De Vlaamse regering heeft het politiek akkoord over de Vlaamse Zorgverzekering, dat was bereikt in het kader van de begrotingsbesprekingen 2003, nu officieel bekrachtigd.
Dit betekent dat de toekomst van de Zorgverzekering veilig is gesteld. Er komt een uitbreiding van het aantal personen die in aanmerking komen voor de Zorgverzekering en er is een akkoord over het budgettair plaatje.
Wie chronisch ziek is of veel zorg nodig heeft, kan via
de Vlaamse Zorgverzekering niet-medische kosten
(gedeeltelijk) terugbetaald krijgen. Zoals bijvoorbeeld
poetshulp.
De Zorgverzekering is een solidair systeem en is
gebaseerd op het principe 'sparen voor later'. Iedere
Vlaming boven de 25 jaar draagt zijn steentje bij via een
jaarlijkse persoonlijke bijdrage (via een zorgkas). De
overheid legt ook ieder jaar 100 miljoen euro aan de
kant.
De Vlaamse Zorgverzekering werd effectief opgestart op 1
oktober 2001 en is sindsdien een groot succes. Er zijn
meer aansluitingen dan verwacht, maar ook het aantal
aangevraagde premies viel hoger uit dan was berekend.
Om de Vlaamse Zorgverzekering op termijn alle levenskansen te geven die ze verdient, was een bijsturing nodig. Het is logisch dat een totaal nieuw systeem voortdurende evaluatie en bijsturing nodig heeft. Bovendien moesten er nog afspraken gemaakt worden over de verdere uitbouw en financiering voor de jaren 2003 en 2004. Iedereen is het erover eens dat het maatschappelijk draagvlak van de Zorgverzekering moet worden uitgebreid.
De Vlaamse regering heeft daarom de volgende beslissingen
genomen:
Uit de algemene middelen van 2002 wordt 25 miljoen euro
extra overgeheveld naar het reservefonds van de
Zorgverzekering. Ook in 2003 (27,3 miljoen euro) en 2004
(12 miljoen euro) wordt er geld vrijgemaakt uit de
algemene middelen om te reserveren voor later. De Vlaamse
regering spaart dus extra voor later.
Ook aan de burger wordt gevraagd om wat extra te sparen
voor later. De jaarlijkse individuele bijdrage wordt
vanaf 1 januari 2003 verhoogd van 10 euro naar 25 euro.
Behalve voor leefloners en zogeheten WIGW's, waarvoor de
bijdrage op 10 euro blijft. Ongeveer 500.000 Vlamingen
blijven dus slechts tien euro betalen. Dit betekent dat
de Vlaamse overheid rekening houdt met de inkomens, zoals
eerder aangekondigd.
Het premiestelsel wordt vereenvoudigd en er komt minder
papierwerk bij kijken. Bovendien wordt, onder meer op
vraag van Europa, de keuzevrijheid verhoogd. De drie
bestaande systemen in de thuiszorg waaruit men een keuze
moest maken - professionele thuiszorg, mantelzorg en
cumul van beide voorgaande - worden vervangen door één
forfaitair bedrag van 90 euro per maand of 1080 euro per
jaar dat vrij besteed kan worden aan mantelzorg en/of
professionele zorg. Dus moeten er geen facturen meer
worden ingediend. Deze regeling gaat in vanaf 1 januari
2003.
De Zorgverzekering wordt gradueel uitgebreid naar alle
bewoners van een residentiële voorziening
(rusthuis/psychiatrische instelling). Dit betekent dat er
voor de totale Zorgverzekering nu (eind september 2002)
64.902 personen in het systeem zitten; in 2003 zal dit
108.308 worden en in 2004 zullen er dat 132.974 zijn.
Een verdubbeling op 2 jaar dus.
De discriminatie die onstond tussen de verschillende
soorten 'bedden' - type C en B wel in aanmerking, A en O
niet - wordt hiermee opgeheven. Vanaf 1 oktober 2002 zijn
de bewoners met een C-attest er bij gekomen (30.000),
vanaf 1 april 2003 komen de bewoners met een B-attest
erbij (13.000) en vanaf 1 april 2004 de personen met een
A (13.000) en O attest (9.500). De premie wordt vanaf 1
oktober 2002 voor alle bewoners van een residentiële
voorziening vastgelegd op 125 euro per maand of 1500 euro
per jaar.
De Vlaamse regering is van oordeel dat met deze reeks
beslissingen de toekomst van de Vlaamse Zorgverzekering
verzekerd is. Het is en blijft een ideaal instrument om
op Vlaams niveau een sociaal stelsel op te bouwen. Sparen
voor later is in het licht van de vergrijzing een moedige
politieke beslissing. Wie binnen enkele jaren plots veel
zorg nodig heeft, zal zich gelukkig prijzen dat de
Vlaamse regering de Zorgverzekering heeft veilig gesteld.
Brussel
De Vlaamse regering heeft ook beslist om zogeheten
bicommunautaire (tweetalige) voorzieningen in Brussel toe
te laten tot het systeem van de Zorgverzekering. Dit zal
toelaten dat de Zorgverzekering ook in Brussel een succes
kan worden. De zorgbehoevende Vlaamse Brusselaar moet wel
in het Nederlands behandeld worden.
De Vlaamse regering heeft de Raad van State om
spoedadvies gevraagd - binnen de drie dagen - nadat ze
reeds voor de zomer een gewoon advies had aangevraagd.
Het is algemeen geweten dat er weinig Vlaamse voorzieningen zijn in Brussel, waardoor de uitvoering van de Zorgverzekering in de hoofdstad bemoeilijkt werd.
Daarom is er nu een nieuw besluit van de Vlaamse regering
dat toelaat dat de bicommunautaire voorzieningen, die
erkend zijn door de Gemeenschappelijke
Gemeenschapscommissie (GGC), overeenkomsten kunnen
afsluiten met het Vlaams zorgfonds. Net zoals andere
Vlaamse erkende voorzieningen.
De budgettaire kost van de gelijkstelling wordt voor het
jaar 2003 geraamd op 2,2 miljoen euro.
info : Sylvie Fabré, woordvoerster van
minister Vogels - tel. (02) 553 24 11
e-mail: persdienst.vogels@vlaanderen.be
---