijn afgewezen. De staatssecretaris schrijft onder meer: "In nieuwe situaties dient, evenals in bestaande situaties, uiterlijk in 2010 aan de NO2 norm voldaan te worden. Het creëren van nieuwe knelpunten moet voorkomen worden. Het in acht nemen van de grenswaarden voor NO2 houdt bij het vormgeven van bestemmingsplannen die de bouw van nieuwe woningen of de aanleg van nieuwe infrastructuur mogelijk maken, in dat getoetst wordt aan de grenswaarden voor 2010. Er moet aannemelijk gemaakt kunnen worden dat ter plaatse in 2010 aan de grenswaarden zal worden voldaan."
De staatssecretaris geeft aan dat medio 2005 de Europese Commissie komt met voorstellen tot aanpassing van de richtlijn. Er zal dan explicieter de koppeling worden gemaakt met gevoelige bestemmingen waartoe (als vanzelfsprekend) woningen gerekend worden. De staatssecretaris schrijft dit belangrijk te vinden met het oog op de ambities van het kabinet voor wegverbreding en spitsstroken.
In Utrecht hebben we daar, behalve bij de A2, niet mee te maken. In de stad is er vooral, en hoogstwaarschijnlijk alleen, sprake van gevoelige bestemmingen. Ook sport, zorg en onderwijs behoren namelijk tot deze categorie. Wat de gestelde normen voor 2010 voor deze bestemmingen inhouden wordt duidelijk uit het volgende citaat uit de brief: "Uiteraard dient de luchtkwaliteit niet alleen in 2010 aan de grenswaarden voor NO2 te voldoen, maar ook in de jaren daarna. Om dat te garanderen is bij het toetsen van bestemmingsplannen aan de NO2 norm het maken van prognoses voor na 2010 belangrijk."
Daarnaast, zo schrijft Van Geel, betekent de prognosetermijn van tien jaar "..dat alle voor die periode relevante ontwikkelingen in beeld dienen te worden gebracht. Relevant zijn die ontwikkelingen die de luchtkwaliteit en de blootstelling ter plekke kunnen beïnvloeden. Met name ontwikkelingen die de emissies van het wegverkeer beïnvloeden zijn relevant. Het kan daarbij gaan om ontwikkelingen die voortvloeien uit plannen binnen de gemeente zelf, maar ook om plannen rond provinciale en rijkswegen. Alleen die ontwikkelingen waarvan aannemelijk is dat ze tot realiteit zullen worden zijn in dit kader relevant. Voor nieuwbouw leidt dit volgens de staatssecretaris ertoe dat: "Bij het opnemen van nieuwbouw in bestemmingsplannen dient getoetst te worden aan de norm voor NO2 per 2010. Dat betekent dat nieuwbouw vanaf die datum blijvend aan de norm van NO2 dient te voldoen. Het werken met een prognosetermijn van tien jaar brengt geen verandering in dit vereiste. Wanneer nieuwbouw wel binnen de prognosetermijn, dus bijvoorbeeld in 2014, maar niet vanaf 2010 aan de normen voldoet is die nieuwbouw niet toegestaan.
En met betrekking tot het luchtkwaliteitsplan, recent besproken in de raadscommissie Verkeer en Beheer, stelt de staatssecretaris: "Wanneer in een gebied sprake is van plandrempeloverschrijding zal de gemeente in het luchtkwaliteitsplan moeten aangeven welke mogelijkheden er zijn om de emmissie aan te pakken door verkeersmaatregelen of ander aanvullend bronbeleid, opdat in 2010 wordt voldaan aan de grenswaarden. Wanneer in een luchtkwaliteitsplan maatregelen voor bestaande situaties zijn vastgesteld, is het raadzaam deze maatregelen ook te treffen ten aanzien van de nieuw te bouwen woningen."
Over het fijn stof, een probleem dat vooral verwant is met dieseltechniek, constateert Van Geel dat in het grootste deel van Nederland de grenswaarden overschreden worden. Hij wil fasering bepleiten bij de EU maar dat verandert vooralsnog niets aan de huidige praktijk.
GroenLinks vraagt al geruime tijd aandacht voor de Utrechte verkeersplannen en de gevolgen voor de luchtkwaliteit. Het gaat hierbij onder meer om de Majellaknoop met een nieuwe weg langs het spoor bij het Thomas a Kempisplantsoen, verbreding van de Europalaan, aanleg van de NOUW 2 en Noordelijke Stadsas in Leidsche Rijn die beiden op de Vleutenseweg uitkomen, opwaardering van de Noordelijke Randweg Utrecht. Het College argumenteert dat men milieuproblemen wil vermijden juist door nieuwe infra te maken. Echter per saldo zal de hoeveelheid verkeer toenemen. Het aantal auto's groeit nog jaarlijks en het is een gegeven dat daar waar doorgereden kan worden auto's die ruimte opzoeken.
Zowel voor Raad als de bevolking is niet transparant welke gevolgen het autoverkeer heeft op de kwaliteit van de lucht in de nabijheid van hun woning. Tijdens de algemene beschouwingen gisteren heeft GroenLinks daarom ook gevraagd bewoners via het internet een actueel inzicht te geven in die kwaliteit. De wethouder meldde dat dit al het geval is maar dat klopt niet. De gemeentelijke website biedt globale informatie over hoeveel wegvakken welke overschrijdingen hadden in 2002. Onze suggestie is een heel andere en in ieder geval publieksvriendelijkere. Bewoners hebben het recht te weten of de lucht van de straat waar zij wonen of waar hun kinderen naar school gaan schoon genoeg is.
Dit brengt ons tot de volgende vragen:
1. Is het standaard bij de voorbereiding van verkeersplannen, bestemmingsplannen en artikel 19 om te toetsen aan de 2010-normen? En is die toetsing ook dynamisch zodat ook de effecten voor de jaren later bekend zijn?
2. Is het College bereid de raad die informatie specifiek toe te zenden voor de Thomas a Kempisweg, de nieuw aan te leggen weg, langs het spoor en de Cartesiusweg?
3. In geval er standaard sprake is van toetsing hoe wordt dit inzichtelijk (en dus controleerbaar) gemaakt voor bewoners en raad?
4. En worden hierin specifiek ook, zoals de staatssecretaris schrijft, toekomstige ontwikkelingen in ogenschouw genomen? Zo ja, waaruit blijkt dit?
5. Kan het College garanderen dat vanaf 2010 alle nieuwbouw voldoet aan de NO2-norm?
6. Leidsche Rijn ontbreekt in het luchtkwaliteitsplan 2002-2010. Verwacht het College hier geen spanningen met de normen in 2010 en latere jaren?
7. Is het College bereid om met behulp van de VerkeersMilieuKaart en de rapportage luchtkwaliteit, de gegevens over de luchtkwaliteit in het heden, in 2010 en latere jaren bekend te maken en geactualiseerd te houden? En dit zo te doen dat de informatie in ieder geval via internet is te raadplegen?
Antwoorden van Burgemeester en wethouders
(verzonden 2 november 2004)
1. Ons college toetst de genoemde plannen standaard aan de 2010-normen. Voor de plannen van vóór 2003 is dit gedaan aan de hand van de scenario's zoals die door RIVM zijn geleverd. In de periode daarna hebben wij de toekomstige situatie in 2010 beoordeeld aan de hand van toetsing aan de plandrempels die in 2003, resp. 2004 gelden. Uit wetgeving kan worden afgeleid dat de situatie in 2010 dan aan de grenswaarde voldoet, als het schoner worden van de motoren net zoveel effect heeft als het strenger worden van de plandrempels. Er zijn geen prognoses van achtergrondconcentraties en emissies voor latere jaren dan 2010 beschikbaar. Uitgangspunt is dat het jaar 2010 als ijkpunt zal blijven gelden, ook voor plannen die later in uitvoering komen dan 2010.
2. Op 1 juli 2004 is de commissie Verkeer en Beheer geïnformeerd over het definitief Ontwerp voor het verkeersknooppunt Majellaknoop. In de bijbehorende rapportage, die tevens dient als onderbouwing voor de te doorlopen artikel 19 WRO procedure, is een passage opgenomen over de toekomstige luchtkwaliteit.
3. De luchtkwaliteitstoets is inzichtelijk als onderdeel van het totale plan (of vrijstellingsverzoek conform artikel 19 WRO) via de reguliere procedures van de Utrechtse inspraakverordening. Zoals bekend moet de provincie op het gebied van luchtkwaliteit daarnaast eveneens haar goedkeuring verlenen.
4. Zie antwoord 1.
5. Nee, omdat het college niet alle factoren (bijvoorbeeld bronbeleid, fijn stof) die hierop van invloed zijn (actief) kan beïnvloeden. De inzet van het College is vastgelegd in het Luchtkwaliteitsplan, waarover de commissie Verkeer en Beheer in september 2004 gesproken heeft.
6. In Leidsche Rijn is geen sprake van normoverschrijdingen bij woningen. Wel zullen de berekeningen van de luchtkwaliteit rondom de gaten in de overkapping van de A2 moeten worden geactualiseerd op basis van door VROM vastgestelde, nieuwe scenario's. Afhankelijk van de planning gebeurt dat volgens de aanwijzingen van VROM voorlopig met de referentieraming en/of met het scenario dat begin 2005 wordt vastgesteld.
7. Zoals bekend rapporteert ons College ieder jaar over de luchtkwaliteit en komen de gegevens dan op de gemeentelijke website. Vanaf volgend jaar zullen wij ook rapporteren over de voortgang van de uitvoering en actualisatie van het luchtkwaliteitsplan. Onderdeel hiervan is een prognose voor het jaar 2010. De Verkeers Milieu Kaart is een programma, dat niet interactief op Internet geplaatst kan worden. Wel worden de resultaten van VMK gebruikt bij planontwikkeling en inspraak, zoals recentelijk bij het 24 oktoberplein. De commissie Verkeer en Beheer heeft een presentatie gekregen over de werking van de VMK.
---- --