Arbeidsongeschiktheid wegens ziekte of ongeval
Nieuwe regeling inzake verwittiging van de werkgever, de controle van de
arbeidsongeschiktheid en de tussenkomst van een scheidsrechter in geval van
een medisch geschil
Inleiding
Arbeidsongeschiktheid wegens ziekte of ongeval
De verwittiging van de arbeidsongeschiktheid
De controle van de arbeidsongeschiktheid
De procedure in geval van betwisting
Inleiding
Artikel 31 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de
arbeidsovereenkomsten, dat de schorsing van de uitvoering van de
arbeidsovereenkomst wegens ziekte of ongeval regelt, met inbegrip van
de verwittiging van de werkgever, de controle van de werkgever op de
afwezigheid van zijn werknemer en de regeling van het medisch geschil
dat eventueel na controle zou ontstaan, is gewijzigd geworden door de
wet van 13 juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde. De nodige
uitvoeringsbesluiten zijn genomen en de lijst van
geneesheren-scheidsrechter is verschenen in het Belgisch
Staatsblad van 5 september 2002, zodat de wijzigingen aan artikel 31
nu in werking kunnen treden (Koninklijk besluit van 20 september 2002
tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van sommige
artikelen van de wet van 13 juni 1999 betreffende de
controlegeneeskunde - Belgisch Staatsblad van 3 oktober 2002).
Hierna volgt een overzicht van de nieuwe regeling, die vanaf 1
december 2002 van toepassing is.
Arbeidsongeschiktheid wegens ziekte of ongeval
De verwittiging van de arbeidsongeschiktheid
De onmogelijkheid voor de werknemer om zijn werk te verrichten ten
gevolge van ziekte of ongeval schorst de uitvoering van de
arbeidsovereenkomst (artikel 31, §1 van de wet van 3 juli 1978
betreffende de arbeidsovereenkomsten).
De werknemer is verplicht zijn werkgever onmiddellijk op de hoogte te
brengen van zijn arbeidsongeschiktheid. Net zoals vroeger legt de
werknemer in geval van ziekte of ongeval een geneeskundig
getuigschrift voor aan zijn werkgever wanneer een collectieve
arbeidsovereenkomst of het arbeidsreglement dit voorschrijft of
wanneer de werkgever erom vraagt.
Nieuw is dat de wet nu zelf stelt dat het geneeskundig getuigschrift
niet alleen melding moet maken van de arbeidsongeschiktheid, maar ook
van de waarschijnlijke duur van de arbeidsongeschiktheid en of de
werknemer zich met het oog op de controle al dan niet naar een andere
plaats mag begeven.
Net zoals vroeger zal de werknemer het geneeskundig getuigschrift
moeten opsturen naar de werkgever of het op de onderneming moeten
afgeven binnen twee werkdagen (tenzij een andere termijn bij
collectieve arbeidsovereenkomst of door het arbeidsreglement is
bepaald) vanaf de dag van de ongeschiktheid of de dag van de ontvangst
van het verzoek om een geneeskundig getuigschrift te overhandigen.
Enkel overmacht kan de werknemer van deze verplichting ontslaan.
De controle van de arbeidsongeschiktheid
De werkgever mag, net zoals vroeger, niet weigeren een door de
werkgever gemachtigd en betaald geneesheer te ontvangen, noch zich
door deze te laten onderzoeken.
Nieuw is dat deze geneesheer moet voldoen aan de bepalingen van de wet
van 13 juni 1999 betreffende de controlegeneeskunde. Dit betekent dat
voortaan de controle maar kan worden verricht door een arts die
gerechtigd is om de geneeskunde uit te oefenen en die vijf jaar
ervaring heeft als huisarts of een daarmee vergelijkbare praktijk. Bij
elke opdracht moet de controlearts een verklaring van
onafhankelijkheid ondertekenen die dient als garantie dat de
controlearts volledig onafhankelijk is ten opzichte van de betrokken
werkgever en werknemer waarbij hij de controlegeneeskunde uitoefent.
De controle kan niet worden uitgeoefend door de
preventie-adviseur-arbeidsgeneesheer van de onderneming.
Een controle die niet wordt uitgevoerd overeenkomstig de wet zal niet
als een geldige controle kunnen worden beschouwd en zal dan ook geen
gevolgen hebben.
Indien er een geneeskundig getuigschrift werd afgeleverd, zal hierop
reeds vermeld staan of met het oog op de controle de werknemer zich al
dan niet naar een andere plaats mag begeven, hetgeen de organisatie
van de controle mogelijk maakt. Eventuele reiskosten vallen ten laste
van de werkgever.
In tegenstelling met vroeger wordt de opdracht van de controlearts
voortaan nauwkeuriger omschreven. De controlearts gaat na of de
werknemer werkelijk arbeidsongeschikt is, verifieert de
waarschijnlijke duur van de arbeidsongeschiktheid en , in voorkomend
geval, de andere medische gegevens (zoals de vermelding ziekte,
ongeval, arbeidsongeval, beroepsziekte ...) die bijvoorbeeld van
belang zijn voor de betaling van het gewaarborgd loon.
Alle andere medische vaststellingen blijven zoals vroeger onder het
beroepsgeheim en een controle gedaan met miskenning van het
beroepsgeheim is zoals vroeger nietig.
De controlearts overhandigt zo spoedig mogelijk zijn bevindingen
schriftelijk aan de werknemer. De bevindingen van de controlearts
moeten dus niet dadelijk op het ogenblik zelf van het medisch
onderzoek naar aanleiding van de controle worden geformuleerd. De term
"zo spoedig mogelijk" laat onder meer toe dat er contact wordt genomen
met bijvoorbeeld de behandelend geneesheer of dat er bijkomende
onderzoeken worden uitgevoerd mocht dit nodig zijn om de echtheid van
de arbeidsongeschiktheid te kunnen vaststellen.
De eigenlijke vaststelling van de controlearts wordt dan schriftelijk
aan de werknemer overhandigd. Zo kan de werknemer zijn conclusies
trekken uit de bevindingen van de controlearts en kan hij desgevallend
de nodige schikkingen (contact met zijn geneesheer ...) nemen om in
beroep te gaan.
De nieuwe bepaling regelt eveneens het lot van het gewaarborgd loon.
Vanaf de datum van het eerste controleonderzoek waartoe de werknemer
werd uitgenodigd of de datum van het eerste huisbezoek van de
controlearts kan aan de werknemer het recht worden ontzegd op het
gewaarborgd loon, met uitzondering van de periode van
arbeidsongeschiktheid waarover er geen betwisting is gerezen.
De procedure in geval van betwisting
De nieuwe wet regelt eveneens hoe een geschil tussen het advies van
een controlearts en de werknemer (en diegene die het geneeskundig
getuigschrift heeft afgeleverd) wordt beslecht.
Er zijn twee mogelijke oplossingen; ofwel wendt de meest gerede partij
zich, net zoals vroeger trouwens, tot de rechtbank, ofwel wordt het
geschil opgelost via de scheidsrechtelijke procedure die de wet
voortaan zelf beschrijft. In dit laatste geval zal de beslissing die
voortvloeit uit deze scheidsrechtelijke procedure definitief zijn en
de partijen binden.
Het voorwerp van de scheidsrechtelijke procedure is enkel het medisch
geschil. Dit houdt in dat al de punten waarover er geen geschil is,
verworven zijn.
Het vertrekpunt van de door de wet geregelde scheidsrechtelijke
procedure is het moment waarop de controlearts zijn vaststellingen aan
de werknemer overhandigt. Vanaf dat ogenblik heeft de meest gerede
partij (de werkgever of de werknemer) twee werkdagen de tijd om met
het oog op de beslechting van het geschil een arts-scheidsrechter aan
te wijzen. De aanwijzing van een arts-scheidsrechter is het teken dat
een van de betrokken partijen niet akkoord gaat met de gedane
vaststellingen inzake de arbeidsongeschiktheid.
De arts-scheidsrechter moet voorkomen op een lijst die wordt bijgehouden op het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid. Om op deze lijst te staan moet de arts-scheidrechter aan een aantal voorwaarden voldoen. Hij moet gerechtigd zijn om de geneeskunde uit te oefenen en vijf jaar ervaring hebben als huisarts of een daarmee vergelijkbare praktijk; hij moet zich eveneens engageren om volledig onafhankelijk te zijn ten opzichte van de betrokken werkgever, werknemer, controlearts en behandelend arts. Hij is ook niet de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer van de onderneming.
Een uitspraak in het geschil is niet geldig wanneer de arts-scheidsrechter niet beantwoordt aan voormelde voorwaarden.
De betrokken partijen kunnen hun geschil eveneens voorleggen aan de
arts-scheidrechter van hun keuze. In dat geval mag het gaan om een
scheidsrechter die niet voorkomt op de lijst die op het Ministerie van
Tewerkstelling en Arbeid wordt bijgehouden.
De werkgever kan de controlearts en de werknemer kan diegene die hem
het geneeskundig getuigschrift overhandigd heeft uitdrukkelijk
machtiging geven om de arts-scheidsrechter aan te wijzen.
De arts-scheidsrechter voert het medisch onderzoek uit en beslist in
het medisch geschil binnen drie werkdagen na zijn aanwijzing. Zoals
reeds werd vermeld, vormt enkel het medisch geschil het voorwerp van
de scheidsrechtelijke uitspraak. Alle andere medische vaststellingen
blijven onder het beroepsgeheim.
De arts-scheidsrechter brengt diegene die het geneeskundig
getuigschrift heeft afgeleverd en de controlearts op de hoogte van
zijn beslissing. De werknemer en de werkgever worden schriftelijk bij
een ter post aangetekende brief verwittigd.
De kosten van deze procedure en de eventuele verplaatsingskosten
vallen ten laste van de verliezende partij. Bij koninklijk besluit
kunnen de kosten van de procedure worden bepaald; dit is gebeurd bij
koninklijk besluit van 20 september 2002 (Belgisch Staatsblad 3
oktober 2002) waarbij de kosten van het honorarium op 75 EUR zijn
vastgesteld en de administratieve kosten op 38 EUR. Een voor de
werknemer voordeliger regeling kan eveneens worden overeengekomen.
De Koning kan na advies van het paritair comité een scheidsrechtelijke
procedure instellen die afwijkt van hetgeen de wet bepaalt. Het moet
dus wel gaan om een scheidsrechtelijke procedure zoals bij deze wet
wordt bedoeld en niet om een andere mogelijke regeling van het
conflict. Ook de bestaande scheidsrechtelijke procedures die bij
koninklijk besluit op basis van de vroegere tekst werden uitgewerkt
blijven bestaan.
Het gewaarborgd loon zal verschuldigd zijn voor de periode dat de
werknemer als arbeidsongeschikt werd erkend en die het voorwerp was
van het medisch geschil waarover de arts-scheidsrechter uitspraak moet
doen.