Opinie 35: 'Koran eenvoudiger te vertalen dan de bijbel'
De nieuwe bijbelvertaling is af. Vorige week nam koningin Beatrix het
eerste exemplaar van de nieuwe vertaling in ontvangst. Het is de
afronding van een enorm karwei: ruim tien jaar lang hebben honderden
personen aan de vertaling gewerkt. Een groot verschil met het vertalen
van de koran, zegt Fred Leemhuis, hoogleraar Koranwetenschappen aan de
RUG. In 1989 maakte hij in zijn eentje een vertaling van de koran, die
ondertussen zijn elfde druk beleeft.Wat is het verschil tussen het
vertalen van de koran en het maken van een bijbelvertaling?
"Om te beginnen, de koran is beduidend korter dan de bijbel, iets
langer dan het Nieuwe Testament, zou ik zeggen. Daarnaast is de koran
het boek van één religieuze gemeenschap, gesteld in één taal, het
Arabisch, opgetekend uit de mond van één persoon. Dat is totaal anders
dan de bijbel, geschreven door zeer verschillende auteurs in
verschillende vormen van het Hebreeuws, Aramees en Grieks. De bijbel
is bovendien het heilige boek voor twee verschillende godsdiensten,
het christendom en het jodendom."
"Over de basistekst van de koran, de letterlijke betekenis van de
tekst, bestaat dan ook veel minder verschil van mening. Er zijn wel
wat varianten van de koran, maar de variatie is in de verste verte
niet zo groot als in de bijbel. Dat maakt dat het vertalen en
interpreteren een stuk makkelijker wordt. Bij een bijbelvertaling moet
je eerst nogal wat voorwerk doen voordat je met vertalen kan beginnen.
Dat komt mede door de ontstaansgeschiedenis van de bijbel. Pas ergens
in de vierde of vijfde eeuw stond de canon vast. Het begin van de
Joodse bijbel stamt uit de negende eeuw voor Christus, dus dat is in
totaal een wordingsgeschiedenis van veertien, vijftien eeuwen. De
koran heeft een tekstgeschiedenis die niet langer dan een eeuw of
anderhalf omvat, als het niet minder is. Er zijn veel aanwijzingen dat
de koran zelfs binnen een jaar of zeventig is ontstaan."
"Inhoudelijk gezien kent de bijbel veel meer verschillende niveau's.
De koran is een stuk eenduidiger, de samenstelling lijkt veel meer op
een liturgisch leesprogramma. Veel soera's, hoofdstukken, van de koran
hebben dezelfde structuur en bestaan uit een stukje wetten, een stukje
lofprijzing enzovoort."
"Ook de houding ten opzichte van vertalingen is anders. Moslims zijn
niet tegen vertalingen, maar ze vinden dat een vertaling niet moet
suggereren dat die de koran is. Een vertaling is voor hen een
interpretatie in een andere taal. Christenen, vooral in protestante
hoek, hebben de neiging te menen dat de bijbelvertaling ook de bijbel
is."
Ziet u ook parallellen?
"Natuurlijk, er zijn overeenkomsten te over. Het gaat om het centrale
referentiepunt van twee wereldgodsdiensten. Ik kan me goed voorstellen
hoe voldaan de vertalers zich voelden toen het af was. Het formele
vertaalwerk is gelijk. Je moet dezelfde afweging maken over de
methodiek: laat je je door de oorspronkelijke taal leiden en probeer
je constructies te zoeken om het idioom intact te houden? Of laat je
de doeltaal prevaleren? In mijn koranvertaling heb ik altijd
geprobeerd de doeltaal te laten prevaleren. Je moet het register van
de grondtaal aanvoelen. Past verheven taalgebruik of juist populair
woordgebruik? Bij de koran is dat relatief eenvoudig, dat staat
allemaal in het zelfde enigszins verheven register. Bijbelvertalers
staan daarin voor moeilijkere keuzes. Wat nogal eens wordt gedacht is
dat een verheven register de vertaling beter maakt. Dat is een
misvatting in Nederland: is het meer bijbels als het plechtiger is?
Sommige vertalingen zijn soms meer verheven dan de bijbel zelf. Van de
nieuwe vertaling heb ik slechts kleine stukken gelezen, maar wat ik
heb gezien bevond zich precies op de gulden middenweg. Niet te
populair en niet te plechtig."
Fred Leemhuis is sinds 1965 als docent Arabisch verbonden aan de
Rijksuniversiteit Groningen. Sindsdien werd hij twee keer voor een
periode van vier jaar gedetacheerd als directeur van het Nederlands
Instituut in Caïro, Egypte. In 1989 publiceerde hij een nieuwe
Nederlandse vertaling van de koran, die inmiddels zijn elfde druk
beleeft. Vanaf 2001 leidt Leemhuis drie maanden per jaar een
restauratie- en onderzoeksproject in de Dachla-oase in de westelijke
woestijn van Egypte. Vorig jaar werd hij benoemd tot bijzonder
hoogleraar Koranwetenschappen bij de Faculteit der Godgeleerdheid en
Godsdienstwetenschap.
Informatie
prof.dr. F. Leemhuis, tel. (050) 363 60 70, e-mail:
f.leemhuis@let.rug.nl
Rijksuniversiteit Groningen