Ministerie van Justitie
Justitie start campagne over erfrecht
2 oktober 2002
Meeste nederlanders vinden kennis over erfrecht belangrijk
Zeven van de tien Nederlanders vindt het belangrijk om op de hoogte te
zijn van de regels over erven of het maken van een testament. Dit
blijkt uit een onderzoek van het NIPO in opdracht van het Ministerie
van Justitie. Doel van het onderzoek - een nulmeting - was de
informatiebehoefte van de bevolking in kaart te brengen. Het
ministerie van Justitie is inmiddels een campagne over het nieuwe
erfrecht begonnen.
Het onderzoek toont een grote interesse aan: 44% van de ondervraagden
vindt het erfrecht interessant en 69% vindt het zelfs belangrijk om
kennis te hebben van de wettelijke regels over erven en testamenten.
Hoewel ruim één op de drie Nederlanders een testament heeft, zegt
momenteel nog slechts één op de vijf ondervraagden op de hoogte te
zijn van de regels van het nieuwe erfrecht. Dat komt doordat men
doorgaans niet actief naar informatie zoekt en ook onderling maar
weinig van gedachten wisselt over dit onderwerp. De belangrijkste
informatiebron is de krant. De zoektocht naar informatie eindigt
dikwijls bij de notaris, met het internet als goede tweede.
Familiebedrijven het best geïnformeerd
Het NIPO maakte in het onderzoek onderscheid tussen autochtonen,
allochtonen, mensen met betrokkenheid bij een familiebedrijf en
bewoners van koop- en huurwoningen. Zowel de interesse als de kennis
van allochtonen bleken kleiner dan die van autochtonen. Allochtone
Nederlanders hebben ook minder vaak een testament (16%). Opvallend was
ook dat eigenaren van koopwoningen zich meer bezighouden met erven en
testamenten dan huurders. Betrokkenen bij een familiebedrijf bleken
over de meeste informatie te beschikken over erfrechtelijke zaken en
toonden ook de meeste interesse. Dit is niet verwonderlijk, aangezien
de instandhouding van een bedrijf in belangrijke mate kan afhangen van
een goede erfrechtelijke opvolging.
Campagne over nieuw erfrecht
Het Ministerie van Justitie is een campagne gestart om de bevolking te
informeren over de veranderingen in het erfrecht per 2003. Hiertoe is
een publieksbrochure uitgegeven met de titel: Voor het leven geregeld.
1 januari 2003: nieuw erfrecht. Deze brochure is tot stand gekomen in
samenwerking met de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB). De
brochure is gratis verkrijgbaar bij Postbus 51, bibliotheken,
gemeentes en bij de notaris. Een groot aantal organisaties ontving een
informatiemap, waaronder het notariaat, bureaus voor rechtshulp,
allochtonenorganisaties en diverse koepelorganisaties. De KNB
verspreidt begin januari een huis-aan-huis krant over het nieuwe
erfrecht. En in januari 2003 komt Teleac met een nieuwe serie van de
kennisquiz Wie het weet mag het zeggen. Dit keer over het nieuwe
erfrecht. De ondertitel luidt 'De nieuwe spelregels voor erven en
nalaten'. De presentatie is in handen van Harmen Siezen.
Belangrijkste wijzigingen in een notendop
De belangrijkste wijziging in het nieuwe erfrecht is, dat de
langstlevende echtgenoot financieel beter beschermd wordt. De
langstlevende echtgenoot krijgt alle bezittingen van zijn of haar
overleden echtgenoot in eigendom. De kinderen krijgen hun erfdeel niet
meer direct in handen. Zij krijgen een geldvordering op de
langstlevende echtgenoot ter waarde van hun erfdeel. Dit bedrag kunnen
zij pas opeisen bij het overlijden van de langstlevende echtgenoot. Om
van deze regels af te wijken, moet een testament opgesteld worden. Het
nieuwe erfrecht beschermt kinderen door de invoering van wilsrechten.
Die zorgen ervoor dat zij in een aantal situaties toch bezittingen van
de overleden ouder kunnen claimen. Zij kunnen een beroep doen op hun
wilsrechten in een aantal situaties. Onder meer als de langstlevende
echtgenoot hertrouwt of wanneer deze hun stiefouder is. Daardoor
voorkomen zij dat goederen bij de stieffamilie terechtkomen.
Meer informatie over het nieuwe erfrecht is te vinden op de website
van het ministerie van Justitie.
Bron: Directie Voorlichting