KNMG

Norm voor Informatiebeveiliging klaar voor toetsing

In de medische zorg wordt steeds meer gebruik gemaakt van de computer. Dit leidt tot vragen over de veiligheid van informatie. Niet alleen dient te worden geregeld wie welke informatie mag gebruiken, zoals is omschreven in de KNMG Handleiding voor artsen inzake de privacy wetgeving en het omgaan met patiëntgegevens. Ook het voorkómen van ongeoorloofd gebruik, en beschadiging of verlies van informatie vergt maatregelen. Dit is de informatiebescherming.

Het belang van informatiebeveiliging wordt groter bij een toename van elektronisch verkeer tussen zorgverleners. In de komende jaren wordt hierin een sterke groei verwacht. Informatiebeveiliging is een noodzakelijke voorwaarde voor de elektronische communicatie van gegevens in het kader van zorg voor een patiënt, zowel in de cure als de care.

Het is van groot belang dat er vertrouwen kan bestaan bij alle betrokkenen, zowel zorgverleners als management en patiënten, in de kwaliteit en veiligheid van de informatisering in de zorg. Vertrouwen door landelijk uniforme normen, die worden gedragen door het veld en zijn toegepast in de praktijk. De normen voor informatiebeveiliging hebben tot doel om de kwaliteit van de informatie te waarborgen.

Het belang van informatiebeveiliging wordt alom ingezien. Het bedrijfsleven heeft de relevante wetten en regels in onderlinge samenwerking vertaald naar de algemeen geldende Code voor Informatiebeveiliging, en de overheid past deze norm eveneens toe. Ook is een Europese voornorm voor informatiebeveiliging in de gezondheidszorg, de ENV 12924, tot stand gekomen.

De NEN normcommissie Informatiebeveiliging in de Zorg heeft tot taak landelijk voor all parties concerned normen te ontwikkelen. De normcommissie heeft gemeend dat de toepassing van de norm voor informatiebeveiliging een nadere uitwerking behoeft voor de toepasbaarheid in de praktijk, en heeft bovenstaande normen vertaald naar de specifieke situatie van de Nederlandse gezondheidszorg.

Project IBIZ, een norm voor informatiebeveiliging

De KNMG heeft binnen deze commissie, ook namens de federatiepartners, het voortouw genomen om op projectmatige wijze een norm voor informatiebeveiliging op te stellen. Voor artsen worden op hanteerbare wijze handvatten verschaft voor de omgang met informatie. De KNMG is van mening dat de implementatie van deze norm in het kwaliteitsbeleid van de zorginstelling en de zorgverlener past.

Het NEN wil de norm niet passief aanbieden, maar beschouwt het als haar verantwoordelijkheid het implementeren en het gebruik van de norm te faciliteren door tegelijkertijd met de norm hulpmiddelen te ontwikkelen voor het veld (de zogenoemde implementatiekaarten). De resultaten van het project Informatie Beveiliging In de Zorg (IBIZ), zowel de conceptnorm als de hulpmiddelen die worden aangereikt voor de toepassing van deze norm, worden in september 2002 gepubliceerd; nadere informatie is verkrijgbaar op www.nen.nl. Gedurende een periode van drie maanden is er voor alle betrokkenen gelegenheid tot het leveren van commentaar. Na deze periode wordt de norm, na eventuele aanpassing, door het NEN definitief vastgelegd als NEN norm.

Hoewel deze norm vooralsnog niet verplichtend is, is het verstandig om er rekening mee te houden dat deze norm op termijn wel een meer verplicht karakter kan krijgen. Dit is geadviseerd in het onlangs verschenen advies van de Raad van de Volksgezondheid en Zorg ("E-health in zicht"). Het is van belang om te zorgen dat instellingen en praktijken klaar zijn voor deze ontwikkeling.

Voor wie is de norm van belang?

De Normcommissie heeft de volgende doelgroepen onderscheiden: patiënten, patiëntenorganisaties, zorgverleners, beroepsorganisaties van zorgverleners, instellingen, bedrijven, auditors en overheden. Zij hebben allen te maken met zorg informatieverwerking en het gebruik van zorginformatie.

De organisaties van patiënten/consumenten en de beroepsorganisaties van zorgverleners zullen voor hun achterban moeten aangeven onder welke voorwaarden de privacybescherming en de beveiliging van medische informatie voldoende zijn gewaarborgd; met name mogen slechts bevoegden na autorisatie toegang hebben tot de gegevens. Deze selectieve toegang tot de gegevens is een aspect van informatiebeveiliging. De norm zal vooral voorwaardenscheppend zijn om het regelen van deze toegangsbevoegdheid in de praktijk in te kunnen voeren

Draaiboeken beschikbaar bij voorbeeldorganisaties

Gezien de grote diversiteit binnen de zorgsector in de aard van de werkzaamheden en in het organisatorisch verband waarin deze werkzaamheden worden verricht zal toepassing van de norm voor informatiebeveiliging sterk afhankelijk zijn van het soort instelling of praktijk waarbinnen zorgverlening wordt verleend. Bij het ontwikkelen van hulpmiddelen voor implementatie is gekozen om te werken met voorbeeldorganisaties, zoals de huisartspraktijk, het algemeen ziekenhuis, de psychiatrische instelling, de thuiszorg, de praktijk voor fysiotherapie, het (streek) laboratorium en een regionale samenwerkingsverband. Hiervoor zijn draaiboeken beschikbaar om te voldoen aan de norm. Men kan dus gebruik maken van kant en klare hulpmiddelen die specifiek worden gemaakt voor de eigen voorbeeldorganisatie. Sommige instellingen zijn reeds begonnen met een systematische invoering van informatiebeveiliging, waarbij ieder zijn eigen oplossing hanteert. Met de norm en de implementatiekaarten wordt het mogelijk binnen Nederland op uniforme wijze informatiebeveiliging in de gezondheidszorg toe te passen.

Om na te gaan of de norm en de beschikbare hulpmiddelen in de praktijk voldoen worden in 2003 drie proefimplementaties uitgevoerd. Op basis van de hierbij opgedane ervaringen kunnen norm en hulpmiddelen worden bijgesteld en zal worden nagegaan welke ondersteuning het veld verwacht bij deze implementatie en in welke vorm. Voor vragen hierover neemt u contact op met Peter Ragetlie of Wouter Meijer, ICT-beleidsmedewerkers KNMG (030-2823792) of raadpleegt u de website van het NEN (www.nen.nl).