Selectieve besluitenlijst collegevergadering 22 oktober 2002
OW 22612 Onderhoud braakliggende terreinen
Het college heeft ingestemd met het extensief onderhouden van
braakliggende terreinen. Al geruime tijd doet zich het probleem voor
dat de gemeente gronden in eigendom heeft, die niet onderhouden worden
door Openbare Werken of (formeel) bij derden in gebruik zijn. Deze
terreinen zijn in de loop der jaren buiten elke vorm van onderhoud
gevallen, omdat ze niet meer gebruikt worden als hooiland, volkstuin,
dierenweide, bouwterrein, etc. Er was echter ook geen noodzaak om
onderhoud uit te voeren, omdat er geen problemen waren of omdat
anderen dit onderhoud uitvoerden.
Meerdere ontwikkelingen maken het echter toch noodzakelijk deze
terreinen planmatig te onderhouden, zij het uiteraard veel minder
intensief dan op de officieel aangewezen groengebieden. Bijvoorbeeld
omdat meer dan in het verleden illegaal afval wordt gestort en de
onveiligheidsgevoelens die deze terreinen oproepen. Bij extensief
onderhoud moet gedacht worden aan enkele keren maaien per jaar en
zwerfvuilverwijdering. De totaal benodigde jaarlijkse onderhoudskosten
zijn geraamd op 70.622,- .
SO 22219 Voortgangsrapportage Hoeve Corisberg
Het college van B&W heeft kennis genomen van de voortgangsrapportage
Hoeve Corisberg. Begin 2000 besloot het college al het initiatief van
de stichting WAD (Wonen Arbeid en Dagbesteding) te ondersteunen om te
komen tot herbestemming van Hoeve Corisberg. Het initiatief is verder
uitgewerkt in samenwerking met de dienst Openbare Werken, Stichting
WAD en Woningstichting Wonen Zuid.
Er ligt inmiddels een schetsontwerp dat consensus heeft bij alle
betrokkenen. Bovendien is duidelijk geworden dat op het gebied van
stedenbouw, bestemmingsplan en monumentenzorg géén onoverkomelijke
problemen zijn te verwachten. Op dit moment komt dan ook de financiële
haalbaarheid nadrukkelijker in beeld. Hierbij wordt er de voorkeur aan
gegeven de hoeve in (tijdelijk) gebruik te geven bij de Stichting WAD
en het eerdere collegebesluit, waarbij het uitgangspunt was afstoten
van de hoeve, verder uit te werken. Dit gebeurt in samenwerking met de
Stichting WAD, de (interne) projectgroep en overige betrokkenen (o.a.
de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en de Provincie) en zal moeten
resulteren in een definitieve besluitvorming van de herontwikkeling
Hoeve Corisberg.
WWS 21754 Vaststelling van termijnen ten behoeve van
vergunningenaanvragen voor evenementen alsmede de vaststelling van
criteria op basis waarvan Heerlense evenementen kunnen worden
ingedeeld
Het college is akkoord met het vaststellen van termijnen ten behoeve
van vergunningaanvragen voor evenementen en met de vaststelling van
criteria op basis waarvan evenementen kunnen worden ingedeeld. Het is
de bedoeling om de Heerlense evenementen te verdelen in een aantal
categorieën om op basis daarvan aan te kunnen geven op welke wijze
deze evenementen in de toekomst door de gemeente zullen worden
ondersteund. Het gaat daarbij om A-, B-, en C-evenementen. Als
criteria gelden:
1. omvang bezoekvolume;
2. bijdrage maatschappelijke, sport- of culturele participatie
bevolking;
3. bijdrage aan het imago met een meer dan regionale uitstraling;
4. versterking van de samenhang vrijetijdsstad.
A-evenementen zijn evenementen die voldoen aan alle 4 genoemde
indicatoren. B-evenementen scoren op tenminste 3 van deze indicatoren
en C-evenementen scoren op minder dan 3 daarvan.
Om in de toekomst voldoende tijd te hebben om de vergunningverlening
op een adequate wijze te kunnen voorbereiden is het zaak over te gaan
tot verruiming van de termijnen waarvoor een vergunningaanvraag bij de
gemeente moet worden ingediend. Het voordeel van de vervroegde
indiening van een vergunningaanvraag is dat de coördinatie en
afstemming beter kan verlopen in het belang van de organisatoren en de
burger van Heerlen. Het is de bedoeling om voor A- en B-evenementen
het jaar te verdelen in een tweetal perioden; januari t/m juni
(periode I) en juli t/m december (periode II). De vergunningaanvragen
voor periode I dienen uiterlijk 1 oktober van het daaraan voorafgaande
jaar ingediend te worden en de aanvragen voor periode II uiterlijk 1
april. Voor C-evenementen zal de termijn voor het indienen van een
vergunningaanvraag worden vastgesteld op 12 weken voor de aanvang
ervan. De Algemene Plaatselijke Verordening zal daartoe worden
gewijzigd.
WWS 21939 Overdacht bestuur openbaar onderwijs aan de Stichting SPOP,
alsmede vaststelling inkomsten en uitgaven en staat van voorzieningen
over de perioden 1991 tot en met 1995 en 1996 tot en met 2000
Het college heeft ingestemd met de formele bestuursoverdracht van het
Openbaar basisonderwijs aan de Stichting Samenwerkingsbestuur Primair
Onderwijs Parkstad Limburg (SPOP). In 2000 is al in principe akkoord
gegaan met de verzelfstandiging van het openbaar basisonderwijs in de
vorm van een stichting, waarbij de samenwerking binnen de regio
Parkstad Limburg voorop staat. De SPOP is in juli 2001 opgericht. De
formele bestuursoverdracht aan de stichting heeft nog niet eerder
kunnen plaatsvinden in verband met onduidelijkheid over de
organisatiestructuur. Aangezien het Decentraal Georganiseerd Overleg
(DGO) heeft ingestemd met de organisatiestructuur (1 bovenschools
manager, 1 strafmedewerker intern beheer en per locatie een
directeur), kan nu tot daadwerkelijke bestuursoverdracht worden
overgegaan. Deze bestuursoverdracht houdt in dat alle
bestuursbevoegdheden en middelen aan de Stichting SPOP zullen worden
overgedragen via notariële akte.
Hoewel er geen tekorten zijn, heeft het college met het oog op de
kwaliteit en de kwantiteit van het openbaar onderwijs verder besloten
om bij de bestuurlijke overdracht een zogenaamde bruidsschat mee te
geven, waartoe de wet per 1-1-2003 uitdrukkelijk de mogelijkheid
biedt. Deze bruidsschat dient te worden gezien als een kapitaal om te
bevorderen dat de stichting beter op eigen benen kan staan en
eventuele tegenvallers zelf kan opvangen.
Gemeente Heerlen, 22 oktober 2002
Afdeling Communicatie
tel: 045 - 5604070
persvoorlichting@heerlen.nl