Locaties voor utrechtse noodopvang asielzoekers
Twaalf woningen in de flat Rheyngaarde (Rijksstraatweg, nabij
Mobilion) en zes huurwoningen verspreid in de stad kunnen dienen als
noodopvang voor legaal verblijvende en uitgeprocedeerde asielzoekers.
Dat gaat de meerderheid van het college van b en w voorstellen aan de
raad. De wethouders J. van Zanen (VVD) en R. Verhulst (CDA) blijven
tegen dit voorstel. Zij zijn van mening dat het Rijk deze problematiek
moet oplossen, ook gezien het gewijzigd regeringsbeleid.
Voor tijdelijke opvang in een noodvoorziening, komen alleen in
aanmerking legaal verblijvende asielzoekers (Dublin-claimanten en
tweede herhaalverzoekers) en uitgeprocedeerden, die wel terug willen
maar dat buiten hun schuld niet kunnen. Met de noodvoorziening is
eenmalig EUR 23.000 gemoeid voor de inrichting van de woningen en voor
het kantoor van de stichting Noodopvang. Verder is gedurende drie jaar
(vanaf december 2002 tot en met november 2005) EUR 427.440 per jaar
nodig voor huur en exploitatie, voor leefgeld en voor 1,6 fte betaalde
medewerkers van stichting Noodopvang.
Op 18 juni stemde het college in meerderheid in met het creëren van
een noodvoorziening. Met de in beeld gebrachte locatie Torreshof kon
het college zich niet verenigen. Daarom werd op 18 juni opdracht
gegeven tot het zoeken naar een goedkoper alternatief dat op meer
draagvlak kon rekenen. Dat alternatief is gevonden in de locatie
Rheyngaarde waar twaalf appartementen kunnen worden gehuurd totdat
deze flat gesloopt gaat worden in mei 2004. Verder zullen de
asielzoekers in zes huurwoningen van woningbouwcorporaties verspreid
in de stad worden ondergebracht. Deze vorm van noodopvang wordt al een
jaar toegepast, namelijk sinds de raadscommissie Maatschappelijke
Opvang en Volksgezondheid in juli 2001 akkoord ging met noodopvang
voor deze groep.
Noodopvang tot nu toe
De noodopvang is tot nu zonder problemen verlopen. De contacten met de
buurt zijn goed. Er zijn 39 personen opgevangen onder wie 17 kinderen.
Het betreft in 70-80% van de gevallen om (eenouder) gezinnen met
kinderen. Vijf personen hebben inmiddels de noodopvang verlaten, vier
anderen gaan binnenkort terug naar het Asielzoekerscentrum vanwege
gezondheidsproblemen. De korte ervaring met noodopvang leert in ieder
geval dat de opvang tijdelijk is (gemiddeld 4 à 5 maanden) en
bijdraagt aan doorstroom naar reguliere opvang of vertrek naar het
buitenland. Zonder deze opvang verdwijnen deze mensen in de
anonimiteit door bij vrienden te gaan wonen of op straat rond te
zwerven.
Begeleiding asielzoekers
Het beheer van de noodvoorziening en de begeleiding van de
asielzoekers wordt gedaan door de Stichting Noodopvang Dakloze
Vreemdelingen Utrecht. De stichting gaat kantoor houden in
Rheyngaarde, zodat er een aanspreekpunt is voor zowel asielzoekers als
overige bewoners van de flat. De stichting is speciaal opgericht om de
opvang van deze doelgroep te organiseren. Hierin zijn vertegenwoordigd
de Samen-op-Weg Kerken, Remonstrantse Gemeenten, Utrechtse Raad
Samenwerkende Kerken, Netwerk Religieuzen voor Vluchtelingen
Midden-Nederland, Steunpunt Illegalen, OMDUW, Noodfonds Vluchtelingen,
stichting Vluchtelingenwerk Utrecht en andere betrokkenen. De
stichting INLIA uit Groningen zal juridisch toetsen of vreemdelingen
aan de criteria voor de noodvoorziening voldoen. Zo moeten
uitgeprocedeerden zich daadwerkelijk hebben aangemeld bij de
Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) voor terugkeer naar
land van herkomt.
Rijksverantwoordelijkheid
Het college blijft van mening dat het rijk verantwoordelijk is voor de
opvang van legaal verblijvende asielzoekers en voor de uitzetting van
uitgeprocedeerden. Zolang het rijk die terugkeer niet mogelijk maakt
of terugkeer niet mogelijk is vanwege het uitblijven van reispapieren
buiten de schuld van de asielzoeker, beschouwt de gemeente het als
zijn zorgplicht om deze mensen tijdelijk op te vangen.
De kosten van de noodvoorziening wil de gemeente bij het rijk
verhalen. Tot nu heeft het rijk een verzoek hiertoe afgewezen maar wel
erkend dat legaal verblijvende asielzoekers onder zijn
verantwoordelijkheid valt. Zeer recent, op 11 oktober 2002, heeft de
ministerraad ingestemd met het voorstel van minister Nawijn van
Vreemdelingenzaken om opnieuw opvang te bieden aan Dublin-claimanten,
naar verwachting in november 2002.
De gemeente Utrecht zal de noodopvang drie jaar organiseren en deze
stopzetten zodra het rijk zijn verantwoordelijkheid neemt voor alle
doelgroepen.
Utrecht, 15 oktober 2002