Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Inhoudsopgave

VOORWOORD 3 SAMENVATTING 5 HET OCHTENDPROGRAMMA 9 Het openingsinterview 9 De discussies 13 Opdrachten voor het nieuwe kabinet 25 HET MIDDAGPROGRAMMA 27 Naar een vrij besteedbaar reïntegratiebudget 29 Handhaving: nieuwe prikkels, meer winst? 33 Van categoriaal ondersteuningsbeleid naar maatwerk 37 Meer verantwoordelijkheden, minder regels 41


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Voorwoord
Het Strategisch Akkoord van 3 juli 2002 bevatte omvangrijke nieuwe maatregelen voor gemeenten op het terrein van Werk en Inkomen. Uitwerking en implemen- tatie van deze maatregelen zijn een zaak van ministerie én gemeenten. Daarom zijn de gemeentebijeenkomsten georganiseerd. Het doel van de gemeentebijeenkomsten in Rotterdam (31 oktober), Veldhoven (13 november) en Zwolle (27 november) was tweeledig. Ten eerste wilden we u nadere uitleg geven over de maatregelen van het kabinet en de gevolgen daarvan voor gemeenten. Ten tweede was het doel dat we tijdig met elkaar spreken over de manier waarop de kabinetsmaatregelen het beste kunnen worden geïmplementeerd. Gezien de massale opkomst en de discussies tijdens de gemeentebijeenkomsten is dat zeker gelukt.
Open communicatie tussen het ministerie van SZW en gemeenten is van groot belang. Alleen samen kunnen we komen tot een goede implementatie van kabinetsmaatregelen. Dat geldt uiteraard eveneens als er een nieuwe regering is. We hopen dan ook op uw ideeën en opmerkingen te mogen blijven rekenen. 3

Wandi van Leeuwen
Directeur-Generaal Arbeidsmarktbeleid en Bijstand


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

ELEKTRONISCH VERGADEREN MET KLEINE(RE) GEMEENTEN SZW wil kleine(re) gemeenten de mogelijkheid bieden nadrukkelijker te participeren in discussies over SZW-beleid. Dat geldt voor de hele cyclus van beleidsontwikkeling tot evaluatie. SZW heeft op dit moment al verschil- lende instrumenten die aan deze doelstelling bijdragen: bijvoorbeeld de SZW-gemeentedagen, het Gemeenteloket, het Uitvoeringspanel, de Service- lijn, etc. Toch blijft de behoefte bestaan om vooral kleine(re) gemeenten op een snelle en efficiënte manier te benaderen. Vandaar dat SZW onderzoekt wat de mogelijkheden en vereisten zijn voor zogenoemde `e-events' met kleine(re) gemeenten. E-events zijn elektronische bijeenkomsten die op verschillende manieren georganiseerd kunnen worden. Het belangrijkste kenmerk ervan is dat SZW en meerdere gemeenten digitaal snel en effi- ciënt met elkaar in gesprek gaan. Voordat SZW kan starten met dit nieuwe instrument, is het van belang in kaart te brengen of (voldoende) gemeenten voor deze aanpak voelen. Bovendien moet SZW weten met welke rand- voorwaarden het ministerie daarbij rekening moet houden. 4 SZW heeft daarom op 27 november 2002, tijdens de gemeentebijeenkomst in Zwolle, twee `electronic boardroomsessies' georganiseerd. Hierbij stonden vragen centraal als: voor welke thema's en in welke fase kan een e-event georganiseerd worden, wie vormen de doelgroep (beleids- medewerkers, bestuurders, managers van uitvoerende eenheden) en welke technische vereisten spelen een rol. De twee elektronische sessies hebben veel input opgeleverd voor de inzet van e-events voor de communicatie met gemeenten. Enkele ideeën zijn:
elektronische nieuwsgroepen op gesloten websites voor de uitwisseling van goede praktijkvoorbeelden;
e-mailgroepen van uitvoerders waarmee beleidsmedewerkers van SZW snel beleidsvoornemens kunnen testen op uitvoerbaarheid; maandelijks op een vast tijdstip een elektronische discussie over een actueel thema;
een elektronische brievenbus voor klachten, opmerkingen etc. De deelnemende gemeenten waarschuwden voor `elektronische thee- kransjes', SZW-propaganda en formalisering. SZW zal, mede op basis van deze aanbevelingen, in februari een eerste e-event organiseren.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Samenvatting
Uitleg en discussie over de gevolgen van het Strategisch Akkoord. Daar draaide het om tijdens drie gemeentebijeenkomsten in oktober en november. Dat het kabinet demissionair is, had geen merkbare invloed op de opkomst. Betrokken wethouders, directeuren, managers en medewerkers bezochten in groten getale de bijeenkomsten in Rotterdam, Veldhoven en Zwolle.


---

Onder het centrale motto `In gesprek over de uitdagingen van het nieuwe kabinet' gaven vertegenwoordigers van SZW toelichting op het voorgenomen beleid. Het bleef niet bij eenrichtingsverkeer. De gemeenten konden hun sugges- ties en meningen over het beleid volop kwijt.
Kritiek
Gemeenten uitten op de bijeenkomsten vaak pittige kritiek op de kabinets- plannen. Ze waren uiteraard niet blij met de forse bezuinigingen. Verder lopen de gemeenten straks financiële risico's terwijl ze zich tegelijkertijd afvragen of ze alle


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

risico's wel kunnen beïnvloeden. Een deel van de dienstverlening vindt namelijk bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) plaats, terwijl de gemeente financieel verantwoordelijk is. Dit zorgde voor de nodige onvrede. Een aantal gemeenten voelde zich bovendien gekrenkt door het feit dat het kabinetsbeleid er vanuit gaat dat zij financiële prikkels nodig hebben om beter te presteren. Die motivatie is ook nu al volop aanwezig, betoogden de gemeenten. Afschaffing van categoriale bijstand leidt tot veel meer administratieve lasten, vonden de deelnemers verder. Staatssecretaris Mark Rutte en Directeur-Generaal Arbeidsmarktbeleid en Bijstand Wandi van Leeuwen gingen tijdens het ochtendprogramma van de gemeentebijeenkomsten telkens uitvoerig op deze kritiek in. Zorgvuldig
De aangekondigde bezuinigingen op het reïntegratiebudget kwamen hard aan. Het gaat dan ook om grote bedragen, vooral in 2003. Dan is er 520 miljoen euro minder te besteden. Veel deelnemers pleitten voor behoud van de gesubsidieerde banen. Staatssecretaris Rutte gaf aan dat SZW zorgvuldig te werk is gegaan bij deze maatregelen. Eerst zijn de ID-banen (In- en Doorstroombanen) en WIW- banen (Wet Inschakeling Werkzoekenden-banen) geschrapt die toch niet waren 6 ingevuld. Van het overgebleven budget gesubsidieerde banen verdwijnt uiteindelijk 15%. Dat komt overeen met de gemiddelde jaarlijkse uitstroom. Bovendien komt er een regeling om 10.000 ID-banen om te zetten in reguliere banen. Dat gemeenten in de toekomst geheel verantwoordelijk worden voor het budget voor bijstand en reïntegratie, zorgde voor gemengde reacties. De gemeenten krijgen vanaf 1 januari 2004 te maken met een vooraf vastgesteld budget en kunnen kosten niet meer achteraf declareren. De baten van een succesvol reïntegratie- en handhavingsbeleid mogen ze zelf weer inzetten. Presteren ze echter minder dan gemiddeld, dan dragen zij de financiële risico's. Sommige gemeenten beschouwen deze nieuwe maatregelen als een uitdaging. Anderen zijn bang in de problemen te komen bij onvoorziene omstandigheden als economische crises of plotselinge beleidswijzigingen. Staatssecretaris Rutte en DG Van Leeuwen legden uit dat er een budgetteringssystematiek in ontwikkeling is die rekening houdt met dergelijke gebeurtenissen. Individuele gemeenten kunnen in geval van nood een beroep doen op een hardheidsclausule. De deelnemers reageerden zoals gezegd teleurgesteld op het afschaffen van het categoriale inkomensbeleid. Verzoeken om aanvullende bijstand moeten gemeen- ten straks per geval beoordelen. Gemeenten zijn bang dat ze hiervoor allerlei extra regels en beoordelingscriteria moeten bedenken. SZW gaf aan dat de Armoedeval een belangrijke reden is voor het afschaffen van de categoriale bijstand. Wel komt er een speciale regeling voor langdurige werklozen zonder arbeidsmarktperspectief.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Reïntegratie op maat
De gemeenten vonden positief dat ze het reïntegratiebudget straks vrij mogen besteden. Allerlei schotten verdwijnen. Reïntegratie op maat voor de cliënt wordt daardoor mogelijk. Het voornemen van SZW om fors te snoeien in regels en verantwoording ontlokte enthousiaste reacties. Hierdoor kunnen gemeenten meer menskracht gaan inzetten voor het helpen van cliënten. Enkele deelnemers vreesden echter dat de `bemoeienis' vanuit SZW in de toekomst weer zal toenemen. Het ministerie zal toch willen weten wat er met `zijn' geld gebeurt. De dualisering en de daarbij horende verantwoording aan de gemeenteraad kan afzonderlijk rapporteren aan het departement grotendeels overbodig maken, betoogden SZW-sprekers. Het ministerie kan voor gegevens putten uit de eigen verslagen van de gemeenten. Het verslag over de uitvoering blijft echter verplicht. Al met al dachten de gemeenten wisselend over het aangekondigde beleid. Over het informatieve gehalte van de gemeentebijeenkomsten was het merendeel tevreden.
DE HOOFDPUNTEN UIT HET STRATEGISCH AKKOORD
Het Strategisch Akkoord van het kabinet Balkenende I brengt een aantal belangrijke veranderingen voor gemeenten met zich mee. Veel daarvan gaan in met het 7 inwerkingtreden van de nieuwe Wet Werk en Bijstand. Een aantal maatregelen, onder andere op het gebied van deregulering en ontschotting, vindt al in 2003 plaats. We zetten de veranderingen hieronder nog eens kort op een rijtje: Een bezuiniging van in totaal 680 miljoen euro op het gemeentelijk budget voor reïntegratie in 2006. Het leeuwendeel van deze bezuiniging, 520 miljoen euro, staat voor 2003 gepland.
Gemeenten zijn straks zelf geheel verantwoordelijk voor het budget voor bijstand en reïntegratie. Achteraf declareren van de kosten is verleden tijd. Gemeenten mogen het geld voor bijstandsuitkeringen zelf houden dat ze `besparen' door het aan werk helpen van bijstandsgerechtigden en door succes- volle handhaving. Ze lopen echter zelf ook financiële risico's als ze beneden- gemiddeld presteren.
De categoriale aanvullende bijstand verdwijnt. Individuele aanvullende bijstand blijft mogelijk, voor langdurige minima zonder perspectieven op de arbeidsmarkt komt er een speciale regeling.
Gemeenten krijgen meer beleidsruimte door het vrij besteedbare reïntegratiebudget. Dit maakt reïntegratie op maat mogelijk, in plaats van verplichte aantallen ID- of WIW-banen en speciale budgetten voor scholing en activering.
Er komen straks minder regels en dus minder verantwoording naar `Den Haag' voor bijstand en reïntegratie.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

8


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Het ochtendprogramma
Presentator Jan Bart Wilschut opende de bijeenkomsten met een korte vragenronde. Hij peilde daarbij waarvoor de deelnemers naar de confe- rentie waren gekomen. Het was steevast de opmaat voor een levendige bijeenkomst.
Een belangrijke vraag onder de aanwezigen was wat er na de val van het kabinet nog overblijft van het regeringsbeleid op het gebied van sociale zekerheid. Ze wensten ook nadere toelichting op dit beleid en de consequenties voor de gemeenten.

---

HET OPENINGSINTERVIEW
Wilschut probeerde door middel van interviews antwoord te geven op deze en andere vragen. Staatssecretaris Mark Rutte fungeerde hierbij in Rotterdam en Zwolle als gesprekspartner. Directeur-Generaal Arbeidsmarkt en Bijstand Wandi van Leeuwen nam in Veldhoven de honneurs waar. Beiden legden uit dat het


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

ministerie van SZW doorgaat op de marsroute uit het Strategisch Akkoord. Ze maakten alleen een voorbehoud voor de begrotingsbehandeling van medio december in de Tweede Kamer. De kabinetsstandpunten bleven echter tijdens deze debatten grotendeels overeind.
Rutte liet verder op de bijeenkomst in Zwolle weten dat het huidige kabinet de nieuwe Wet Werk en Bijstand niet meer zal indienen in de Tweede Kamer. De werkzaamheden binnen SZW aan deze `verzamelwet' voor Werk en Inkomen, die onder andere de Algemene bijstandswet vervangt, gaan echter onverminderd door.
Een belangrijk onderwerp tijdens de interviews waren de bezuinigingen op de ID- en WIW-banen. Rutte en Van Leeuwen gaven aan dat krantenberichten dat alle gesubsidieerde banen verdwijnen onzinnig zijn. "Van de huidige 84.500 banen zijn er straks nog 72.500 over. Dat moet volgens de ervaringscijfers op te vangen zijn met de natuurlijke uitstroom." De staatssecreta- ris kondigde in Zwolle bovendien het initiatief aan om 10.000 ID-banen om te zetten in reguliere banen (zie het kader op bladzijde 15 ). "Werkgevers, werk- nemers en VNG reageerden enthousiast op ons subsidieplan." Een ander item tijdens de interviews was de grotere eigen verantwoordelijkheid 10 die gemeenten gaan dragen met de komst van de Wet Werk en Bijstand. Deze staat gepland voor 1 januari 2004. Tegenover de grotere verantwoordelijk- heid staan wel minder regels en minder verantwoording. Rutte en Van Leeuwen legden uit dat SZW een systematiek ontwikkelt die het mogelijk maakt het landelijk beschikbare bijstandsbudget aan te passen aan zaken als economische ontwikkelingen en grote beleidsveranderingen. Dit doet het ministerie samen met partners als het Centraal Planbureau (CPB) en het ministerie van Binnenlandse Zaken.
De verdeling van het geld over de gemeenten gebeurt aan de hand van een objectief verdeelmodel. Houdt een gemeente geld over, dan mag ze dit houden. Presteert ze onder de maat, dan draait ze zelf op voor de financiële gevolgen. Het blijft natuurlijk mogelijk dat een gemeente door onvoorziene omstandighe- den, bijvoorbeeld het faillissement van een groot bedrijf, in financiële problemen komt. Ze kan dan een beroep doen op een `noodventiel'. Een beroep op deze hardheidsclausule betekent wel dat de gemeente met `de billen bloot' moet. Ze moet kunnen aantonen dat de bewuste omstandigheid (bijvoorbeeld het faillisse- ment) ten grondslag ligt aan de financiële problemen. Een derde onderwerp dat in de interviews terugkwam, was SUWI (Structuur Uitvoering Werk en Inkomen). Staatssecretaris Rutte vertelde dat minister De Geus en hij zich tot doel hebben gesteld SUWI werkend te krijgen. Hij zag in het land genoeg voorbeelden van goede samenwerking tussen gemeenten en Centra voor Werk en Inkomen (CWI's). Ook waren er nog plekken waar het


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

minder goed liep. De structuur maar weer omgooien is echter geen oplossing, aldus Rutte. Betere onderlinge communicatie en samenwerking juist wel. "Ga met elkaar om tafel zitten en geef aan wat niet goed gaat."

HET ONTBIJT MET DE WETHOUDERS
Voorafgaand aan de bijeenkomsten in Rotterdam en Zwolle ontbeet staatssecretaris Rutte met een aantal wethouders uit de omgeving. De ontbijtsessies bleken steeds nuttige inzichten op te leveren. De staatssecretaris gaf de aanwezigen daar tijdens de bijeenkomsten in Rotterdam en Zwolle een inkijkje in. Rutte en de wethouders hadden het in Rotterdam vooral gehad over de samen- werking tussen het CWI en lokale sociale diensten. Die bleek wisselend te verlopen. Opvallend vond de staatssecretaris verder de grote bureaucratie, met intake- formulieren van 28 pagina's die cliënt en consulent moeten doorlopen. "Ten slotte is mij duidelijk geworden dat er ook een groep mensen is die het niet redt in werk: hoeveel energie je er ook in steekt. Hoewel ik er wel voor pleit niet te snel mensen alle perspectief te ontnemen."
Het was Rutte van het ontbijt in Zwolle met name bijgebleven dat er veel zorg bestaat voor de werkgelegenheid in sommige delen van Noord-Nederland. "Het 11 gaat daar aanmerkelijk slechter dan in de rest van het land. De wethouders hebben mij gevraagd hier rekening mee te houden. "Aan de andere kant liet de staatssecre- taris weten het beleid zo objectief en gelijkmatig over het land te moeten versprei- den. "Anders zegt straks bijvoorbeeld de Mijnstreek dat ze hetzelfde willen als Oost-Groningen." Rutte gaf aan het altijd nuttig te vinden om te luisteren naar en te praten met gemeenten. "Zeker ook nu. Het is een moeilijke tijd, met veel bezuinigingen. Het is dan nuttig van gedachten te wisselen hoe gemeenten gegeven dat feit maximaal gebruik kunnen maken van de grotere ruimte die zij krijgen."


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

MEER GEFASEERD
Ruud Smeulders: "Mijn complimenten voor de organisatie. Je kon als deelnemer tijdens de bijeenkomst je verhaal kwijt, problemen aankaarten. Ik heb de indruk dat hier goed naar werd geluisterd door de mensen van het ministerie.
Ook al is het kabinet demissionair, ik denk niet dat na de verkiezingen alles op de schop gaat. Iedere politieke kleur moet streven naar efficiëntie, ieder kabinet zal moeten bezuinigen. Waar ik wel nog mee worstel, is dat de bezuinigingen voor een belangrijk deel al in 2003 plaatsvinden. Ik hoop dat dit toch wat meer gefaseerd kan. We kunnen nu nog niet profiteren van de ontschotting en de deregulering. Als deze maatregelen zijn doorgevoerd, dan ontstaat er automatisch meer draagvlak voor het nieuwe beleid." Ron Adelaar: "Wanneer we als Sociale Zaken volledig verantwoordelijk zijn voor de financiën, dan kunnen we ook aankloppen bij de afdeling Bedrijven- beleid van de gemeente. We voeren immers niet meer uitsluitend het beleid van het ministerie van SZW uit, maar worden een serieuze lokale partner. 12 Daardoor zouden we bijvoorbeeld kunnen proberen om meer banen voor lageropgeleiden te creëren."
Ruud Smeulders en Ron Adelaar, gemeente Den Bosch, bijeenkomst Rotterdam VEEL DISCUSSIE
"Ik vond het een goede bijeenkomst. Vooral over de workshops was ik te spreken. De workshop over handhaving bood veel ruimte voor eigen inbreng. Deze workshop mocht wat mij betreft wel wat meer diepgang hebben. De workshop over de verdwijning van de categoriale bijstand vond ik inhoudelijk niet heel sterk. Maar hier werden wel volop ideeën gelanceerd, vond veel discussie plaats. Dat maakte het een boeiende workshop. Er valt dan ook het nodige te bespreken. De financiële gevolgen van het verdwijnen van de categoriale bijstand zijn groot voor de gemeen- ten. Het is eigenlijk een pure bezuinigingsoperatie. Ik vind zo'n bijeenkomst waar ministerie en gemeenten van gedachten kunnen wisselen een goed initiatief. Ik pleit daarnaast voor meer overleg tussen gemeenten en ministerie door mensen op praktijkniveau. En dan het liefst in een vroeg stadium van het beleidsproces. Overleg moet niet alleen tussen de top plaatsvinden of tussen ministerie en VNG." Harold van der Haar, gemeente Nederweert, bijeenkomst Veldhoven


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

DE DISCUSSIES

13 Het hoofdonderdeel van de ochtenden vormden de discussies. Deze vonden deels plaats op het podium, maar ook de mensen in de zaal kregen dankzij gespreksleider Wilschut volop ruimte voor een eigen inbreng. Een aantal thema's kwam daarbij telkens terug.
Gesubsidieerde banen
De aangekondigde bezuinigingen op de ID- en WIW-banen waren een belangrijk onderwerp van discussie tijdens alle bijeenkomsten. Staatssecretaris Rutte gaf in Rotterdam weer wat zijn visie is op bijstand en gesubsidieerde arbeid. "Het fundamentele punt in de Nederlandse sociale zekerheid is: als je door het ijs zakt, kun je een beroep doen op bijstand. Het is echter wel de bedoeling dat je daarna weer zo snel mogelijk aan het werk gaat. Gesubsidieerd werk is dan een eventuele tussenstap naar regulier werk. De realiteit is echter dat dit instrument lang niet altijd even goed functioneert. Te veel mensen blijven `hangen' in een gesubsidieerde baan."
Deze argumentatie kon niet alle bezwaren van de gemeenten wegnemen. Ze wezen erop dat bezuinigen op gesubsidieerd werk grote nadelen met zich meebrengt. Een vertegenwoordiger van de gemeente Amersfoort gaf in Veldhoven


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

aan dat vooral de WIW-maatregelen hard aankomen. Hij deed een klemmend beroep op SZW om hier nog eens goed naar te kijken. DG Wandi van Leeuwen kreeg van deze deelnemer een boekje aangeboden met 50 portretjes van Amersfoorters die nu actief zijn in het kader van de WIW. Af en toe was er ook een ander geluid te horen. Een deelnemer namens de gemeente Leerdam was het in principe eens met het ingezette beleid omdat inderdaad veel mensen blijven hangen in ID-banen. Wel zat ze in haar maag met enkele `schrijnende gevallen': mensen aan wie al een ID-baan is toegezegd, maar waarbij het nu maar de vraag is of de belofte kan worden nagekomen. Veel gemeenten begrepen niet precies hoe SZW de bezuinigingen per gemeente op gesubsidieerde banen berekent. Van Leeuwen legde uit dat het ministerie eerst heeft geraamd hoeveel banen eind 2003 niet bezet zouden zijn. Deze geraamde onderbenutting is als eerste geschrapt. Vervolgens is voor de bezuinigingen gekeken naar de natuurlijke uitstroom van 15% die in 2003 zou plaatsvinden uit het totale aantal banen dat naar verwachting eind 2003 bezet zou zijn. Enkele gemeenten hadden er moeite mee dat ze in september een brief kregen terwijl 30 juni als peildatum wordt gehanteerd. Van Leeuwen legde uit dat de bezetting per gemeente op deze peildatum alleen een functie heeft voor de 14 berekening van het aandeel van de gemeente in de toekenning van het budget ID- banen 2003. Die toekenning zal in mei 2003 plaatsvinden. De peildatum van 30 juni is gekozen om anticiperend gedrag te voorkomen. "We hebben u bovendien zo snel mogelijk op de hoogte gesteld. Zelfs al voor de officiële bekendmaking op Prinsjesdag." Ze vertelde erbij dat 2003 voor het kabinet een lastig budgettair jaar is. "Meestal begin je niet met zware bezuinigingen, maar de economie maakt dit noodzakelijk. Er blijft overigens in 2003 nog 1,7 miljard euro over voor gemeentelijk reïntegratiebeleid. Daarna is dit nog 1,6 miljard euro. Met dit bedrag is nog steeds een hoop mogelijk."


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

AANVULLENDE AFSPRAKEN ROND GESUBSIDIEERD WERK
Het ministerie van SZW heeft samen met de sociale partners, de VNG en gemeen- ten aanvullende afspraken gemaakt rond gesubsidieerd werk. Gemeenten kunnen met behulp van deze maatregelen het accent in 2003 meer op reïntegratie leggen. Ze kunnen bovendien de bezuinigingsdoelstelling van 2003 halen zonder dat vitale gesubsidieerde banen verloren gaan. Dit kader zet de voornaamste maatregelen van dit `pakket' voor u op een rijtje. Het gaat om:
Een landelijke basisregeling om werkgevers (inclusief gemeenten) te stimuleren om circa 10.000 ID-banen om te zetten in reguliere banen: het doel van deze stimuleringsregeling is om maatschappelijk nuttig werk te behouden. Hiervoor is in 2003 en 2004 in totaal 170 miljoen euro beschikbaar. Werkgevers kunnen aanspraak maken op een vergoeding als ze een ID-baan omzetten in een reguliere arbeidsplaats met een lage CAO-schaal. De sociale partners gaan CAO-afspraken maken over het behoud van werkgelegenheid voor de huidige ID-werknemers. Waar nodig zullen ze nieuwe CAO-schalen creëren. Aanvullende maatregelen om de doorstroom uit gesubsidieerd werk te bevorderen: er komen als aanvulling op de basisregeling arrangementen per sector: bijvoorbeeld zorg, onderwijs en kinderopvang. Ook deze arrangementen zijn gericht op het 15 regulier maken van ID-banen en/of het bevorderen van de doorstroming van ID- werknemers naar andere, reguliere banen. De mogelijkheden van inleenvergoedingen en duale trajecten komen daarbij eveneens aan bod. De betrokken ministeries werken de plannen uit in overleg met werkgevers en werknemers. Ze trekken hiervoor extra geld uit. Oplossingen voor knelpunten in de uitvoering van de WIW: SZW gaat op verschil- lende manieren de aanvankelijk onevenredige verdeling tussen de gemeenten van de bezuinigingen op de WIW in 2003 opvangen. Het subsidiebedrag in 2003 voor WIW-werkervaringsplaatsen komt weer op bijna hetzelfde niveau als in 2002. Deregulering om gemeenten al in 2003 mogelijkheden te bieden voor meer maatwerk: het budget voor ID-banen wordt al in 2003 vrij besteedbaar. Gemeenten kunnen hiermee bijvoorbeeld loonkostensubsidies verstrekken aan werkgevers en werknemers. Een aantal beperkende voorwaarden bij de inzet van ID-banen verdwijnt bovendien. Als ID-werknemers staan ingeschreven bij het CWI als werkzoekend, mogen gemeenten doorstroomactiviteiten financieren uit het Scholings- en Activeringsbudget-WIW. Gemeenten kunnen de ID-gelden die ze de afgelopen jaren hebben gespaard tenslotte in 2003 ook besteden aan andere reïntegratieactiviteiten.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Minder regels...
De meeste gemeenten waren enthousiast over het voornemen van SZW om fors te snoeien in de vele regels en voorschriften op het gebied van sociale zekerheid. Eén deelnemer liet zelfs weten dat zijn gemeente meer mensen nodig heeft om het rijk te bedienen dan om klanten te helpen. DG Wandi van Leeuwen kwantificeerde de omvang van de deregulering treffend. De huidige bijstandswet bevat nog 250 artikelen, de nieuwe Wet Werk en Bijstand zal er ongeveer 70 hebben. "De Wet Werk en Bijstand gaat per 1 januari 2004 in, maar we zullen al in 2003 proberen het u zo makkelijk mogelijk te maken. Dit doen we door regels te schrappen die u veel energie kosten. Het declaratie- formulier voor ID-banen verdwijnt in 2003 bijvoorbeeld al." Een aantal deelnemers was sceptisch over de beloofde deregulering. Ze waren bang dat SZW later toch weer met allerlei regels zal komen. In de sociale zeker- heid gaat immers veel geld om. Een deelnemer wees erop dat op lokaal niveau de behoefte zal bestaan aan eigen spelregels waar SZW regels laat verdwijnen: vooral om de rechtszekerheid in stand te houden. Bovendien moeten gemeenten een verordening opstellen om te waarborgen dat ze ook moeilijk bemiddelbare groepen zullen blijven activeren. Van Leeuwen vertrouwde wat dit betreft op de 16 Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG). Ze hoopt dat deze organisatie met een modelverordening zal komen. Gemeenten hoeven dan niet allemaal meer zelf het wiel uit te vinden.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

...Meer verantwoordelijkheden
Tegenover de deregulering staat een grotere eigen verantwoordelijkheid van de gemeenten per 1 januari 2004. Achteraf declareren van de kosten is verleden tijd. Gemeenten krijgen van overheidswege een budget toegekend waarmee ze het moeten doen. Ze mogen het geld zelf houden dat ze overhouden door het aan werk helpen van bijstandsgerechtigden en door succesvolle handhaving. De gemeenten lopen echter zelf ook financiële risico's als ze benedengemiddeld presteren.
Veel gemeenten plaatsten bij de grotere eigen verantwoordelijkheid de kant- tekening dat ze voor hun resultaten voor een belangrijk deel afhankelijk zijn van het lokale CWI. "En hier heb ik geen greep op", merkte onder andere de Haagse wethouder Pierre Heijnen op. Heijnen vond verder dat de nieuwe systematiek van 100% budgetteren alle risico's bij de gemeenten legt. "Als er straks weer nieuwe beleidsregels komen, zitten wij met de gebakken peren." Staatssecretaris Rutte lichtte in Rotterdam toe waarom de regering ervoor heeft gekozen om meer verantwoordelijkheid bij de gemeenten te leggen. "We willen zoveel mogelijk mensen naar een baan leiden, perspectief bieden. Maar op dit moment heeft 51% van de bijstandsgerechtigden nog geen sollicitatieplicht. Ik ben 17 bang dat we in het verleden tegen te veel mensen hebben gezegd dat er geen perspectief voor hen is. De regering wil hier met het nieuwe beleid verandering in brengen." Hij riep gemeenten op de ruimte die ze krijgen maximaal te benut- ten voor een goed lokaal sociaal beleid.
Deelnemers vroegen zich af of er nog wel ruimte is voor kleine gemeenten door de nieuwe wijze van financieren. Bij plotselinge, lokale economische ontwikkelin- gen (bijvoorbeeld een faillissement) zijn de gevolgen voor een kleine gemeente namelijk relatief groot. DG Van Leeuwen gaf aan dat het toekomstige objectief verdeelmodel rekening zal houden met de positie van kleine gemeenten. Het model zal ook de regionale verschillen in de ontwikkeling van arbeidsmarkten zoveel mogelijk verdisconteren. Gemeenten krijgen uiteindelijk een eerlijk budget "waar je het mee moet kunnen doen én iets kan overhouden", vertelde Van Leeuwen in Veldhoven. "Zeker in combinatie met het schrappen van regels en het minder afleggen van verantwoording aan het rijk." Enkele deelnemers hielden reserves bij de objectiviteit van het objectief verdeel- model. "Een gemeente kan het heel goed doen en toch veel bijstandsgerechtigden hebben", zei wethouder Van Heijningen uit Dordrecht in Zwolle. "We krijgen in Dordrecht bijvoorbeeld meer mensen aan de poort als Rotterdam een `grote schoonmaakactie' houdt. Daar kan een dergelijk model nooit rekening mee houden." Staatssecretaris Rutte zegde toe deze regionale aspecten in ieder geval te betrekken bij de ontwikkeling van het objectief verdeelmodel. "Maar het model


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

gaat vooralsnog uit van individuele gemeenten." Natuurlijk is een objectief verdeelmodel nooit perfect, gaf de staatssecretaris toe. "Maar declareren achteraf heeft duidelijke nadelen. Zo beloon je feitelijk gemeenten die het slecht doen voor hun gedrag."
De gemeenten hadden er bovendien moeite mee dat ze zich bij een beroep op de hardheidsclausule toch weer uitgebreid moeten verantwoorden. Bovendien gaat een gehonoreerd verzoek om extra geld ten koste van de andere gemeen- ten. Hun uitkering uit het Fonds voor Werk en Inkomen neemt dan af. Van Leeuwen repliceerde dat het Gemeentefonds al jaren op vergelijkbare wijze functioneert.
Handhaving en toezicht
Minder regels betekent minder verantwoording aan SZW en dus ook minder toezicht vanuit het ministerie. Dit goede nieuws vernamen de deelnemers aan het eind van het ochtendprogramma. De brengers van de boodschap varieerden per bijeenkomst. Inspecteur-Generaal Leo Kokhuis van de Inspectie Werk en Inkomen maakte zijn opwachting in Rotterdam en Zwolle, in Veldhoven nam zijn plaats- vervanger Jan van den Bos de honneurs waar.
18 Hieraan vooraf ging telkens een discussie over handhaving en fraudebestrijding. Directeur-Generaal Uitvoeringsbeleid Werk en Inkomen Maarten Ruys vertegen- woordigde SZW hierbij in Rotterdam, op de andere bijeenkomsten was plaats- vervanger Jos Kok present. De SZW-sprekers legden uit dat handhaving grote prioriteit heeft binnen het Strategisch Akkoord. Natuurlijk vanwege de financiële gevolgen van het ten onrechte verstrekken van een uitkering, maar ook om het maatschappelijk draagvlak voor de sociale zekerheid te waarborgen. Handhaving speelt een rol in het hele proces van de sociale zekerheid: van de intake tot de controle achteraf. Gemeenten zijn voortaan zelf verantwoordelijk voor de handhaving. De baten die zij uit fraudebestrijding halen, mogen zij zelf houden. De handhaving moet volgens het Strategisch Akkoord breder en slimmer worden aangepakt. Gemeenten moeten bovendien meer gaan samenwerken. Breder staat voor meer preventie, maar ook voor meer aandacht voor controle en hand- having. Gemeenten moeten sancties consequent gaan toepassen. Slimmer bete- kent dat gemeenten gebruik dienen te maken van risicoanalyses en klantprofielen. Gericht werken is het devies. Met `een schot hagel' het hele bijstandsbestand te lijf gaan, is immers niet effectief. Meer samenwerken kan door afspraken te maken met buurgemeenten. Er bestaat een interessante stimuleringsregeling voor gemeenten die initiatieven op dit gebied ondernemen. Verder is het de bedoeling dat er een landelijk dekkend netwerk komt van Regionale Interdisciplinaire Fraudeteams (RIF's).


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

19 Veel gemeenten reageerden positief op dit verhaal. Eén aanwezige meende dat gemeenten door de financiële prikkels wel gedwongen zijn goed te handhaven. Het geld uit de stimuleringsregeling zou een groot aantal gemeenten inzetten voor het inhuren van capaciteit en expertise voor handhaving. Een deelnemer van de gemeente Waalwijk wees op het belang van de fraudebestrijding bij de intake. Die poortwachterfunctie blijft bij het CWI liggen, maakten de SZW-vertegen- woordigers duidelijk. Gemeenten pleitten ervoor om de bureaucratie rondom de handhaving te verminderen. Dat kan onder andere door het afschaffen van de verplichting om rechtmatigheidsformulieren in te vullen. Een kanttekening van een vertegenwoordiger van de gemeente Cuijck was dat alertheid belangrijk is, maar niet mag omslaan in systematisch wantrouwen.
Het functioneren van de keten van Werk en Inkomen is het belangrijkste aandachtspunt voor de Inspectie voor Werk en Inkomen, vertelden Kokhuis en Van den Bos. Het duaal stelsel is het uitgangspunt bij het toezicht. Deugt de verantwoording aan de gemeenteraad, dan kan een gemeente volstaan met het toesturen van dit verslag aan het ministerie.
De inspectie let ook in de toekomst op zowel rechtmatigheid als op doeltreffend- heid. "Wat betreft rechtmatigheid geldt nog steeds: de verstrekking van een uitkering deugt of deugt niet", lichtte Kokhuis toe. "Maar het toezicht zal wel afnemen. Want als er minder regels zijn, is ook minder toezicht nodig. Wat betreft


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

doeltreffendheid zullen we ons meer toeleggen op systeemtoezicht door middel van streekproeven. De verantwoording kan in de toekomst een stuk minder gedetailleerd. Alleen gemeenten die een beroep doen op de hardheidsclausule van het Fonds Werk en Inkomen kunnen extra controle verwachten." Dat het toezicht minder ingrijpend zal zijn, blijkt al uit de toekomstige formatie van de Inspectie Werk en Inkomen. Die zal met 125 fte's afnemen. Het merendeel van de gemeenten toonde zich in zijn nopjes met de plannen. Een enkeling ging het echter nog niet ver genoeg. Een deelnemer namens de gemeente Hengelo vroeg zich af of toezicht niet helemaal achterwege kan blijven nu de gemeenten 100% budgetverantwoordelijk zijn. Dat was voor Kokhuis een brug te ver. "Het Fonds Werk en Inkomen staat op de begroting van SZW. Dat betekent dat de minister hierover verantwoording moet afleggen. Enig toezicht is dus nog wel noodzakelijk."
20
OVER TOONBANK
Magriet Noordhoek: "Ik was hier vooral om te horen hoe de gemeenten denken over het nieuwe beleid. Er kwamen een aantal interessante sugges- ties aan bod. Zo pleitten de gemeenten voor een zorgvuldige en gefaseerde invoering van de nieuwe regelgeving. Ze voelden duidelijk niet voor een `big bang' op 1 januari 2004. Bovendien vroegen zij SZW te zorgen voor een goede ondersteuning bij de invoering van het nieuwe beleid. Gemeenten vinden het ook belangrijk om vroegtijdig te worden geïnformeerd. Heel begrijpelijk. Maar het dilemma is dat je wel politieke dekking nodig hebt voordat je een conceptwet over de toonbank kunt schuiven." Faïrouz Ben Salah: "Ik heb heel veel kunnen halen uit deze bijeenkomst, dingen waarvan ik zeg: daar moet ik iets mee. Bovendien was het ook goed voor mijn netwerk."
Magriet Noordhoek en Faïrouz Ben Salah, directie Gemeentelijk Activeringsbeleid (GAB), bijeenkomst Rotterdam


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

IDENTITEIT EN SOCIALE ZEKERHEID
Voor een luchtige noot én
voor stof tot nadenken tijdens
de gemeentebijeenkomsten
zorgde historicus Herman Pleij.
Hij verbond de onderwerpen
identiteit en sociale zekerheid
met elkaar. Dat gebeurde in
Veldhoven en Zwolle wat
nadrukkelijker dan in Rotter-
dam.
Pleij betoogde dat toenemende
verzakelijking, anonimisering en
individualisering de Nederlan-
ders van hun identiteit hebben
beroofd. Winkels zijn in iedere
plaats hetzelfde, historische
stadsmuren en poorten zijn
afgebroken. Tegelijk vinden we
21 rituelen uit om deze identiteit
weer te herstellen. Braderieën
met oude ambachten, het
midwinterhoornblazen en
carnaval zijn hier voorbeelden
van. Pleij toonde op humoris-
tische wijze aan dat deze
activiteiten vaak minder
historisch geworteld zijn dan
wij denken. Zo komt het midwinterhoornblazen niet uit de tijd van de Germanen. Het is volgens de Amsterdamse historicus een vinding van de plaatselijke VVV van Ootmarsum "in een slappe tijd voor het toerisme".
Toch bestaan ze nog wel, die typisch Nederlandse trekjes. Zo `doen' leiders en helden het volgens Pleij niet in de Nederlandse samenleving. "Je moet heel gewoon zijn. Den Uyl bezocht bijvoorbeeld een keer de Portugese president rechtstreeks vanaf de camping. En als Van den Hoogenband een medaille wint, vraagt een televisieploeg aan de conciërge van zijn vroegere school wat voor een jongen Pieter was. En die zegt dan natuurlijk: `een heel gewone jongen'." Aan het slot van zijn voordracht deed Pleij een oproep aan de aanwezigen. "Ik wens u veel eigen kleur en weinig regels toe. Maak anonieme burgers herkenbaar, heb aandacht voor de persoon."


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Dualisering
Dualisering is erg belangrijk als de gemeenten meer verantwoordelijkheid krijgen op het gebied van sociale zekerheid. De gemeenteraad moet dan immers, nog nadrukkelijker dan nu het geval is, oordelen over de lokale prestaties op dit gebied. Sommige gemeenten zijn al klaar voor deze werkwijze, anderen twijfelen daar nog over. Een deelnemer uit de gemeente Nuth is bang voor een paniek- reactie van de gemeenteraad als de economie verslechtert en de gemeente meer geld moet uitgeven aan uitkeringen. Een vertegenwoordiger van de gemeente Groningen vroeg zich af of de gemeenteraad wel over voldoende deskundigheid beschikt voor deze taak. Inspecteur-Generaal Kokhuis is optimistisch. "Ik heb vertrouwen in de kwaliteit van vertegenwoordigende organen. Bovendien zijn er straks overal lokale Rekenkamers actief. Die kunnen waarborgen dat de kwaliteit van de verslagen goed is."
Individueel of categoriaal?
Enkele deelnemers aan de bijeenkomsten braken een lans voor de categoriale aanvullende bijstand. Ze betoogden dat de uitvoeringskosten veel hoger zijn als gemeenten iedere gegadigde voor aanvullende bijstand individueel moeten 22 beoordelen. DG Van Leeuwen erkende dat dit het geval kan zijn. "Maar soms gaan politieke belangen voor uitvoeringsoverwegingen. Het Strategisch Akkoord vermeldt dat de rijksoverheid beschikt over het monopolie op het inkomens- beleid. Bovendien vergroten de categoriale regelingen de Armoedeval. Het kan toch ook niet de bedoeling zijn dat mensen er op toeleggen als ze vanuit een uitkering aan het werk gaan?!"
Staatssecretaris Rutte vulde aan dat categoriale regelingen voor 65+-ers overi- gens gewoon blijven bestaan. Langdurige minima kunnen bovendien aanspraak maken op een speciale voorziening. "Er lag al een voorstel op dit gebied. Ik was het echter niet eens met de termijn waarna mensen aanspraak kunnen maken op deze voorziening. Die was in het voorstel drie jaar. Maar is dat wel lang genoeg als je juist wilt voorkomen dat mensen niet meer toeleidbaar zijn naar de ar- beidsmarkt?" Het wordt dus naar alle waarschijnlijkheid vijf jaar. Verplicht aanbesteden?
Verschillende aanwezigen vroegen zich af of het verplicht aanbesteden bij reïntegratiebedrijven, zoals geregeld binnen de Wet SUWI, in de nieuwe situatie moet blijven bestaan. "Ik zie in het concept van de Wet Werk en Bijstand dat deze bepaling overeind blijft", aldus een deelnemer. "Maar als je individuele cliënten maatwerk wil bieden, heb je soms kleine instituten nodig. Die komen in de huidige situatie echter niet aan bod." Verschillende vertegenwoordigers van SZW vertelden tijdens de bijeenkomsten dat de bepaling voorlopig overeind blijft. Dit


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

gebeurt om de pas ontluikende reïntegratiesector de kans te geven om volwas- sen te worden. Wanneer dit doel is bereikt, zal de verplichte aanbesteding verdwijnen. Waar geen goed aanbod van reïntegratiebedrijven beschikbaar is, kunnen gemeenten nu overigens al een beroep doen op andere instanties.

23


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

BREED GEDRAGEN
"Ik kijk met gemengde gevoelens op deze dag terug. Ik ben tevreden over de workshop over reïntegratie. Ik kon daar goed mijn ei in kwijt. Gezien de bijval die ik kreeg, hebben andere gemeenten vergelijkbare ervaringen. De workshop over handhaving leverde weinig nieuwe inzichten op. Maar wij zijn in de praktijk al redelijk ver op dit gebied. De SIOD heeft bij ons bijvoorbeeld al een zaak in behandeling. Dus het voorstellen van deze organisatie was voor mij niet nodig.
24
Het kabinet is nu weliswaar demissionair, maar ik denk dat de richting van het beleid wat betreft gesubsidieerd werk wel grotendeels vastligt. Die wordt volgens mij breed gedragen in de politiek. Ik verwacht na de verkiezingen daarom geen radicale beleidsverandering. Toch weet je maar nooit als er straks een heel ander kabinet komt. Politiek is een beetje de waan van de dag. De Paarse kabinetten hadden ook volop ideeën. Die waren bij het opstellen van het Strategisch Akkoord in één keer ook voor een groot deel weg."
Tilly Berkenbosch, gemeente Sneek, bijeenkomst Zwolle


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

OPDRACHTEN VOOR HET NIEUWE KABINET
Omdat de gemeente-
bijeenkomsten plaatsvonden
met nieuwe verkiezingen in
zicht, luidde de slotvraag van
Wilschut iedere keer: "Wat wilt
u een toekomstig kabinet
meegeven?"
Een deelnemer namens de
gemeente Goes miste proces-
management bij de overgang
van `oud' naar `nieuw'.
"Het ministerie moet de
gemeenten begeleiden bij de
grootschalige veranderingen, er
moet monitoring plaatsvinden."
Een vertegenwoordiger van
25 dezelfde gemeente adviseerde
SZW eerst te praten met de
gemeenten voordat het ministe-
rie nieuwe plannen maakt. "Het
ministerie zou moeten kijken of
het nieuwe beleid ook past bij
de wensen van de gemeenten."
Een deelnemer uit Middelburg
haakte slim in op de opmerking
van staatssecretaris Rutte dat structuur niet leidend mag zijn. "Dan zou u toch moeten overwegen de structuur weer te veranderen als de samenwerking binnen SUWI niet van de grond komt."
Een aanwezige van de gemeente Niedorp maakte zich om een andere reden zorgen over de relatie tussen gemeenten en CWI's. "De gemeenten krijgen de regierol, maar ze hebben geen invloed op de prestaties van het CWI. Een volgend kabinet moet toch nog eens goed kijken wat het hieraan kan doen." Een verte- genwoordiger van de gemeente Haarlemmermeer was bang dat de Wet Werk en Bijstand toch weer erg beheersmatig zou worden. "Kijk meer naar de klant, we moeten samen proberen hem of haar weer aan het werk te krijgen." Een andere aanwezige riep op om de categoriale regelingen te laten bestaan. "Het gaat er ons gemeenten niet om dat we zelf inkomensbeleid willen voeren. We willen gewoon verzekeren dat mensen met weinig geld goed verzorgd zijn."


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

26


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Het middagprogramma
De lunch bood de deelnemers aan de gemeentebijeenkomsten de gelegenheid om de inwendige mens te versterken. Ze kregen bovendien alle kans om onderling bij te praten en te netwerken. De gemeenten konden tijdens het middagdeel twee workshops volgen uit een totaal- aanbod van vier. Deze gingen dieper in op een aantal onderwerpen die ook in het ochtendprogramma aan bod kwamen.
De workshops waren:
Naar een vrij besteedbaar reïntegratiebudget Handhaving: nieuwe prikkels, meer winst?
Van categoriaal ondersteuningsbeleid naar maatwerk Meer verantwoordelijkheden, minder regels
27


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

NAAMSBEKENDHEID VERGROTEN
"Ik was hier aanwezig met een duidelijk doel: de naamsbekendheid van de SIOD vergroten. Ik hield daarom een korte presentatie in de workshop over handhaving. We zijn zeker in onze opzet geslaagd. We hebben tijdens de drie bijeenkomsten heel wat gemeenten bereikt. Erg belangrijk, want de SIOD bestaat bij gratie van de meldingen uit `het veld'. De respons op de presentatie was wisselend. Sommige deelnemers gaven aan dat ze al weten wat de SIOD is. Voor anderen is de SIOD een ver-van- hun-bed-show. Bijstandsfraude komt bij hen niet voor, of ze willen misschien niet weten dat het gebeurt! Maar veel gemeenten waren ook blij met de informatie. In één zaak kon ik zelfs concrete adviezen geven." Bob Strang, Sociale Inlichtingen en Opsporingsdienst (SIOD), bijeenkomst Zwolle 28
NETWERK
Mark Aanraad: "Een interessante bijeenkomst, zeker wat het ochtenddeel betreft. Staatssecretaris Rutte hield een duidelijk, puntig verhaal. Tijdens de workshops had ik de indruk dat vooral de mensen van het ministerie zich konden voeden met informatie. Als gemeente haalde je er toch wat minder uit."
Antony Bok: "Dit soort bijeenkomsten zijn ook goed voor je netwerk. Je kunt met andere gemeenten in conclaaf over zaken als de bezuinigingen op de gesubsidieerde banen. Het blijkt wel dat iedereen er ongeveer hetzelfde over denkt. Het is sowieso nuttig om aanwezig te zijn. Want moeten we ons beleid nog doorzetten? Binnen welke kaders moeten we opereren? Deze bijeenkomsten helpen ons om antwoord te geven op die vragen."
Mark Aanraad en Antony Bok, gemeente Krimpen aan de IJssel, bijeenkomst Rotterdam


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

NAAR EEN VRIJ BESTEEDBAAR REÏNTEGRATIEBUDGET
De workshop `Naar een vrij besteedbaar reïntegratiebudget' ging op twee situaties in. Eerst gaf Brenda Gietema, hoofd van de afdeling Gesubsidieerde Arbeid van SZW, toelichting op het `overgangsjaar' 2003. Feite Hofman, project- leider `Naar een vrij besteedbaar reïntegratiebudget', behandelde vervolgens de situatie in 2004 en verder. Dan ontstaat met de Wet Werk en Bijstand structureel een nieuwe situatie op reïntegratiegebied. De deelnemers aan de workshop in Veldhoven worstelden nog met de nodige vragen over het aangekondigde beleid. Lastig jaar
Gietema noemde tijdens haar presentatie 2003 "een lastig jaar". Het leeuwendeel van de bezuiniging op het reïntegratiebudget vindt dan namelijk plaats. Tegelijker- tijd vertelde ze ook wat staatssecretaris Rutte onderneemt om het minder lastig te maken. Gietema gaf aan dat het totale aantal ID-banen van 53.500 eind 2002 zal afnemen naar 45.500 eind 2003. Voor de WIW vindt een vermindering plaats van 31.000 in 2002 naar 27.000 in 2003. Gietema wist verder te melden dat in 2003 1,25 miljard euro van het totale reïntegratiebudget `vastzit' in gesubsidi- 29 eerde banen. "En dat terwijl we honderdduizenden bijstandsgerechtigden te reïntegreren hebben. We moeten beweging in dat bestand krijgen." Ze gaf vervolgens aan hoe SZW de gemeenten wil helpen de bezuiniging op te vangen. Deregulering is hierbij een belangrijk middel. Zo is het ID-budget al vanaf 2003 vrij besteedbaar, krijgen de gemeenten meer mogelijkheden om te onder- handelen met werkgevers (onder andere over de hoogte van de subsidie, een dienstverband hoeft niet meer voor onbepaalde tijd te zijn, het verbod op detachering verdwijnt) en mogen gemeenten het Scholings en Activeringsbudget onder voorwaarden ook inzetten voor gesubsidieerd werk. Gietema verwees ook naar de afspraken die SZW heeft gemaakt met de sociale partners en de VNG (zie ook het kader op bladzijde 15). "We willen een aantal nuttige ID-banen met behulp van een stimuleringsregeling omzetten in reguliere banen. De overige ID-banen moeten veranderen in echte `opstapbanen'. Zo behouden we nuttig werk en bevorderen we de doorstroming naar reguliere banen." Dit kan in de vorm van duale trajecten. Hierin staan werken en leren centraal en draait de werkgever op voor een deel van de kosten. Landelijk zal het nodige gebeuren om gemeenten te ondersteunen bij de verande- ringen, maakte Gietema duidelijk. Ook informatie op het Gemeenteloket en een implementatieproject in opdracht van de VNG kunnen de gemeenten steun bieden. Zij gaf de tip aan gemeenten om na te gaan of zij de regionale arbeids- marktplatforms kunnen gebruiken als kanaal om afspraken met werkgevers te maken.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Agenda van de Toekomst
Een vertegenwoordiger van de gemeente Schijndel en Veghel wilde weten waarom het geld van de stimuleringsregeling niet wordt benut om ID- en WIW- banen te behouden. Gietema antwoordde dat staatssecretaris Rutte juist wil dat mensen in een gesubsidieerde baan doorstromen naar regulier werk. "Er zit te weinig beweging in. De stimuleringsregeling en de hiermee samenhan- gende maatregelen moeten hier verandering in brengen." De vragenstelster vond echter dat SZW de maatregelen beter twee jaar geleden had kunnen nemen. "Nu is de economische situatie slecht en zal het heel moeilijk worden deze mensen aan een reguliere baan te helpen."
Een deelnemer uit Breda wilde weten wat de nieuwe plannen betekenen voor de afspraken in de Agenda van de Toekomst. "Door de bezuinigingen zijn die nu moeilijk haalbaar." Gietema gaf aan dat over de gevolgen van het Strategisch Akkoord voor de Agenda van de Toekomst gesprekken plaatsvinden met de VNG. Een woordvoerder van een WIW-organisatie vroeg zich af in hoeverre er `deals' met werkgevers te maken zijn over het regulier maken of inlenen van gesubsidi- eerde banen. "Er zijn nog bestaande afspraken. Daar moeten we ons toch aan houden?" Gietema antwoordde dat gemeenten subsidiebeschikkingen kunnen 30 aanpassen, mits zorgvuldig en tijdig aangekondigd. "Sommige gemeenten zijn daar al volop mee bezig."
Meer vertrouwen
Feite Hofman legde in zijn presentatie de nadruk op de mogelijkheden die de Wet Werk en Bijstand de gemeenten gaat bieden op reïntegratiegebied. Het centrale idee achter de veranderingen is volgens hem dat het kabinet meer wil vertrou- wen op de gemeenten bij de uitvoering van de reïntegratie. "Maar wie bepaalt, betaalt. Dus de gemeenten worden ook verantwoordelijk voor de financiering van de bijstand."
Er vervallen heel wat bepalingen, regels en schotten met de komst van de nieuwe Wet Werk en Bijstand, liet Hofman op de beamer zien. Overblijft dat de gemeen- te voorzieningen biedt voor de `arbeidsinschakeling' van bijstandscliënten en niet- uitkeringsgerechtigden. Het rijk stelt geen eisen aan deze voorzieningen. Dus ook alle vormen van gesubsidieerde arbeid mogen. Gemeenten moeten het reïnte- gratiebudget nog wel zoveel mogelijk op de markt aanbesteden. Elke gemeente stelt regels rond de reïntegratievoorzieningen via een verordening. Deze moet waarborgen dat er een evenwichtige aanpak plaatsvindt voor de verschillende doelgroepen.
Met de komst van de Wet Werk en Bijstand is er straks één budget voor bijstand en één budget voor reïntegratie. De gemeenten mogen geld uit het bijstands- budget dan inzetten voor reïntegratie, andersom is niet toegestaan.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Een deelnemer constateerde terecht dat de maatregelen betekenen dat de gemeenten ook trajecten marktconform moeten uitvoeren waarvoor ze loonkostensubsidie of gesubsidieerde arbeid inzetten. Ze zullen deze dus op basis van meerdere offertes en een prijs-kwaliteitvergelijking moeten aanbesteden. Gemeenten staan daardoor voor het vraagstuk hoe zij hun uitvoerings- organisaties gaan positioneren.
Verschotting
Een deelnemer van de gemeente Breda wilde weten wat gebeurt met de reïnte- gratiegelden die de gemeenten niet opmaken. Gaan die terug naar Den Haag? Hofman vertelde dat het de bedoeling is om in de nieuwe wet een meeneem- regeling van waarschijnlijk 50% op te nemen. "Dat betekent dat de gemeenten maximaal de helft van hun voor dat jaar toegekende reïntegratiebudget mogen meenemen naar een volgend jaar."
Een vertegenwoordiger van
de gemeente Eindhoven vroeg
zich af waarom Den Haag in
de toekomst nog steeds komt
met doelen en aandachts- 31 punten voor moeilijk
bemiddelbare groepen. "Dit
verkleint de beleidsvrijheid
van gemeenten en veroor-
zaakt opnieuw verschotting."
Hofman legde uit dat de 100%
financiële verantwoordelijk-
heid gemeenten zou kunnen
uitnodigen om de bijstand
puur bedrijfsmatig uit te
voeren. Maar SZW wil
voorkomen dat de meest
kwetsbare groepen als gevolg
van een dergelijke benadering
in de kou komen te staan.
Anderen vroegen zich af
waarom het schot tussen het
budget voor bijstand en het
budget voor reïntegratie moet
blijven bestaan. Gemeenten


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

zijn toch 100% verantwoordelijk? "Als de Wet Werk en Bijstand meldt dat er een recht op reïntegratie bestaat, dan zullen we onze inspanningen op dit gebied toch al moeten verantwoorden aan de gemeenteraad." Hofman gaf aan dat de regering voor dit schot heeft gekozen om te zorgen dat gemeenten het reïntegratiebudget maximaal benutten voor reïntegratie. Gemeenten komen dan niet in de verleiding om dit geld in moeilijke tijden in te zetten voor bijstand. Een suggestie vanuit de gemeente Vaals om een premie te geven voor elke succesvolle reïntegratie- inspanning, wees Hofman van de hand. "Het nieuwe budgetteringssysteem levert al een premie op. Succesvolle reïntegratie betekent dat gemeenten minder uitkeringen hoeven uit te betalen. Dit geld mogen ze houden en inzetten voor andere bestemmingen."
De gemeente Breda wilde weten wanneer gemeenten het in de ogen van het rijk goed doen. "De afgelopen twaalf jaar is het aantal mensen in de bijstand bij ons meer dan gehalveerd. Een kwart hiervan is 55 jaar en ouder, die stromen binnen 10 jaar ook automatisch uit." Hofman zei dat het moeilijk is om nu al individuele gemeenten langs een maatlat leggen. In de toekomst zal het in ieder geval zo zijn dat een gemeente die relatief goed presteert zal overhouden op de financiering van de bijstand.
32
Mooie kans
De gemeente Den Bosch toonde zich aan het eind van de workshop uitgespro- ken enthousiast over de plannen. De ketendienstverlening werkt in de Brabantse hoofdstad al op volle toeren dankzij het project `work first'. "We zijn bij de poort al bezig met werk boven inkomen. Het nieuwe beleid vormt alleen maar een extra prikkel voor onze werkwijze: straks kunnen we ook het inkomensdeel van het budget inzetten voor reïntegratie. Dat biedt een mooie kans."


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

HANDHAVING: NIEUWE PRIKKELS, MEER WINST?
De workshops over handhaving kenden een wisselwerking tussen enkele presen- taties en de mogelijkheid voor deelnemers om vragen te stellen en ervaringen te delen. Zo ging het ook tijdens de laatste bijeenkomst in Zwolle.


---
Regels verdwijnen
De eerste spreker was Peter de Weerd, werkzaam bij de directie Bijstand en Gemeentelijk Activeringsbeleid van het ministerie van SZW. De Weerd is deel- projectleider op het gebied van handhaving voor de nieuwe Wet Werk en Bij- stand. Hij is dan ook de ideale persoon om uit te leggen wat er met de komst van de wet verandert op dit terrein. De Weerd vertelde dat de gemeenten straks 100% verantwoordelijk zijn voor de handhaving. Het geld dat ze hiermee verdie- nen, mogen ze zelf houden. Tegelijk verdwijnen met ingang van 1 januari 2004 een aantal regels op het gebied van handhaving. De Weerd noemde onder andere de RAU, de regeling voor heronderzoeken. "Gemeenten mogen voortaan zelf bepalen wanneer en hoe ze mensen willen controleren." Het boetesysteem is een ander onderdeel dat verdwijnt.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Dit laatste veroorzaakte bezorgde reacties bij enkele deelnemers aan de work- shop. "Wat kunnen we nog beginnen tegen uitkeringsfraude als er geen boetes meer zijn?", vroeg een vertegenwoordiger van Uitvoering Werknemers- verzekeringen (UWV) zich af. "Het OM geeft ook vaak niet thuis." De Weerd maakte duidelijk dat er, ondanks het verdwijnen van de boetes, nog genoeg sancties mogelijk zijn. "Een gemeente kan bijvoorbeeld de uitkering verlagen. Jullie moeten dergelijke maatregelen overigens wel vastleggen in een verordening." Het argument dat het niet rendabel is om een `kale kip' te plukken, wuifde De Weerd eveneens weg. "Handhaving heeft ook een preventieve werking. Als een gemeente optreedt, kan dit toekomstige uitkeringsfraude verminderen en zo alsnog geld opleveren." Sommige deelnemers waren bang dat de verplichting om een verordening op te stellen lokaal alleen maar tot meer regels leidt. "Omdat de gemeenten 100% financieel verantwoordelijk zijn, heeft de gemeente- raad pijn van uitkeringsfraude. De raad zal er alles aan willen doen om fraude te voorkomen."
`Geheim van de spreekkamer'
Het project `Hoogwaardig handhaven' loopt al enige tijd om de gemeenten te 34 helpen om de handhaving effectiever aan te pakken. Een aantal `kipgemeenten' en `latgemeenten' experimenteren binnen dit project met intelligente handhavings- methoden. Het is de bedoeling dat de andere gemeenten gaan profiteren van hun ervaringen.
Een van de `kipgemeenten' is Hilversum. Dick van Maanen, hoofd Sociale Zaken van de gemeente, legde uit dat het in de sociale zekerheid gaat om het `geheim van de spreekkamer'. Van 24 signalen van consulenten over mogelijke fraude, leidde er vroeger echter maar één tot actie. In het kader van `Hoogwaardig handhaven' is hier inmiddels verandering in gekomen. Een speciale werkgroep handhaving binnen de gemeente bemoeit zich met alle andere werkgroepen op het gebied van sociale zekerheid. Er gebeurt het nodige aan preventie. Klanten worden namelijk beter geïnformeerd over de regels waaraan ze zich moeten houden als ze een uitkering ontvangen. Medewerkers zijn getraind in het beter doorvragen om fraude te ontdekken. Er is sinds kort een frauderegistratie- systeem, waarin ze deze signalen kwijt kunnen. Dat leidde in één maand tijd al tot 20 signalen. Consulenten werken zelf mee aan het uitzoeken van deze `verdenkin- gen'. Als er een redelijk vermoeden is van fraude, neemt een speciaal fraude- preventieteam het over. De eerste resultaten zijn veelbelovend. Medewerkers, politiek én cliëntenraad reageerden bovendien positief. Hilversum maakt ook gebruik van risicoprofielen bij de handhaving. Onderzoek onder medewerkers wees uit dat bij mensen met een onduidelijke woonsituatie (onder andere onderhuurders) fraude vermoedelijk vaker voorkomt. Actie tegen deze groep had resultaat. Een aantal mensen ontvangt inmiddels geen uitkering


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

meer, de instroom is teruggelopen. Een aanwezige merkte op dat 80% van de risicogroepen voor fraude landelijk overeenkomt. "De overige 20% is lokaal bepaald. We moeten het echter wel objectief houden, niet uitgaan van onderbuik- gevoelens. Het probleem is dat de gemeenten over weinig opsporingsgegevens beschikken."
Samenwerking
Hans van Leeuwen van het Bureau Opsporingsbeleid van SZW gaf vervolgens informatie over samenwerking op het gebied van handhaving. Hij ging eerst in op de intergemeentelijke samenwerking. "Onderzoek van Stimulansz heeft aange- toond dat opsporingseenheden van 5 tot 10 fte's aan sociale rechercheurs het beste functioneren. Voor de meeste gemeenten is zo'n team alleen haalbaar in samenwerking met buurgemeenten. Er is een stimuleringsregeling van SZW voor gemeenten die een dergelijke samenwerking opstarten." Er bestaat daarnaast ook interdisciplinaire samenwerking op het gebied van handhaving. Binnen Regionale Interdisciplinaire Fraudeteams (RIF's) werken onder andere de Arbeidsinspectie, de Belastingdienst, de UWV, de Sociale Verzekerings- bank en gemeenten samen. Het is de bedoeling in de toekomst te komen tot een landelijk dekkend netwerk van RIF's, met centrale aansturing door een stuur- 35 groep. "Maar hoe kunnen we gemeenten vertegenwoordigen in deze stuur- groep?", vroeg van Leeuwen zich af. Divosa lijkt veel deelnemers hiervoor de geschikte organisatie: temeer omdat de andere partners binnen de RIF's ook op uitvoerend niveau aanwezig zijn in de stuurgroep. Enkele gemeenten vonden het vreemd dat ze 100% verantwoordelijk zijn voor handhaving, maar dan toch moeten meedoen aan de plannen van een landelijke stuurgroep. Van Leeuwen legde uit dat niets moet, maar veel kan. "Bovendien vormen de RIF's een handige structuur om partners te zoeken voor de eigen handhavingsplannen." Nuttige partner
Het laatste woord was aan Bob Strang van de Sociale Inlichtingen- en Opspo- ringsdienst (SIOD). De SIOD is sinds 1 januari 2002 actief op het hele werk- terrein van het ministerie van SZW. Het is een nuttige partner voor sociale rechercheurs omdat de SIOD beschikt over meer bevoegdheden, middelen en informatiebronnen. Een onderzoek van de SIOD resulteert in het geval van geconstateerde fraude in een verbaal naar het Openbaar Ministerie. Daarnaast stelt de SIOD een beleidsdocument op dat moet helpen om de wet- en regel- geving in de toekomst te verbeteren. Tenslotte komt er een informatiedocument met behulp waarvan de SIOD criminaliteitsbeelden kan maken. "We kunnen zo in de toekomst fraude `voorspellen'. Dit maakt preventie mogelijk in plaats van repressie." Strang riep sociale rechercheurs op niet te aarzelen om de SIOD in te schakelen. Het algemene telefoonnummer is (070) 349 33 33.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

RELATIVEREN
"Ik ben van deze bijeenkomst wel wat wijzer geworden, hoewel de meeste informatie ook wel in de circulaires staat. Ik vind het vooral nuttig om andere gemeenten te ontmoeten, om te kijken wat daar leeft. Ik proef een behoorlijke scepsis. Veel gemeenten zien de maatregelen toch als een verkapte bezuinigingsoperatie.
Waar ik zelf ook moeite mee heb, is de snelheid waarmee steeds weer 36
nieuw beleid wordt uitgestort over de gemeenten. We hebben net SUWI en casemanagement ingevoerd, komt dit er weer overheen. Ik ben ook geen voorstander van deregulering. Ik ben bang dat je grote verschillen krijgt tussen gemeenten als je hen 100% verantwoordelijk maakt. Dat is ook bij de WVG gebeurd en ik vind dat onwenselijk. Bovendien, de arbeidsmarkt is nu slecht. Dus kun je als gemeente niet veel bereiken met goedbedoelde begeleiding. De zegeningen van die grotere eigen verantwoordelijkheid moet je daarom naar mijn mening sterk relativeren." Willem Bouman, wethouder gemeente Doesburg, bijeenkomst Zwolle


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

VAN CATEGORIAAL ONDERSTEUNINGSBELEID NAAR MAATWERK Het besluit uit het Strategisch Akkoord om de categoriale aanvullende bijstand af te schaffen leidde tot veel vragen, zo bleek tijdens de gemeentebijeenkomsten. Dit was in Veldhoven niet anders dan elders. Fer Nieuweboer en Frans Janssen van de SZW-directie Bijstand en Gemeentelijk Activeringsbeleid deden hun best om de gemeenten te informeren over de achtergronden van deze maatregel. Maar ook de deelnemers lieten zich niet onbetuigd.

37

Individueel maatwerk
Janssen vertelde dat uit de Monitor Gemeentelijk Armoedebeleid 1999/2000 bleek dat gemeenten steeds meer categoriale aanvullende bijstand uitkeren. De uitgaven voor individuele aanvullende bijstand lopen terug. Het Strategisch Akkoord stelt echter dat het algemeen, generiek inkomensbeleid is voorbehou- den aan het rijk. CDA, VVD en LPF willen verder de Armoedeval beperken. Vandaar het besluit om de categoriale regelingen af te schaffen. Individueel maatwerk is voortaan weer duidelijk het uitgangspunt. Voor langdurige minima zonder arbeidsmarktperspectief komt er een aanvullende inkomensonder- steuning. Het is de bedoeling dat zij hier na vijf jaar in de bijstand aanspraak op kunnen maken.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Deze redenering leidde tot veel onbegrip onder de gemeenten. Individuele bijzondere bijstand kunnen gemeenten slechts verstrekken op declaratiebasis: elke cliënt moet bonnetjes overleggen. Bij de categoriale regeling moeten kosten `aannemelijk zijn'. Dit maakt het mogelijk om een vast bedrag uit te keren voor speciale kosten van een complete groep. "Hoe rijmt u dit nu met de leus `meer verantwoordelijkheden, minder regels'?", vroeg een deelnemer uit Boxtel. "Als we ieder geval apart moeten beoordelen, neemt de administratieve lastendruk enorm toe. Dat kost ons geld en dat gaat ten koste van het budget voor uitkeringsgerechtigden." "Bovendien tast het besluit de zelfstandigheid van gemeenten aan", vond een andere deelnemer. "Terwijl het rijk in andere zaken juist meer invloed aan de gemeenten laat."
Reële kosten
Een vertegenwoordiger van de gemeente Uden bagatelliseerde de rol van de Armoedeval. "Het vorige, sterk linkse college vond dat de Armoedeval erg was, maar armoede nog erger. Er waren dan ook veel mogelijkheden om een beroep te doen op categoriale bijstand. Bovendien, als mensen aan het werk gaan, kunnen ze nog doorgroeien. Dan verdienen ze al snel meer dan met een uitkering. Met 38 het nieuwe beleid lost SZW de Armoedeval op ten koste van de minima." Bovendien, betoogde een andere aanwezige, dragen gemeenten straks zelf de financiële risico's als de uitstroom uit de bijstand te gering is. De aanwezigen onderschreven wel de mening dat het inkomensbeleid bij de rijksoverheid thuishoort. Alleen gaat het volgens hen bij de categoriale regelingen niet om beleid, maar om het vergoeden van reële kosten. Janssen gaf aan dat het nog altijd mogelijk blijft om reële kosten te vergoeden. Alleen zullen de gemeen- ten dit dan moeten doen in de vorm van individuele bijzondere bijstand. Nieuwe- boer vertelde dat de rijksoverheid door het afschaffen van de categoriale bijzon- dere bijstand ook de verschillen tussen gemeenten wil verkleinen. Bakken geld
Een ander punt van discussie was de speciale regeling voor langdurige minima zonder arbeidsmarktperspectief. Een aantal deelnemers vond de grens van vijf jaar te hoog. Zij willen dat mensen na twee of uiterlijk drie jaar aanspraak kunnen maken op dit `extraatje'. "De problemen beginnen als mensen twee jaar in de bijstand zitten: zeker als ze kinderen hebben. Ze worden onverschilliger, de schulden nemen toe. Het kost bakken geld als je ze hier uit moet trekken." Janssen wees erop dat drie jaar wellicht te kort is met het oog op de Armoede- val. "Deze wordt immers groter door aanvullende inkomensondersteuning en kan daardoor werkaanvaarding belemmeren." Maar volgens de gemeenten willen veel cliënten liever werken dan een uitkering ontvangen.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Uitermate serieus
De deelnemers hadden aan het eind van de workshop nog een aantal verzoeken richting het ministerie van SZW. Ze vonden dat `Den Haag' nu nog te veel allerlei plannen over de gemeenten uitstort. Het is volgens hen beter om de modellen eerst in de praktijk te toetsen. Nieuweboer wees erop dat de gemeenten via uitvoeringspanels en de VNG mee kunnen denken over het beleid. Ook recht- streekse suggesties aan het ministerie zijn welkom. "We nemen u uitermate serieus. Voedt ons vooral. We zullen dan, binnen de politieke realiteit waarin wij opereren, kijken wat we hiermee kunnen doen."

39


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

TEGENBEWEGING
"Het was een heel informatieve dag. Je krijgt een hoop uitleg over het nieuwe beleid. Het interactieve aspect vond ik wat minder verzorgd. Natuurlijk, je kunt als gemeente je mening wel geven, maar de mensen van het ministerie benaderen de onderwerpen wel erg theoretisch. Ik heb niet de indruk dat je hen echt bereikt met de gevolgen voor de werkvloer. Misschien kan het ministerie in een eerder stadium de ideeën bekend maken. Dan kunnen de beleidsmakers nog echt iets doen met de respons van de gemeenten. De uiteindelijke beslissing ligt natuurlijk wel bij het ministerie. Daar wil ik zeker niet aan tornen. En, eerlijk is eerlijk, een interactieve bijeenkomst met gemeenten houden, is niet gemakkelijk. Want elke gemeente heeft ook zo haar eigen wensen. Deregulering klinkt de meeste gemeenten als muziek in de oren. Maar we hebben uit het verleden wel de angst overgehouden dat er straks een tegenbeweging komt waardoor we toch weer meer verantwoording moeten afleggen. Ik denk dat bezuinigingen het startpunt van deze maat- regel waren. Met zaken als deregulering zijn ze mooi aangekleed. Ik maak 40 me tenslotte zorgen over de `harde kern' in de ID- en WIW-banen: mensen met een meervoudige problematiek, bijvoorbeeld verslaving, schulden en psychische problemen. Vooral voor hen is het erg als gesubsidieerd werk verdwijnt. Want bedrijven staan ook niet te springen om in deze mensen te investeren."
G.J. Singel, gemeente Voorst, bijeenkomst Veldhoven NUTTIGE BIJEENKOMST
"Ik was in Veldhoven aanwezig om te horen hoe gemeenten tegen het nieuwe beleid van SZW aankijken. Ik was ook benieuwd hoe we als ministerie het beleid verkopen. Het verbaasde mij niet dat de gemeenten niet erg enthousiast waren over de aangekondigde bezuinigingen. Op de deregulering reageerde men wisselend. Heel goed om de visies van de gemeenten te horen.
Ik vond het zonder meer een nuttige bijeenkomst. Ik merkte wel dat de gemeenten nog veel behoefte hadden aan uitleg over wat er gaat gebeuren. Aan het uitwisselen van ervaringen kwamen we zo helaas wat minder toe." Teun Eikelboom, directie Arbeidsmarktbeleid Bijzondere Groepen, bijeenkomst Veldhoven


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

MEER VERANTWOORDELIJKHEDEN, MINDER REGELS
Wie in Rotterdam deelnam aan
de workshop `meer verant-
woordelijkheden, minder regels'
trof een driekoppig panel van
SZW'ers aan. Dit bestond uit
Ingrid Hoogstrate (projectleider
SIGIS), Jan van den Bos (plaats-
vervangend Inspecteur-Generaal
Werk en Inkomen) en Wim
Meijerink (afdelingshoofd bij de
directie Bijstand en Gemeente-
lijk Activeringsbeleid). Gespreks-
leider Hans Hutten coör-
dineerde vaardig de discussie
tussen het panel en de mensen
in de zaal.
41 Nieuwe regels
Gemeenten vroegen zelf in het
verleden om minder regels en
meer verantwoordelijkheden.
Wat gaan ze doen nu het zover
is, vroeg gespreksleider Hutten
zich af. "Misschien wel zelf veel
nieuwe regels bedenken", gaf
een aanwezige namens de gemeente Amsterdam aan. "De gemeenteraad heeft wellicht behoefte aan duidelijke criteria en informatie op het gebied van sociale zekerheid. Alleen dan kan de gemeente de grotere eigen verantwoordelijkheid goed invullen. Ik vind het als burger overigens vreemd als er verschillen in beleid ontstaan tussen gemeenten. Dit kan gebeuren als gevolg van deze maatregelen. Het is naar mijn mening niet goed voor de rechtszekerheid." Anderen beaamden dat. "Ik krijg problemen aan de balie als wij strenger zijn dan buurgemeenten", aldus een deelnemer van de gemeente Maarn.
Wim Meijerink liet in een reactie weten te schrikken van de constatering dat er misschien meer regels komen op lokaal niveau. Dat er verschillen ontstaan tussen gemeenten is een risico van het nieuwe systeem. "Maar dat risico is tegelijkertijd ook een kans. Gemeenten hebben er straks profijt van als zij bovengemiddeld presteren." Hier komt bij dat iedereen in de toekomst nog steeds dezelfde normbijstand krijgt: het maakt daarbij niet uit in welke gemeente de cliënt woont.


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

Handhaving
Handhaving is straks ook vooral een verantwoordelijkheid van de gemeenten. Dreigt dan niet het gevaar dat sommige gemeenten de handhaving links laten liggen, vroeg een deelnemer zich af. Volgens Van den Bos snijdt zo'n gemeente zichzelf in de vingers. "Het budget dat gemeenten vanaf 2004 krijgen voor het uitvoeren van de bijstand gaat uit van een strenge handhaving. Doen gemeenten hier te weinig aan en is er veel fraude, dan krijgen zij al snel te maken met een tekort op dit budget. Dit verschil moeten ze zelf bijpassen. Een beroep op de hardheidsclausule gaat immers niet op als de gemeente zelf te weinig heeft gedaan om binnen de grenzen van het budget te blijven." SIGIS
Wie minder regels zegt, denkt aan SIGIS. Dit project loopt nu ruim een jaar met als doel het beperken van de informatiestromen tussen gemeenten en het ministerie van SZW. In één keer alle benodigde informatie opvragen en niet steeds verzoeken om gegevens die SZW al in bezit heeft, zijn uitgangspunten van SIGIS. Ingrid Hoogstrate legde uit dat er voor 2003 geen grote veranderingen op de rol staan wat betreft de informatievoorziening. SIGIS wil de grote slag maken 42 op 1 januari 2004, als de nieuwe Wet Werk en Bijstand in werking treedt. "Het is niet handig om nu al allerlei maatregelen te treffen terwijl er zulke ingrijpende veranderingen aankomen."
Toezicht
Minder regels leiden tot minder toezicht door het ministerie, betoogde Jan van den Bos nogmaals. Als de gemeente een goede verantwoording richting gemeen- teraad stuurt, kan het ministerie daar gebruik van maken. De Inspectie Werk en Inkomen (IWI) hoeft dan weinig tot geen eigen onderzoek meer te doen. Uiter- aard blijft toezicht noodzakelijk, aldus Van den Bos. De IWI blijft dan ook kijken naar de rechtmatigheid van de uitvoering en de doeltreffendheid van het systeem. Jaar uitstel
De gemeenten pleitten voor een zorgvuldige implementatie van de veranderingen op het gebied van Werk en Inkomen. Ze vinden 1 januari 2004 als datum waarop de Wet Werk en Bijstand in werking moet treden dan ook te kort dag. De gemeenten wezen op de ingrijpende veranderingen die op gemeentelijk niveau moeten plaatsvinden om de grotere eigen verantwoordelijkheid te kunnen dragen. Het is erg moeilijk om hier nu al mee aan de slag te gaan terwijl nog niet duidelijk is welke regels in de toekomst wel en welke niet meer zullen gelden. Ook leefde de vraag of de gemeente uit het vrij besteedbaar reïntegratiebudget extra fte's mag bekostigen voor de reïntegratie van bijstandscliënten. De lokale


Interactieve bijeenkomsten voor gemeenten

politiek moet er bovendien eerst haar zegje over kunnen doen, betoogde een deelnemer namens de gemeente Schiedam. Omdat de behandeling van Wet Werk en Bijstand pas in de nieuwgekozen Tweede Kamer kan plaatsvinden, is de plan- ning erg krap.
Een vertegenwoordiger van Stimulansz vroeg aandacht voor een ander probleem: bij veel gemeenten heerst nog het oude bijstandsdenken. Er is een grote cultuur- omslag nodig om hen klaar te maken voor de nieuwe werkwijze. De deelnemer betoogde daarom om de nieuwe wet op 1 januari 2005 te laten ingaan. Gemeen- ten kunnen tijdens het extra overgangsjaar aan de slag met een implementatie- traject om hun organisaties klaar te stomen. Tegelijk kunnen ze werken aan een beter functionerend duaal bestel.
Meijerink wees erop dat SZW vooralsnog 1 januari 2004 als implementatiedatum in het vizier houdt. Hij illustreerde dat zeker al vanaf 1996, met de introductie van de nieuwe Algemene bijstandswet (nAbw), een andere koers is ingezet. Deze wet legde al veel nadruk op activering van cliënten en bestrijding van fraude. Ook volgens SUWI is het de bedoeling dat je eerst door een haag van vacatures heen moet voordat je aan een uitkering toekomt: eerst werk, dan eventueel bijstand. Het oude bijstandsdenken staat dus al een tijdje onder druk. De invoering van SUWI zien sommige gemeenten als een voorbeeld hoe het niet 43 moet. "Dit geschiedde in de vorm van een `big bang' op 1 januari 2002", vertelde een Groningse deelnemer. "We pleiten bij de Wet Werk en Bijstand voor een overgangsperiode om alles goed werkend te krijgen. Als hier ruimte voor is, dan vinden wij een jaar uitstel in principe niet nodig. Wij willen onder voorwaarden zelfs wel als proeftuin fungeren en andere gemeenten laten profiteren van de ervaringen die we opdoen met de nieuwe wijze van werken."