Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzittervan de Tweede Kamer derStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag


- Directie Integratie Europa

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum


- 26 oktober 2004

Behandeld


- GJ Bijl de Vroe


Kenmerk


- DIE-570/04

Telefoon


- 070 - 348 5005


Blad


- 1/5

Fax


- 070 - 348 6381


Bijlage(n)


- - gj.bijl-de-vroe@minbuza.nl


Betreft


- - Geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen van 2 november 2004


-


- Graag- bieden wiju hierbij- , mede namens de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking, de geannoteerde agenda aan van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen van 2 november 2004.

De Minister De Staatssecretaris
van Buitenlandse Zaken, voor Europese Zaken,

Dr. B. Bot Mr. Drs. A. Nicolaï

Geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen (RAZEB) van 2 november 2004

Algemene zaken

Voorbereiding Europese Raad 4-5 november
De Raad zal zich buigen over de dan voorliggende versie van de ontwerp-conclusies van de Europese Raad. Hoewel bij het verzenden van deze brief nog niet met zekerheid valt aan te geven hoe de discussie zich zal ontwikkelen, kunnen de volgende thema's wel worden onderscheiden.

Lissabon-strategie
De Europese Raad zal naar verwachting kennisnemen van een presentatie door de heer Wim Kok, voorzitter van de "High Level Group" welke een bijdrage levert aan de tussentijdse evaluatie van de Lissabon-strategie, voorzien voor de Voorjaarsraad in 2005. Tijdens het diner zal de Europese Raad een informele gedachtenwisseling wijden aan de ervaringen met de uitvoering van de Lissabon-strategie op nationaal niveau.

Betere regelgeving: administratieve-lastenvermindering en vereenvoudiging Het Nederlands voorzitterschap wil bijdragen aan een verbetering van het Europese concurrentievermogen. Vermindering van de administratieve lasten voor bedrijven is hiervan een belangrijk onderdeel. Het gaat dan allereerst over afspraken betreffende een Europese methodologie voor het meten van administratieve lasten, zodat zij zichtbaar worden. Deze meetmethode zou geïntegreerd kunnen worden in de 'impact assessments' voor Europese regelgeving. Voorts betreft het de vereenvoudiging van bestaande EG-regelgeving.

Justitie en Binnenlandse Zaken (JBZ)
De Europese Raad van 5 november zal het meerjarenprogramma vaststellen voor de versterking van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht. Dit programma zal na bespreking door de JBZ-Raad van 25 en 26 oktober aan de RAZEB worden voorgelegd ter voorbereiding van de Europese Raad.

Dit programma voor de ­ in beginsel - komende vijf jaar bouwt voort op de conclusies van de Europese Raad van Tampere in 1999, op basis waarvan de Unie goede vooruitgang heeft geboekt. De aanslagen van 11 september 2001 in New York en 11 maart jl. in Madrid hebben eens te meer de noodzaak aangetoond om de samenwerking voor de veiligheid van burgers te versterken. Tegelijkertijd moet de Unie zorgen dat diezelfde burger zijn fundamentele vrijheden blijft genieten en zich vrij kan bewegen binnen de Unie.

Het programma is geïnspireerd op het Grondwettelijk Verdrag, maar loopt niet vooruit op de goedkeuring ervan. Hoofdpunten zijn: harmonisatie van asielbeleid, bestrijding van illegale immigratie, versterkt partnerschap met derde landen, gezamenlijk visabeleid, basisbeginselen voor integratie, effectieve grensbewaking, snelle informatie-uitwisseling tussen justitie, politie en veiligheidsdiensten, geïntensiveerde terrorismebestrijding, versterkte operationele samenwerking, en toewerken naar een ware Europese rechtsruimte.

De Commissie zal door de Europese Raad gevraagd worden in 2005 een actieplan te presenteren met te nemen maatregelen waaraan duidelijke termijnen verbonden worden.

'Communicating Europe'
Naar aanleiding van de teleurstellende opkomst bij de laatste verkiezingen voor het Europees Parlement besloot de Europese Raad van juni bij zijn volgende bijeenkomst te spreken over hoe betrokkenheid van de burger bij Europa kan worden verbeterd ('communicating Europe'). Ter voorbereiding van de bespreking in de Europese Raad, organiseerde het Voorzitterschap op 5 oktober een informele bijeenkomst van ministers voor Europese zaken, geheel gewijd aan dit onderwerp. De resultaten van deze bijeenkomst vormen de inbreng voor de bespreking in de Europese Raad.

Uitbreiding
De Commissievoorzitter zal aan de Europese Raad de stukken presenteren die de Commissie op 6 oktober jl. over Roemenië, Bulgarije, Kroatië en Turkije uitbracht. Een eerste appreciatie van deze stukken ging de Kamer toe bij brief van 15 oktober jl. Er is geen discussie over de uitbreiding op deze Europese Raad voorzien; besluitvorming over deze landen vindt plaats op de Europese Raad van 17 december a.s. De minister-president heeft op 18 oktober jl. een brief aan zijn Europese collega's gestuurd om aan te kondigen dat het Voorzitterschap de reacties op de Commissiestukken gaat peilen in aanloop naar het decemberbesluit.

Externe onderwerpen
De Raad zal spreken over de volgende externe onderwerpen die bij de Europese Raad aan de orde zullen komen: Irak, Soedan, Midden-Oosten en Iran.

Inzake Irak zal de Raad zich buigen over een pakket van maatregelen ter ondersteuning van de Iraakse interim-regering. Tijdens de Europese Raad zal dit pakket worden aangeboden aan de daarbij aanwezige Iraakse premier Allawi. Het pakket maatregelen is gebaseerd op voorstellen van de Commissie en Hoge Vertegenwoordiger (HV) Solana, alsmede op de uitkomsten van een aantal door het Voorzitterschap geïnitieerde EU-verkenningsmissies naar Irak. Het Voorzitterschap zet in op een pakket dat bestaat uit een politieke intentieverklaring voor het aanknopen van betrekkingen met de EU, waaronder op termijn ook opening van een kantoor van de Commissie in Bagdad, en een aantal concrete maatregelen waaronder EU-ondersteuning van verkiezingen, activiteiten op het gebied van civiele crisisbeheersing, zoals training van Iraakse politie en capaciteitsopbouw in de juridische sector. Het Nederlandse Voorzitterschap heeft zich de afgelopen maanden hard gemaakt voor een eensgezinde opstelling van de EU ten aanzien van Irak en zich tot doel gesteld invulling te geven aan een versterkte EU-rol in Irak.

Met betrekking tot Soedan zal de Raad opnieuw stilstaan bij de situatie in Darfur, in het bijzonder bij de voortgang die is geboekt ten aanzien van de ijkpunten van de VN-Veiligheidsraad en de EU. Daarbij blijft het uitgangspunt dat indien onvoldoende voortgang wordt geboekt de mogelijkheid van passende maatregelen, waaronder sancties, nadrukkelijk op tafel dient te blijven. De druk op de regering en de rebellenbewegingen SLM en JEM om met spoed in Abuja te komen tot een duurzame oplossing voor de crisis in Darfur moet worden gehandhaafd. Daarnaast blijft druk nodig op de Soedanese regering en de SPLM om het Naivasha-vredesproces (Noord-Zuid) af te ronden. Voorts zal de Raad spreken over de ondersteuning door de EU van de inmiddels door de Afrikaanse Unie (AU) goedgekeurde uitbreiding van haar missie in Darfur. De EU zal een substantiële financiële bijdrage aan de uitbreiding van de AU-missie leveren en overweegt daarnaast ook praktische assistentie, bijvoorbeeld in de sfeer van logistieke ondersteuning.

Voor wat betreft het Midden-Oosten zal de Raad stilstaan bij de laatste ontwikkelingen in de regio en in het bijzonder bij de politieke besluitvorming in Israël over de plannen voor terugtrekking uit de Gaza-strook. Tevens zal de Raad, aan de hand van aangekondigde bijdragen van Hoge Vertegenwoordiger Solana, bezien op welke wijze de EU op korte en middellange termijn additioneel kan bijdragen aan het vredesproces.

Inzake Iran zal worden gesproken over het nucleaire programma van Iran en de mensenrechtensituatie. Sinds de RAZEB van 11 oktober jl. heeft intensief internationaal overleg plaatsgevonden, onder andere in G-8 kader, met als doel Iran te bewegen te voldoen aan de door de IAEA gestelde eisen. Op 25 november a.s. zal de IAEA-Bestuursraad besluiten of en in hoeverre Iran heeft voldaan aan de vereisten van de IAEA-resolutie van september jl. en of dat aanleiding geeft om de kwestie door te verwijzen naar de VN-Veiligheidsraad. Het is van belang dat de internationale gemeenschap, waaronder de EU, eensgezind blijft in haar streven om Iran te bewegen tot volledige opschorting van alle verrijkingsactiviteiten en verbetering te brengen in de mensenrechtensituatie.

Externe betrekkingen

EU-Rusland
De Raad zal spreken over de voorbereidingen van de EU-Rusland Top op 11 november a.s. in Den Haag. De uitwerking van de vier Gemeenschappelijke Ruimten (economisch; externe veiligheid; interne veiligheid, vrijheid en rechtvaardigheid; onderzoek, onderwijs en cultuur)zal bij de Top centraal staan. Het Nederlandse voorzitterschap zet zich in om hierover zo mogelijk vóór de Top overeenstemming met Moskou te bereiken. Hierbij blijft de EU vasthouden aan de afronding van de vier Ruimten als één pakket. Een begin van samenwerking op deelterreinen hoeft echter niet te wachten op overeenstemming over het totale pakket.

Somalië
De Raad zal op verzoek van Italië kort spreken over de voortgang in het politieke proces in Somalië. Onlangs is in Nairobi de "Somali National Reconciliation Conference" (SNRC) afgerond met de inauguratie van een overgangsparlement en de benoeming van Abdullahi Yusuf Ahmed als president van de overgangsregering. Thans zal nog een overgangsregering moeten worden samengesteld, waarmee een eind zal komen aan een politiek vacuüm van dertien jaar. De Raad zal ook spreken over de uitkomst van de donorbijeenkomst van 29 oktober 2004 in Stockholm, waarbij gesproken zal worden over de wederopbouw en ontwikkeling van het nieuwe Somalië. Het Nederlands voorzitterschap steunt deze positieve ontwikkelingen en zal streven naar verdere financiële en politieke steun van de EU aan de overgangsregering om een spoedige terugkeer van de regering naar de hoofdstad Mogadishu en het uitoefenen van effectief gezag mogelijk te maken.

===