* Persberichten
+ 6 september 2002
College van B&W stelt gemeenteraad voor:
GEEN HEROVERWEGING TRACÉ ZUIDTAK DOOR TOOLENBURG
Voor de zomer heeft ingenieursbureau Witteveen & Bos een 'quick
scan' gemaakt van drie alternatieve tracés (langs Foriande/IJtocht,
door bedrijventerrein De President/Graan voor Visch en langs het
Spoor) ter vervanging van het tracé door Toolenburg (vanaf de Van
Heuven Goedhartlaan langs de Nieuwerkerkertocht richting Nieuw
Vennep/Getsewoud). Daarnaast heeft adviesbureau APPM een
gevolgenonderzoek uitgevoerd dat inzichtelijk heeft gemaakt wat de
gevolgen zijn als de gemeente het tracébesluit van maart 2001
herziet. Begin augustus heeft het college op basis van de
resultaten van beide onderzoeken besloten dat de tracés door de
President/Graan voor Visch en langs de IJtocht geen reëel
alternatief vormen voor het Toolenburgtracé.
Het tracé langs het Spoor werd wel als een reëel alternatief
gezien, onder meer afhankelijk van de prioritering/weging van de
scores op afzonderlijke terreinen. Het college heeft vervolgens een
detailvergelijking gemaakt tussen het Toolenburg-tracé en het
Spoortracé. Op basis hiervan sluit het college zich niet zonder
meer aan bij de wijze van beoordeling die gehanteerd wordt door de
subsidiegevers. De beoordelingsthema's "vervoerswaarde", "kwaliteit
openbaar vervoer netwerk" en "kosten" zijn naar mening van het
college wel van groot belang, maar niet alleen van doorslaggevende
betekenis. De beoordelingsthema's "ruimtelijke inpasbaarheid",
"verkeersveiligheid", "verkeersafwikkeling" en "maatschappelijk
draagvlak" zijn minstens van even groot belang. Het college vindt
dan ook dat de beoordeling van de twee tracés moeilijk is,
aangezien de verschillende beoordelingthema's en criteria ook
verschillende waarden vertegenwoordigen.
Het college is daarnaast van mening dat niet op voorhand aan
bepaalde beoordelingthema's een zwaarder gewicht moet worden
toegekend dan aan andere beoordelingsthema's. Op grond van
bovenstaande technische overwegingen spreekt het college, na
afweging van de twee tracés, zich niet expliciet uit voor één van
beide tracés. Het spoortracé kan als een reëel alternatief worden
gezien voor het Toolenburgtracé.
Wel constateert het college dat een heroverweging grote gevolgen
heeft op het gebied van tijd en geld. Zij is van mening dat pas tot
heroverweging kan worden overgegaan indien hiervoor zwaarwegende
redenen zijn. Op grond van de technische detailvergelijking ziet
het college onvoldoende zwaarwegende argumenten. De gevolgen van
een heroverweging van de tracékeuze zijn groot. Op het gebied van
tijd levert een heroverweging, met als uitkomst een ander tracé,
een vertraging op van 18 tot 21 maanden. Op het gebied van geld
levert een heroverweging, met als uitkomst het Spoortracé, een
extra kostenpost op van ca. ¤ 21,3 miljoen voor de gemeente.
Het college is daarnaast van mening dat nader detailonderzoek niet
tot een andere beoordeling en- of weging zal leiden. Het college is
dan ook van mening dat het alternatieve tracé langs het Spoor op
grond van de geschetste gevolgen geen beter alternatief is dan het
Toolenburgtracé.
Gezien de resultaten van de detailvergelijking tussen beide tracés,
de beoordelingsthema's en de gevolgen van een heroverweging, stelt
het college de gemeenteraad voor het tracébesluit van maart 2001
niet te herzien. Het college stelt het Presidium van de
gemeenteraad voor de heroverging te agenderen voor de
commissievergadering Wonen en Verkeer van maandag 7 oktober en in
de gemeenteraad van donderdag 10 oktober 2002.
De B&W- nota en de twee onderzoeken zijn vanaf woensdag 11
september te raadplegen via de gemeentelijke website. Daarnaast
liggen de onderzoeken vanaf deze datum ter inzage in het
Informatiecentrum in het raadhuis (Raadhuisplein 1, Hoofddorp) en
in de bibliotheek in Toolenburg.
Aan deze tekst kunt u geen rechten ontlenen