Persbericht
1 oktober 2002, nr. 060
Transgene malariamug levert gevaar op in een natuurlijke omgeving
Een aantal gerenommeerde entomologen, waaronder dr. Willem Takken van Wageningen Universiteit, waarschuwen in Science voor de gevaren van introductie van genetisch gemodificeerde malariamuggen in het wild. Het idee is om hiermee malaria uit te roeien, maar in plaats daarvan kunnen de muggen gaan muteren en onbeheersbaar worden. Er kunnen zich ook nieuwe varianten van malariaparasieten gaan ontwikkelen.
Nu het genoom van de Afrikaanse malariamug Anopheles gambiae en de
malariaparasiet Plasmodium falciparum is ontrafeld - Science en Nature
doen daar deze week verslag van - komt het gesleutel aan muggen
mogelijk in een stroomversnelling. Genetici broeden al jaren op het
idee om een nieuwe mug te creëren die de malariaverspreiding kan
stoppen.Via de genen is het mogelijk om het immuunsysteem van een mug
te beïnvloeden zodat die een afweer krijgt tegen de parasiet die voor
malaria zorgt. Zon mug zou dan de schadelijke muggen moeten
verdringen.
Maar entomologen willen dat er op de rem wordt getrapt. In Science
worden de gevaren van de genetische modificatie uiteengezet door dr.
Willem Takken en dr. Bart Knols van Wageningen Universiteit, dr. Tom
Scott van de University of California, Davis en dr. Christophe Boëte
van de Université de Paris VI.
Ten eerste kan een genetisch gemodificeerde mug in het wild gaan
muteren. Zulke muggen zijn volgens de entomologen misschien onmogelijk
te beheersen en de mutaties kunnen zelfs overspringen naar andere
diersoorten. Ten tweede kunnen mensen in het introductiegebied van
zo'n nieuwe mug hun immuniteit verliezen tegen de malariaparasiet. Als
malaria na verloop van tijd dan toch weer de kop op steekt, slaat
malaria veel ernstiger toe. Het derde gevaar is dat als genetici een
mug maken die ongevoelig is voor de malariaparasiet, de kans bestaat
dat er nieuwe genetische varianten van de malariaparasiet de kop op
steken.
De bezorgde entomologen, die al eerder dit jaar in Wageningen
bijeenkwamen voor een workshop over genetisch gemodificeerde
malariamuggen, pleiten ervoor eerst goed de risico's te onderzoeken
alvorens de muggen uit te zetten in het wild. Amerikaanse genetici
hebben ze al klaar staan in hun laboratoria, maar zij zouden dus niet
te hard van stapel moeten lopen. Volgens de entomologen is er
voorlopig meer winst te boeken met een toenemend gebruik van klamboes,
het verspreiden van biologische bestrijdingsmiddelen en het opruimen
van broedplaatsen van muggen. Afgezien daarvan zien Takken en zijn
collega's ook wel de waarde in van de ontrafeling van het
malariamug-genoom. Met deze informatie kan men te weten komen waarom
sommige bestrijdingsmethoden niet werken en waarom muggen bepaalde
mensen niet steken of juist wel.
Science verschijnt op 4 oktober. Ook het blad Nature besteedt aandacht
aan de (wetenschappelijke) malariaproblematiek. Naast onderzoekers van
Wageningen Universiteit hebben ook Nijmeegse en Leidse biologen een
bijdrage geleverd aan de publikaties in Science en Nature.